Liquiditeitsgetallen, cashflow en solvabiliteitsgetallen

  Liquiditeitsgetallen, cashflow en solvabiliteitsgetallen 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

  Liquiditeitsgetallen, cashflow en solvabiliteitsgetallen 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt liquiditeitsratio's (current en quick ratio) voor de beoordeling van een onderneming berekenen.
  • Je kunt aan de hand van kengetallen van twee opeenvolgende balansen en/of winst- en verliesrekeningen de ontwikkeling van de liquiditeit beoordelen.

Slide 2 - Tekstslide

Programma vandaag 
  • Theorie Current ratio en quick ratio
  • Opgave 5.1 + 5.2

Slide 3 - Tekstslide

Liquiditeit 
  • Geeft de mate aan waarin een onderneming op korte termijn aan haar financiële verplichtingen kan voldoen
  • Mate is afhankelijk van verhouding tussen vlottende activa + liquiditeiten en kort vreemd vermogen 

Slide 4 - Tekstslide

Hoe kunnen liquiditeitsproblemen ontstaan?
  • Slechte bedrijfsresultaten
  • Te hoge investeringen
  • Niet of langzaam betalende debiteuren
  • Te hoge aflossingsverplichtingen
  • Te grote voorraden

Slide 5 - Tekstslide

Current ratio
Kan een onderneming op korte termijn aan verplichtingen voldoen? 


Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld balans
Is de onderneming voldoende liquide? 

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld balans

  • uitkomst 1, of groter is liquide norm 2,0... maar afhankelijk type onderneming
  • vergelijking tussen periodes vooral relevant

Slide 8 - Tekstslide

Opgave 
timer
5:00

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Quick ratio = zeer korte termijn
Vlottende activa – voorraden + liquide mid.
              Schulden op korte termijn
  • Voorraden buiten beschouwing, omdat minst liquide, verkoop (op rekening) voorraad kost tijd.
  • Verschillende waarderingsgrondslagen dan geen invloed hebben (wel op current ratio dus)
  • Beter om verschillende ondernemingen te vergelijken
  • Uitkomst 1 of meer: liquiditeit is voldoende


Slide 11 - Tekstslide

Aandachtspunten beoordeling
  • Zijn debiteuren kredietwaardig?
  • Wat is de looptijd van vlottende activa?
  • Wat is de looptijd van schulden op korte termijn?

  • Hoe groot is de kredietruimte bij de bank?

Slide 12 - Tekstslide

Beïnvloeden ratio's  
Kort voordat ratio’s worden bepaald een schuld aan bank aflossen, ook wel window-dressing genoemd.
Nadelen en beperkingen ratio’s:
  • Momentopname
  • Tijdstippen van ontvangsten en betalingen niet bekend (hiervoor is liquiditeitsbegroting nodig)
  • Dispositieruimte (bedrag dat nog geleend kan worden) niet bekend

Daarom beoordelen we kengetallen niet zozeer als absolute waarde, maar vooral op: de vergelijking met andere perioden van dezelfde onderneming en met andere soortgelijke bedrijven.

Slide 13 - Tekstslide

Opgave
timer
8:00

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag!
Opgave 5.1 en 5.2 maken. 

Slide 16 - Tekstslide

Cashflow 
Cashflow = nettowinst + afschrijvingen 


Slide 17 - Tekstslide

Opgave 
timer
5:00

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Solvabiliteit
De mate waarin een onderneming op lange termijn aan haar financiële verplichtingen kan voldoen.





ad. 1 en 2: uitkomst 1 is altijd 100% hoger dan uitkomst 2 

Slide 20 - Tekstslide

Solvabiliteitseis
Financiers stellen vaak een solvabiliteitseis. Deze begrenst de leencapaciteit van de onderneming en/ of bepaalt het rentepercentage.  






Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Opgave 
timer
10:00

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Huiswerk:
Opgave 5.3

Slide 25 - Tekstslide