paragraaf 4 krachten in werktuigen

paragraaf 4 krachten in werktuigen
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
naMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

paragraaf 4 krachten in werktuigen

Slide 1 - Tekstslide

kracht vergroten
met een breekijzer kan je makkelijk dingen open maken. 

de kracht is 20 keer zo groot met een breekijzer dan met je blote handen

Slide 2 - Tekstslide

breekijzer
het is gemaakt van een sterk stuk metaal. 

het korte uiteinde plaats je bij het voorwerp wat je wilt open breken en op het andere uiteinde kan je dan kracht zetten.

dit noem je een hefboom

Slide 3 - Tekstslide

hefboom
een hefboom heeft 3 punten:
- een krachtpunt
- een draaipunt
- een lastpunt

Slide 4 - Tekstslide

hefboom
het krachtpunt is waar je de kracht uitoefent.

het draaipunt kan de hefboom draaien

het lastpunt oefent de hefboom een kracht uit op een voorwerp

Slide 5 - Tekstslide

steeksleutel
met een steeksleutel kan je een moer losdraaien.

het draaipunt is bij de moer
het krachtpunt is het uiteinde
het lastpunt zit op de buitenkant van de moer

Slide 6 - Tekstslide

flesopener

Slide 7 - Tekstslide

tang
steekwagen

Slide 8 - Tekstslide

kracht-vergroting


(l1) werkarm = lang uiteinde
(l2) lastarm = kort uiteinde

het werkarm is 60cm van het draaipunt.
het lastarm is 3cm van het draaipunt.


Slide 9 - Tekstslide

hefboomregel
F1*l1= F2*l2

werkkracht*werkarm= 
last* lastarm

F1=?
l1=100 cm
F2= 2000N
l2= 20 cm


Slide 10 - Tekstslide