Een meewerkend voorwerp is degene die iets ontvangt of verneemt of van wie iets wordt afgenomen; het is een bepaald soort indirect object.
Het meewerkend voorwerp begint vaak met het voorzetsel aan – als dat niet in de zin staat, kan het er meestal bij gedacht worden. Enkele voorbeelden:
Julia en Kim gaven een cadeautje aan hun moeder.
Ik vroeg (aan) haar of ze nog op vakantie ging.
Mijn vriend geeft de poes en de hond hun eten.
Toen de kinderen niet luisterden, nam hun vader hun de playstation af.