In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 4 videos.
Onderdelen in deze les
SOORTEN VRAGEN
- open vragen
- gesloten vragen
- suggestieve vragen
- controle vragen
- impertinente vragen
- doorvraagvragen
- keuzevragen
Slide 1 - Tekstslide
Open vragen
Met een open vraag verwacht je meer informatie te krijgen. Ze zijn bedoeld om de ander te laten praten. Bijvoorbeeld: 'Hoe komt dat?', 'Wat gebeurde er?'
Slide 2 - Tekstslide
Gesloten vragen
Dit zijn vragen die je met 'ja' of 'nee' kunt beantwoorden. Ze zijn geschikt om de richting van een gesprek te bepalen Bijvoorbeeld: 'Woon je nog steeds in Amsterdam?', 'Heb je een baantje?'
Slide 3 - Tekstslide
Keuzevragen
Je kunt kiezen uit een aantal opties. Wil je koffie of thee?
Je kunt kiezen uit een aantal opties. Wil je koffie of thee?
Slide 4 - Tekstslide
Controle vragen
Een controlevraag is bedoeld om erachter te komen of je elkaar goed begrepen hebt. Bijvoorbeeld: 'Klopt dat?'
Slide 5 - Tekstslide
Suggestieve vraag
Dit zijn vragen waar (een deel van) het antwoord al in zit. Met deze vragen probeer je je gesprekspartner te beïnvloeden. Bijvoorbeeld: 'Denk je niet dat dit de beste manier is?
Slide 6 - Tekstslide
Impertinente vraag
Dit zijn onbeschofte vragen. Deze vragen gebruik je bij voorkeur niet. Het wordt een onaangenaam gesprek. Bijvoorbeeld, wil je niet mee naar het zwembad omdat je zulke lelijke voeten hebt?
Slide 7 - Tekstslide
Doorvraag vragen
Zou je mij daar meer over kunnen vertellen?
Hoe bedoelt u dat precies?
Je wilt meer informatie verkrijgen van je gesprekspartner