18 maart

Wat doen we vandaag?
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken Hulpboek blz. 115, Ergon 5. 
  • Bespreken Hulpboek blz. 48, Opdracht 8, 11, 13, 14.
  • Bespreken Hulpboek blz. 115, Ergon 6. 
  • Les 12.
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we vandaag?
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken Hulpboek blz. 115, Ergon 5. 
  • Bespreken Hulpboek blz. 48, Opdracht 8, 11, 13, 14.
  • Bespreken Hulpboek blz. 115, Ergon 6. 
  • Les 12.

Slide 1 - Tekstslide

Vragen Grammatica?

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide

Geen vragen (meer)?
  • Maak maar twee rijtjes.... 

Slide 4 - Tekstslide

Hulpboek blz. 114
Ergon 5. 


Slide 5 - Tekstslide

Ergon 5
  • 1 μέλλεις
  • πράττειν
  • 1 Hoe zul jij het werk doen voor je zussen?
  • 2 ἐστι
  • παρέχειν
  • De godin van de kunst is in staat om aan de helden wijsheid/slimheid te verschaffen bij/voor het werk.

Slide 6 - Tekstslide

Ergon 5
  • 3 ἱκετεύομεν
  • σῴζειν
  • Wij smeken de goden dan om de vrouwen snel uit het gevaar te redden.
  • 4 ὀφείλετε & ἔξεστι
  • ἀκούειν
  • Eerst moeten jullie naar mijn woorden luisteren: daarna is het ook voor jullie mogelijk te spreken.

Slide 7 - Tekstslide

Ergon 5
  • 5 κωλύουσιν
  • ἁρπάζειν
  • De helden verhinderen de Harpijen de maaltijd van de oude man te roven.
  • 6 ἐθέλω
  • παρέχειν
  • Ik wil je geschenken geven in ruil voor jouw hulp.

Slide 8 - Tekstslide

Trojaanse Oorlog


Taalboek blz. 56-57.
Hulpboek blz. 49.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 8
  • a + b eigen verwerking. 
  • c Agamemnon en Achilles
  • d Agamemnon: alinea 1 en 3, Achilles: alinea 2 en 4.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 11
  • a r. 6-7 παρέχετέ μοι ἄλλο δῶρον
  • b De buit van de vorige rooftochten is al helemaal verdeeld: er is geen geschenk meer over dat Agamemnon zou kunnen krijgen.
  • c Achilles stelt voor om te wachten tot Troje is veroverd: dan kan Agamemnon het driedubbele aan geschenken krijgen.
  • d Agamemnon vindt dat hij te lang moet wachten en eist dan liever nu Briseïs op, de slavin die Achilles bij het verdelen van buit heeft gekregen.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 13a 
  • Agamemnon voelt zich niet gerespecteerd omdat:
  • het niet zo kan zijn dat hij als aanvoerder geen eergeschenk meer heeft en alle anderen wel. Bovendien scheldt Achilles hem uit en gehoorzaamt hem niet.
  • Achilles voelt zich niet gerespecteerd omdat:
  • Agamemnon, die in tegenstelling tot hem in de oorlog niets uitvoert, zijn eergeschenk, het meisje Briseïs van hem wil afpakken.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 13a
  • Apollo voelt zich niet gerespecteerd omdat:
  • zijn priester door door Agamemnon respectloos wordt behandeld en weggejaagd.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 13b
  • b οὐκέτι τιμὴν ἔχω (r.20) Bij het verdelen van de buit mogen de belangrijksten op volgorde de meeste en grootste geschenken kiezen. Het geschenk geeft de waardering/ het respect aan van de anderen. Als aanvoerder heeft Agamamnon recht om als eerste te kiezen en recht op het grootste geschenk. Nu hij zijn geschenk moet inleveren, voelt hij dat voor hem alsof hij ook de waardering van de anderen verliest. Het gaat niet zozeer om het geschenk zelf, maar om de waardering die er achter zit.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 14
  • Agamemnon zit met een boos gezicht op de rand van zijn troon en wil al opstaan. Achilles (rechts) wil zijn zwaard trekken om Agamemnon te doden maar wordt tegengehouden door de godin Athena (herkenbaar aan haar helm). De priester/waarzegger Kalchas (links met baard en rode mantel) houdt met zijn linkerhand Agamemnon tegen.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 

Slide 16 - Tekstslide

Hulpboek blz. 115
Ergon 6. 


Slide 17 - Tekstslide

Ergon 6
  • 1 Helden, luister naar de oude man, want hij zegt altijd verstandige woorden.
  • 2 Dochter, maak je moeder niet boos.
  • 3 Goden, red ons en onze kinderen uit het gevaar.
  • 4 Geef mij de lans en het schild, zoon; want ik ben van plan om deel te nemen aan het gevecht.
  • 5 Neem deel aan de maaltijd, mannen, en drink wijn.
  • 6 Zeg niet dat je de opdracht niet begrijpt / taak niet kent.

Slide 18 - Tekstslide

Ergon 1

Slide 19 - Tekstslide

Aan het werk.
  • Leer Hulpboek blz. 156, 1 t/m 11.
  • Leer Hulpboek blz. 140 t/m 146.
  • Lees Taalbloek blz. 58-59.
  • Maak Hulpboek blz. 50, Opdracht 16, 18, 19.
  • Lees Hulpboek blz. 116
  • Maak Hulpboek blz. 117, Ergon 8 en 9. 
Dit is ook huiswerk. 

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht
  • Ieder krijgt (ongeveer) 2 zinnen toegewezen.
  • Benoem ieder woord in de zin.
  • Bij naamwoorden: geef naamval, geslacht, getal
  • Bij werkwoorden: geef modus, tijd, these, aspect, persoon.
  • Geef bij naamwoorden de (vermoedelijke) functie in de zin, of geef aan of dit een vaste aanvulling is (waarbij?)

Slide 21 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 22 - Open vraag

Wat is nog onduidelijk?
Waar wil je meer over weten?

Slide 23 - Open vraag