Les 5 Hechtingsstoornis les 5

Wat is hechting?
1 / 43
volgende
Slide 1: Open vraag
WelzijnMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat is hechting?

Slide 1 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hechtingsproces

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1-3 maanden

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3-6 maanden

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6-7 maanden

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7-9 maanden

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

9 maanden - 3 jaar

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3 jaar - en ouder

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten Hechting
 Vier typen hechting van Mary Ainsworth

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Type A: Onveilig-vermijdend gehechte kinderen.
Deze kinderen hebben hun gehechtheid geminimaliseerd, omdat zij ervaren hebben dat de ouder relatief vaak afwijzend, zakelijk of weinig sensitief is. Ze negeren of vermijden de opvoeder en gedragen zich zelfstandig

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Type B: Veilig gehechte kinderen
-Goede balans tussen het ontdekken van nieuwe dingen en gehechtheidsgedrag. 
- Kinderen durven nieuwe taken aan te gaan, zijn angstig wanneer de ouder uit het zicht is en zoeken toenadering bij terugkomst, waarna ze weer verder durven te ontdekken. Ouders zijn sensitief, coöperatief en toegankelijk.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Type C: Onveilig-afwerend gehechte kinderen.
 Deze kinderen zoeken juist heel veel toenadering bij de opvoeder en zijn weinig geneigd om zelfstandig activiteiten uit te voeren. De afwezigheid van de opvoeder leidt tot angst terwijl de terugkeer van de ouder begroet wordt met boosheid en verontwaardiging. De opvoeder is vaak onvoorspelbaar voor het kind en afwezig op cruciale momenten.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Type D: Gedesorganiseerd gehechte kinderen. 
Bij deze kinderen is sprake van gedrag met kenmerken van hechtingstype A en C. Enerzijds zoeken zij toenadering tot de ouder, terwijl dat tegelijkertijd stress en angst oplevert. De omgang met de ouder is vaak inconsequent geweest en onvoorspelbaar terwijl ook vaak sprake is van trauma's of andere ingrijpende gebeurtenissen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elly gaat een paar dagen bij kennissen slapen, omdat haar ouders wegens een sterftegeval weg moeten. Elly is nog nooit ergens gaan logeren en ze is dan ook ontroostbaar wanneer haar ouders weggaan. Uiteindelijk houdt het huilen op, maar ze blijft lusteloos en reageert ongeïnteresseerd. Wanneer de ouders van Elly haar weer komen ophalen reageren ouders verbaasd als Elly zich woedend en huilend op hun stort. Als moeder Elly probeert te troosten slaat Elly moeder met haar handjes in haar gezicht.
A
Onveilig-vermijdende hechting
B
Onveilige-afwerende hechting
C
Veilige hechting
D
Gedesorganiseerde hechting

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leon (12) woont sinds 2 jaar in een pleeggezin, omdat zijn moeder niet voor hem kan zorgen wegens een verslavingsproblematiek. Hij maakt weinig contact en gaat liefst zijn eigen gang. Toch merkt zijn pleegmoeder Sanne dat hij geniet van de interacties in het gezin. Dit weekend gaat Leon voor het eerst sinds lange tijd naar zijn moeder. Sanne brengt Leon naar zijn moeder. In de auto is Leon stil en teruggetrokken. Opeens zegt Leon: "Sanne, ik vind het niet zo fijn om weer naar huis te moeten en daar voel ik me rot over."
A
Onveilige vermijdende hechting
B
Onveilige-afwerende hechting
C
Veilige hechting
D
Gedesorganiseerde hechting

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Libby gaat met haar 3 zussen een paar dagen logeren bij haar tante. Hier verheugd ze zich erg op. Op de derde avond van de logeerpartij komt Libby maar niet in slaap. Dan heeft ze weer dorst, dan moet ze weer plassen en dan denkt ze weer aan iets engs. Wanneer tante bij haar komt zitten geeft Libby aan dat haar buik aangeeft dat ze heel erg naar mama verlangt. Tante geeft haar een dikke knuffel en geeft aan dat mama er morgen weer is.
A
Onveilige vermijdende hechting
B
Onveilige -afwerende hechting
C
Veilige hechting
D
Gedesorganiseerde hechting

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Isa (9) is geboren in China. Toen ze 1,5 jaar was is ze te vondeling gelegd voor de deur van een weeshuis. Ze werd geadopteerd door een Nederlands gezin toen ze 3 jaar was. De omstandigheden in het weeshuis waren slecht. Isa heeft behoorlijke hechtingsproblemen. Wanneer iets haar niet lukt of ze ervaart stress, wordt ze agressief naar andere kinderen en gooit ze hun spullen kapot.
A
Onveilige vermijdende hechting
B
Onveilige-afwerende hechting
C
Veilige hechting
D
Gedesorganiseerde hechting

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

- Kind vertoont claimgedrag t.o.v. de ouder/verzorger
- Vraagt op een ongewenste manier aandacht
- Kan zich niet goed concentreren, leerproblemen vertoont impulsief, agressief of
passief gedrag
- Communiceert onzinnig
- Qua eetgedrag: schrokken
- Gewetensontwikkeling laat te wensen over, soms gemeen met dieren omgaan
- Geen affectie kunnen geven en ontvangen
- Liegen 
Kenmerken onveilige hechting

1. Kind vertoont claimgedrag t.o.v. de ouder/verzorger

2. Vraagt op een ongewenste manier aandacht

3. Kan zich niet goed concentreren, leerproblemen vertoont impulsief, agressief of passief gedrag

4.  Communiceert onzinnig, kan niet goed met leeftijdsgenoten overweg

5.  Gewetensontwikkeling laat te wensen over, soms gemeen met dieren omgaan

6. Geen affectie kunnen geven en ontvangen en Liegen (7)

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Beschermende factoren tijdens het hechtingsproces

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke beschermende factoren waren er aanwezig in jouw jeugd?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beschermende factoren
in jouw jeugd

Slide 23 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Begeleiding van kinderen/jongeren met hechtingsstoornis
Het bieden van veiligheid staat centraal.

Kinderen/jongeren missen hun vertrouwen in zichzelf en de wereld.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar kun je aan denken?
  • Vertrouwen opbouwen
  • Grenzen stellen
  • Ben jezelf, doe niet "nep"
  • Voorspelbaarheid
  • Structuur
  • Voorbeeldfunctie
  • Sensitief en responsief reageren
  • Inspelen op behoeften van het kind/jongere

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hechting kinderopvang

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Casus: Je hebt een kindje met hechtingsproblematiek op je groep. Het kind vraagt of jij haar moeder wilt zijn. Wat kan je dan zeggen?
- Ik zie dat je verdrietig bent
- Ik zie dat je boos bent
- Ik zie dat je verward bent
- Ik zie dat je het hier fijn hebt.
Ik houd je even vast; je mag boos, verdrietig en verward zijn.
Je mag willen dat ik je moeder ben. Maar ik hoor hier; bij de opvang.
Hier zorg ik voor meer kinderen en dus ook voor jou. 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaat hier mis?
wat heeft dit met hechting te maken?

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Hechtingsamen nieuwe dingen ontdekken
Voor baby’s is het van groot belang dat zij zich kunnen hechten aan hun verzorgers, hun ouders. Dat betekent dat ze een liefdevolle vaste band moeten kunnen opbouwen. Tijdens de zwangerschap start dat proces al. Door middel van aanraking van de buik, door middel praten met je ongeboren kind, zingen voor je ongeboren kind bouw je al aan een band met de baby. Ook hoe de moeder zich voelt tijdens de zwangerschap werkt door op de beginnende band die er ontstaat.
In de eerste 3 maanden na de geboorte reageren baby’s op iedereen die hen aandacht, liefde en verzorging biedt. Ze glimlachen naar iedereen en stimuleren op die manier dat hun verzorgers ook terug glimlachen. De band tussen verzorger en kind wordt hiermee op een positieve manier gevoed. Het glimlachen versterkt de binding, versterkt de hechting.
Gaandeweg herkent de baby steeds beter de stem, de geur en het gezicht van de ouder en dat geeft baby’s een gevoel van geborgenheid. De baby “weet” dat hij daar veilig is.
In de periode tot een maand of 7 oud beginnen baby’s echt een voorkeur voor de mensen te ontwikkelen waar ze veel tijd mee doorbrengen en die goed reageren op hun signalen, volwassenen die sensitief responsief zijn.
In de periode tussen 7 maanden een jaar ontwikkeld de baby een nog sterkere voorkeur, ook wel de eenkennigheidsfase genoemd. Baby’s zijn in deze fase ook bang dat de volwassene waaraan ze gehecht zijn niet terugkomen als deze weggaan (“scheidingsangst”). De baby leert in deze periode dat wanneer iemand weg is, degene toch nog bestaat en later terugkomt. Dit geldt voor mensen maar ook voor objecten. Je kunt de baby in deze fase helpen door veel “kiekeboe” spelletjes te spelen. Spelenderwijs help je de baby zo te ervaren dat als iets weg is, het niet echt helemaal weg is, maar gewoon weer terugkomt.
Weten wat sensitief responsief (niet) is? En wat het met baby’s doet als je dat niet bent?
Gevolgen onveilige hechting

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Minder zelfvertrouwen
Een goede hechting met ouders of andere primaire opvoeders in de eerste levensjaren is essentieel voor een voorspoedige sociaal-emotionele, taal en cognitieve ontwikkeling van het kind.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Minder veerkracht
Veerkracht: het vermogen om te herstellen van stress en tegenslag

Veerkracht ontstaat vanaf de geboorte door de verwachtingen die een kind ontwikkelt over de beschikbaarheid van anderen (vertrouwen) en de persoonlijke effectiviteit (zelfvertrouwen).

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Mindering in cognitie en taal
Kinderen leren door sensitieve reacties van hun ouders verbanden te leggen tussen hun gedrag en het effect daarvan. Als kinderen dit nooit geleerd hebben, ontwikkelen ze minder cognitie- en taalvermogen.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4 Overige problemen
1.  Een onveilige gehechtheidsrelatie is een risicofactor in de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. 
2. Jongens die een gedesorganiseerde gehechtheidsrelatie hebben kunnen meer gedragsproblemen ontwikkelen.
3. Een onveilige hechting heeft invloed op het empathisch vermogen en sociale vaardigheden van kinderen. 
4. Kinderen met hechtingsproblemen hebben een grotere kans op psychiatrische aandoeningen zoals depressies, verslavingen, angststoornissen, en eetproblemen 
5. Kinderen met hechtingsproblemen hebben meer kans om later zelf kinderen te hebben met deze problemen. 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Einde

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hechtingsproblematiek

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een voorbeeld van wat een ouder moet doen om een veilige hechting te stimuleren.

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hechting en de kinderopvang
Ga eens op zoek op internet naar een artikel over hechting en de kinderopvang. Wie komt er iets interessants tegen?

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies