Thema 4 bs 2 de vrouw deel 2 en bs 3 de man
1 / 27
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Als een vrouw met een regelmatige cyclus van 28 dagen op 1 juli ongesteld wordt, wanneer kan zij haar ovulatie verwachten?
A
Op 7 juli
B
Op 14 juli
C
Op 17 juli
D
Op 19 juli
Slide 12 - Quizvraag
Als een vrouw met een regelmatige cyclus van 28 dagen op 1 juli ongesteld wordt, wordt zij dan die maand 2x ongesteld?
A
nee, pas op 1 augustus weer
B
ja, op 29 juli weer
C
Nee, juli heeft maar 28 dagen
D
ja, op 28 juli weer
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Ik ken dit begrip al, ik weet wat het betekent.
Ik heb dit begrip al wel gehoord maar weet niet precies wat het betekent.
Dit begrip is nieuw voor mij.
erectie
prostaat
bijballen
testosteron
zwellichamen
zweepstaart
eikel
voorhuid
Slide 17 - Sleepvraag
Slide 18 - Tekstslide
Wat is een moeilijk woord voor teelballen?
A
zaadballen
B
testes
C
testosteron
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Tekstslide
Wat wordt door de zaadblaasjes toegevoegd aan de zaadcellen?
A
water
B
water met voedingsstoffen
C
sperma
Slide 21 - Quizvraag
Wat is ongeveer de hoeveelheid bij 1 zaadlozing?
A
Een soeplepel
B
Een eetlepel
C
Een theelepel
Slide 22 - Quizvraag
Waar heeft de zaadcel de voedingsstoffen uit het zaadblaasje voor nodig denk je?
Slide 23 - Open vraag
Ik ken dit begrip al, ik weet wat het betekent.
Ik heb dit begrip al wel gehoord maar weet niet precies wat het betekent.
Dit begrip is nieuw voor mij.
erectie
prostaat
bijballen
testosteron
zwellichamen
zweepstaart
eikel
voorhuid
Slide 24 - Sleepvraag
Slide 25 - Tekstslide
Heb je de doelen gehaald?
A
Ja!
B
Deels
C
Nee
