28 januari

Wat doen we vandaag?
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken Hulpboek blz. blz. 47-48, Opdracht 2, 3, 4, 5, 6, 7.
  • Nieuwe grammatica
  • Hoofdstuk 11
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we vandaag?
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken Hulpboek blz. blz. 47-48, Opdracht 2, 3, 4, 5, 6, 7.
  • Nieuwe grammatica
  • Hoofdstuk 11

Slide 1 - Tekstslide

Vragen Grammatica?

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide

Geen vragen (meer)?
  • Maak maar twee rijtjes.... 

Slide 4 - Tekstslide

De Trojaanse Oorlog


Taalboek blz. 54
Hulpboek blz. 47, opdr. 2, 3 en 4.

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 2a
  • Hera: macht; 
  • Athena: wijsheid en overwinningen in de oorlog; 
  • Aphrodite: mooiste vrouw.

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 2b
  • Hera kan als vrouw van de oppergod zorgen voor macht;
  • Athena, godin van de wijsheid kan hem wijsheid geven en als godin van de oorlog kan zij hem slimme hinderlagen laten bedenken die tot overwinningen kunnen leiden; 
  • Aphrodite kan als godin van de liefde en schoonheid zorgen dat de mooiste vrouw verliefd op Paris wordt.

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 3
  • a Paris – is op een afstand aan het nadenken (hand onder de kin) en heeft een appel in zijn handen; herkenbaar als Trojaan aan zijn ‘smurfen’muts.
  • Hera – heeft een kroon op haar hoofd als koningin van de goden; ze kijkt nogal hooghartig
  • Athena – heeft een helm op en een borstpantser aan met een Medusakop.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 3
  • Aphrodite - ziet er uit als een jonge godin met mooi opgestoken haar en glanzende kleding
  • Athena kijkt nadenkend, Hera arrogant en Aphrodite glimlacht vriendelijk.
  • b Eigen verwerking.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 4

Slide 10 - Tekstslide

Agamemnon en Achilles


Taalboek blz. 56
Hulpboek blz. 48, opdr. 5, 6, 7.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 5
  • a τ

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 6
  • a Agamemnon is resoluut en doortastend (dus zal handelend optreden, zelf besluiten nemen en zijn generaals aansturen).
  • b Agamemnon is eerzuchtig en arrogant (waardoor hij waarschijnlijk niet geliefd is bij de manschappen).

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 7
  1. 8 Bij een rooftocht wordt Chryseïs meegenomen als oorlogsbuit
  2. 3 De Grieken verdelen de buit.
  3. 1 Agamemnon krijgt Chryseïs als zijn deel van de buit.
  4. 4 De priester komt met losgeld voor zijn dochter.
  5. 6 Agamemnon jaagt de priester het kamp uit.
  6. 10 De priester bidt tot Apollo.
  7. 7 Apollo schiet zijn pijlen af.
  8. 5 Soldaten worden ziek en sterven.
  9. 9 Er wordt gefluisterd over een straf van de goden.
  10. 2 Kalchas vertelt het probleem en de oplossing.

Slide 14 - Tekstslide

Hulpboek blz. 112


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Hulpboek blz. 113
Maak Erga 1 en 2.


timer
10:00

Slide 21 - Tekstslide

Ergon 1
  • Eigen verwerking.

Slide 22 - Tekstslide

Ergon 2αβ
  • 1 2 mv jullie noemen
  • 2 1 ev ik dood
  • 3 2 ev jij bent
  • 4 3 ev hij/zij/het vlucht
  • 5 3 mv zij tonen
  • 6 1 mv wij zijn

Slide 23 - Tekstslide

Ergon 2αβ
  • 7 3 ev hij/zij/het rooft
  • 8 1 ev ik bewonder
  • 9 2 mv jullie achtervolgen
  • 10 2 ev jij vernietigt
  • 11 3 mv zij baren
  • 12 1 mv wij maken klaar

Slide 24 - Tekstslide

Hulpboek blz. 114


Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Hulpboek blz. 115
Maak Ergon 5


timer
10:00

Slide 31 - Tekstslide

Ergon 5αβγ
  • 1 μέλλεις 
  • πράττειν
  • Hoe zul jij het werk doen voor je zussen?
  • 2 ἐστι
  • παρέχειν
  • De godin van de kunst is in staat om aan de helden wijsheid/slimheid te verschaffen bij/voor het werk.

Slide 32 - Tekstslide

Ergon 5αβγ
  • 3 ἱκετεύομεν
  • σῴζειν
  • Wij smeken de goden dan om de vrouwen snel uit het gevaar te redden.
  • 4 ὀφείλετε 
  • ἔξεστι
  • ἀκούειν
  • Eerst moeten jullie naar mijn woorden luisteren: daarna is het ook voor jullie mogelijk te spreken.

Slide 33 - Tekstslide

Ergon 5αβγ
  • 6 κωλύουσιν
  • ἁρπάζειν
  • De helden verhinderen de Harpijen de maaltijd van de oude man te roven.
  • 6 ἐθέλω
  • παρέχειν
  • 6 Ik wil je geschenken geven in ruil voor jouw hulp.

Slide 34 - Tekstslide

Aan het werk.
  • Leer Hulpboek blz. 156, 1 t/m 11.
  • Leer Hulpboek blz. 140 t/m 148.
  • Lees Taalbloek blz. 56-57.
  • Maak Hulpboek blz. 49, Opdracht 8, 11, 13, 14. 

Dit is ook huiswerk.

Slide 35 - Tekstslide

Opdracht
  • Ieder krijgt (ongeveer) 2 zinnen toegewezen.
  • Benoem ieder woord in de zin.
  • Bij naamwoorden: geef naamval, geslacht, getal
  • Bij werkwoorden: geef modus, tijd, these, aspect, persoon.
  • Geef bij naamwoorden de (vermoedelijke) functie in de zin, of geef aan of dit een vaste aanvulling is (waarbij?)

Slide 36 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 37 - Open vraag

Wat is nog onduidelijk?
Waar wil je meer over weten?

Slide 38 - Open vraag