Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Week 37 - Persoonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd
Persoonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd
Check
- Schrift
- Lesboek
- Etui (mét pennen)
- Laptop
- Oplader
1 / 35
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
In deze les zitten
35 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Persoonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd
Check
- Schrift
- Lesboek
- Etui (mét pennen)
- Laptop
- Oplader
Slide 1 - Tekstslide
Is dit wel echt zo moeilijk?
Je krijgt nu een paar vragen over werkwoordspelling.
Slide 2 - Tekstslide
Dat gebeur... niet dagelijks nee.
A
gebeurt
B
gebeurd
Slide 3 - Quizvraag
Ik ... (fietsen) naar school
A
Fiets
B
Fietst
C
Fietsd
D
Fietsen
Slide 4 - Quizvraag
De man .... (klagen) over de herrie van mijn scooter.
A
klaag
B
klaagt
C
klaagd
D
klagen
Slide 5 - Quizvraag
Jacob ... (leggen) werkwoordspelling uit.
A
leg
B
legt
C
legd
D
leggen
Slide 6 - Quizvraag
Chris ... (begrijpen) dit al een tijdje.
A
begrijp
B
begrijpt
C
begrijpd
D
begrijpen
Slide 7 - Quizvraag
Na een flinke slok cola ... (boeren) m'n moeder keihard.
A
boer
B
boert
C
boerd
D
boeren
Slide 8 - Quizvraag
Maak gebruik van je kennis
Ik
fiets
naar school - ik
loop
naar school - ik
step
naar school
Hij
fiets
t
naar school -hij
loop
t
naar school -hij
step
t
naar school
Ik
word
jarig - hij
word
t
jarig
Hij/zij/u/het vormen krijgen een
t
achter de stam
Slide 9 - Tekstslide
Maak gebruik van je kennis
Twijfel je? Vervang de persoonsvorm dan voor het woord fietsen
Het gebeurt/gebeurd elke dag wel een keer
Het
fiets
t
elke dag wel een keer
Fiets
t
is in dit geval met een
-
t
gebeur
t
dus ook
Slide 10 - Tekstslide
Ali ... (verhuizen) naar een nieuwe villa.
A
Verhuist
B
Verhuisd
Slide 11 - Quizvraag
De belastingdienst ... (verspreiden) verkeerde informatie.
A
Verspreid
B
Verspreidt
Slide 12 - Quizvraag
Dus hoe zit het met -dt?
-dt ontstaat alleen bij woorden die al een -d hebben.
Wor
d
en - ik word - jij word
t
Mel
d
en - ik meld - jij meld
t
Vin
d
en - ik vind - jij vind
t
Fietsen - ik fiets - jij fiets
t
Slide 13 - Tekstslide
Verleden tijd
Sterke werkwoorden:
- Ik loop -> ik liep
- Ik eet -> ik at
- Ik denk -> ik dacht
- Ik begrijp -> ik begreep
Je hoeft hier niet na te denken over -te(n) of -de(n)
Slide 14 - Tekstslide
Verleden tijd
Zwakke werkwoorden:
Ik fiets -> ik fiets
te
maar waarom?
Ik versier -> ik versier
de
H
e
t
s
e
x
y
f
o
ksch
aa
p
Slide 15 - Tekstslide
Verleden tijd
Zwakke werkwoorden:
1) Haal van het hele werkwoord -en af
2) Kijk of de laatste letter in
't sexy fokschaap zit
3) Ja --> +te(n)
Nee --> +de(n)
H
e
t
s
e
x
y
f
o
ksch
aa
p
Slide 16 - Tekstslide
Verleden tijd
Zwakke werkwoorden:
Hakken roeien gebeuren willen
Hak
k
roe
i
gebeu
r
wil
l
Hak+
te(n)
roei+
de(n)
gebeur+
de(n)
wil+
de(n)
H
e
t
s
e
x
y
f
o
ksch
aa
p
Slide 17 - Tekstslide
Mijn dochter ... (kleien) een vaas in de kleuterklas (v.t.)
Slide 18 - Open vraag
De buren ... (verven) hun schuurtje rood (v.t.)
Slide 19 - Open vraag
-tte(n) en -dde(n)
Net als bij -dt in de tegenwoordige tijd
ontstaat -tte(n) en -dde(n) alleen bij
woorden die al een -t of -d hebben.
Jan fietst -> Jan fiets+
te
Jan praat -> Jan praat+
te
Jan meldt -> Jan meld+
de
H
e
t
s
e
x
y
f
o
ksch
aa
p
Slide 20 - Tekstslide
Wij ... (verwachten) gisteren een belangrijk telefoontje
Slide 21 - Open vraag
Sofie ... (beloven) dat ze beter haar best zou gaan doen (v.t.)
Slide 22 - Open vraag
Voltooid deelwoord
Je herkent het vaak aan ge-, ver-, be- of ont-
Het voltooid deelwoord heeft altijd een persoonsvorm nodig
Ik heb het eindelijk begrepen.
Heb = persoonsvorm
Begrepen = voltooid deelwoord
Slide 23 - Tekstslide
Wij ontvangen morgen een pakketje.
Ontvangen is hier geen voltooid deelwoord, maar een persoonsvorm
Wij hebben gisteren een pakketje ontvangen.
Ontvangen is hier wel een voltooid deelwoord. Hebben is de persoonsvorm
Slide 24 - Tekstslide
Voltooid deelwoord
Een voltooid deelwoord kan eindigen op -en, -d of -t
Om te bepalen of het op een -d of -t eindigt kan je het woord verlengen of gebruik maken van het kofschip/fokschaap
Slide 25 - Tekstslide
Verlengen
Eindigt de verleden tijd op -te(n) of -de(n)?
Ik fietste --> ik heb gefietst
Hij praatte --> hij heeft gepraat
Het bedrijf verhuisde --> het bedrijf is verhuisd
Wij meldden --> wij hebben ons gemeld
Slide 26 - Tekstslide
't x kofschip
1) Haal van het hele werkwoord -en af
2) Kijk of de laatste letter in
't x kofschip
3) Ja --> t
Nee --> d
Slide 27 - Tekstslide
Hoe spel je het voltooid deelwoord van
Verven
A
...is geverfd
B
... is geverft
Slide 28 - Quizvraag
Hoe spel je het voltooid deelwoord van
Verhuizen
A
...is verhuisd
B
...is verhuist
Slide 29 - Quizvraag
Hoe spel je het voltooid deelwoord van
Gebeuren
A
... is gebeurd
B
... is gebeurt
Slide 30 - Quizvraag
Onvoltooid deelwoord
Je gebruikt een onvoltooid deelwoord om aan te geven dat je iets aan het doen bent terwijl je ook iets anders doet...
Helder toch?
Slide 31 - Tekstslide
Voorbeelden
Gapend
luister ik naar het verhaal van de docent.
Huilend
van het lachen keek ik naar die film.
Scheldend
liep de man door de stad.
Al
doende
leert men
Onvoltooid deelwoorden eindigen altijd op -d of -de
Slide 32 - Tekstslide
... (gillen) werd ik wakker.
A
Gillend
B
Gillent
Slide 33 - Quizvraag
... (zuchten) maak ik deze opdracht
A
Zuchtent
B
Zuchtend
Slide 34 - Quizvraag
Oefenen
1) Maak het werkboek
2) Leer 10 woorden uit de woordenlijst
Slide 35 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Week 3 - Persoonsvorm tegenwoordige tijd en verleden tijd
Januari 2024
- Les met
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
E7 oefenen spelling werkwoorden
Februari 2023
- Les met
37 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7,8
Nederlands - Spelling - Persoonsvorm tt, vt en voltooid deelwoord
Juni 2023
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Werkwoordspelling herhaling periode 1
November 2022
- Les met
44 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Week 10 - herhaling spelling
Maart 2024
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Week 4 - (on)voltooid deelwoord
Januari 2024
- Les met
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
oefenen met werkwoordspelling klas 1
Februari 2021
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Week 10 - herhaling spelling
Maart 2024
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2