In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
3 M Herhalen: Ethische Politiek- Dekolonisatie.
Machtsuitbreiding en verzet: 1870-1942
Slide 1 - Tekstslide
Tijdens het Cultuurstelsel (1830-1870) moesten de Javaanse boeren producten aan Nederland leveren.
Welke producten waren dat?
A
aardappels en vlees
B
specerijen
C
brood en groente
D
koffie en suiker
Slide 2 - Quizvraag
Tijdens het Cultuurstelsel kregen de Javaanse vorsten geld van het Nederlandse bestuur.
Dit geld noemen we:
A
batig slot
B
plantloon
C
cultuurprocenten
D
pacht
Slide 3 - Quizvraag
De Javaanse vorsten dwongen de boeren meer te verbouwen dan eigenlijk verplicht was. Dit leverde de vorsten extra geld op.
De stelling is:
A
goed
B
fout
Slide 4 - Quizvraag
Waarom leidde het Cultuurstelsel tot hongersnoden?
Omdat de boeren
A
minder geld gingen verdienen.
B
steeds minder zin kregen om te werken.
C
veel producten voor de export moesten leveren
Slide 5 - Quizvraag
Een groep leden van de Tweede Kamer vond halverwege de 19e eeuw dat de Nederlandse regering moest stoppen met het Cultuurstelsel. Deze groep wilde dat zelfstandige ondernemers een bedrijf in Indonesië konden beginnen. Hoe noemen we deze groep?
A
liberalen
B
communisten
C
socialisten
D
confessionelen
Slide 6 - Quizvraag
Wat was voor Nederland een reden om rond 1870 zijn grondgebied in Indonesië uit te breiden?
A
Nederland wilde de slavenhandel uitbreiden.
B
Nederland wilde er gevangenen naar toe kunnen sturen.
C
Nederland wilde het Cultuurstelsel uitbreiden.
D
Nederland wilde meer macht en aanzien krijgen in de wereld.
Slide 7 - Quizvraag
Na de afschaffing van het Cultuurstelsel kwamen er meer particuliere ondernemingen in Indonesië. Op deze ondernemingen ontstond een tekort aan arbeidskrachten. Op welke wijze werd dat tekort aan arbeidskrachten opgelost?
A
Door het aannemen van blanke Europeanen
B
Door het inhuren van contractarbeiders
C
Door het kopen van slaven
Slide 8 - Quizvraag
Rond 1870 vestigden steeds meer zelfstandige ondernemers zich in Indonesië.
Zij hielden zich vooral bezig met:
A
landbouw en industrie
B
landbouw en mijnbouw
C
mijnbouw en industrie
Slide 9 - Quizvraag
Ethische politiek
Rond 1900
'ereschuld' hoogopgeleide Nederlanders
Ethische politiek
Onderwijs
Voogdijgedachte
Rond 1900
'ereschuld' hoogopgeleide Nederlanders
Ethische politiek
Onderwijs
Voogdijgedachte
Ethische politiek
Slide 10 - Tekstslide
Par 9 een andere aanpak
Educatie
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Een desaschool kan je het best vergelijken met een ..
A
Basischool
B
School voor voortgezet onderwijs
Slide 13 - Quizvraag
Met de ethische politiek uit 1900 wilde de Nederlanders, de Indonesiërs heropvoeden