Herhaling complemento indirecto

¡¡Bienvenidos!!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

¡¡Bienvenidos!!

Slide 1 - Tekstslide

Bienvenidos a la clase de español

In 5 minuten starten we met de les

Slide 2 - Tekstslide

¿Qué vamos a hacer hoy?
A. Opstarten: Les en absentie
B. Oefenen: Complemento indirecto + Woordenschat h4
C. Afsluiting

Después de la clase...
  • Ik weet hoe ik de complemento indirecto kan gebruiken
Los deberes para la próxima clase:
Maken: 
Plan para hoy: 

Slide 3 - Tekstslide

¿Cómo estás hoy?
Hoe gaat het vandaag?

Slide 4 - Poll

El complemento indirecto is in NL het meewerkend voorwerp
A
falso
B
verdadero

Slide 5 - Quizvraag

Los pronombres personales de complemento indirecto

Slide 6 - Woordweb

Stap 1:  Zoek het meew.vw
 
Stap 2:  Vervang het meew.vw door het persoonlijke vnm.

Stap 3:  Zet het persoonlijke vnw nu vóór het 1e vervoegde werkwoord 
             (of vastplakken achter een heel werkwoord)
Stappenplan

Slide 7 - Tekstslide

El complemento indirecto
De voornaamwoorden me, te, le, nos, os en les worden ook gebruikt voor het meewerkend voorwerp.

Ana me cuenta un chiste (a mí). Anna vertelt (aan) mij een grapje.

Le digo la verdad (a mi padre). Ik vertel (aan mijn vader) de waarheid. 

Les compro flores (para los abuelos). Ik koop (voor) opa en oma bloemen.

Slide 8 - Tekstslide

El complemento indirecto
De voornaamwoorden me, te, le, nos, os en les worden ook gebruikt voor het meewerkend voorwerp.

Ana me cuenta un chiste (a mí). Anna vertelt (aan) mij een grapje.

Le digo la verdad (a mi padre). Ik vertel (aan mijn vader) de waarheid. 

Les compro flores (para los abuelos). Ik koop (voor) opa en oma bloemen.
Ze staan altijd vóór de persoonsvorm.

Slide 9 - Tekstslide

El orden de la frase
Onderwerp - meewerkend voornaamwoord - persoonsvorm  - lijdend voorwerp

Mis papás       me                                                             compran                una bicicleta.

Yo                       te                                                                escribo                   una carta.

La profe           nos                                                             explica                   el orden de la frase.

Slide 10 - Tekstslide

BRON D 
Los pronombres personales de complemento indirecto
.

Slide 11 - Tekstslide

¿Cuáles son los pronombres personales de complemento indirecto?
Me = (aan) mij
Te = (aan) jou
Le = (aan) hem/haar/u enkelvoud
Nos = (aan) ons
Os = (aan) jullie
Les = hun (aan hen)/ u meervoud 

*Aan denk je erbij, maar schrijf je er niet bij

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het meewerkend voorwerp in de zin: "Ik geef hem een cadeau"?
A
Ik
B
geef
C
hem
D
een cadeau

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het meewerkend voorwerp in de volgende zin?

"Te mando flores para adornar tu casa "
A
te
B
mando
C
flores
D
tu casa

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het meewerkend voorwerp in de volgende zin?
Te escribo una carta.
A
te
B
escribo
C
carta
D
una carta

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

BRON E - Frases clave
.

Slide 17 - Tekstslide

Hoe goed heb je de stof van deze les begrepen?
A
Ik snap het helemaal
B
Ik snap het goed
C
Ik snap het een beetje
D
Ik snap het niet

Slide 18 - Quizvraag

Los deberes
Maken: 

Slide 19 - Tekstslide


Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

¡Buen trabajo!
¡Adiós!

Slide 21 - Tekstslide