5.3 lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

5.3 lezen

Leerdoelen

• Een beknopte samenvatting maken
• Een schematische samenvatting maken
• Vaste tekststructuren herkennen

Noem een vak waarbij samenvattingen maken heel handig is als hulpmiddel bij het leren.

Waarom heb je meer aan een samenvatting die je zelf maakt dan aan een samenvatting die je krijgt van iemand anders?

Welke zinnen helpen je om de hoofdzaken in een tekst te vinden?

Soorten samenvattingen

• Beknopte samenvatting (hele zinnen)
• Schematische samenvatting (ordenend, schematisch overzicht, steekwoorden) 

In welk soort samenvatting gebruik je hele zinnen?

1. Beknopte samenvatting
2. Schematische samenvatting
3. Allebei
4. Allebei niet

Waarom zijn signaalwoorden heel belangrijk in een beknopte samenvatting?

Wat kun je opmerken over het taalgebruik in een schematische samenvatting?

Vaste tekststructuren

3. verklaringsstructuur

De verklaringsstructuur verklaart een bepaald verschijnsel

Voorbeeld: Waarom draait de aarde om de zon?

Voor

inleiding	bepaald verschijnsel
middenstuk	kenmerken/voorbeelden
slot	samenvatting

Verklaringsstructuur

Welke tekstsoort zou het beste passen bij de verklaringsstructuur?

1. Informatieve tekst
2. Overtuigende tekst
3. Activerende tekst
4. Amuserende tekst

3. voor- en nadelenstructuur

De voor- en nadelenstructuur geeft verschillende kanten van een onderwerp 

Voorbeeld: Wel of geen kortere zomervakantie?

Voor

inleiding	onderwerp, vraag of stelling
middenstuk	voor- en nadelen
slot	afweging

Welke tekstsoort zou het beste passen bij de voor- en nadelenstructuur?

1. Informatieve tekst
2. Overtuigende tekst
3. Activerende tekst
4. Amuserende tekst

probleem-oplossingsstructuur

inleiding	probleem (+gevolgen)
middenstuk	gevolgen (waardoor is het een probleem? wat merk je ervan?)
	oorzaken
	oplossingen
slot	de beste oplossing

Welke tekstsoort zou het beste passen bij de probleem-oplossingsstructuur?

1. Informatieve tekst
2. Overtuigende tekst
3. Activerende tekst
4. Amuserende tekst

Opdracht bij 5.3 lezen

Opdracht ( in duo's )

• Je docent maakt tweetallen m.b.v. Magister.
• Lees tekst 1 op blz 95 en tekst 2 op blz 98 eerst ieder voor zich ( 10 minuten )
• Kies welke tekst jullie het meest interessant vonden en leg jullie keuze uit. Maak hierbij gebruik van 2 argumenten. ( 5 minuten )
• Als jullie iemand anders zouden vertellen wat het meest interessante feit uit de tekst is, wat zou dit dan zijn? Waarom? ( 5 minuten )
• Samen de antwoorden klassikaal nabespreken. ( 5-10 minuten )

Aan het werk!