4.2 - Woon je verzekerd

Economie
3 MAVO
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Economie
3 MAVO

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je kennen/ kunnen?
  • Welke verzekeringen zijn er?
  • Wat is een AVP verzekering?
  • Wat is een inboedelverzekering?
  • Wat is een opstalverzekering?
  • Over- of onderverzekerd?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zat het ook al weer? 
  1. Verzekeren doe je voor een onzeker voorval (=je weet niet zeker of het gebeurt) in de toekomst.
  2. Hoe hoger het risico dat het onzekere voorval gebeurt, hoe hoger de premie (=bedrag per maand om verzekerd te zijn) die je betaalt
  3. Als je een eigen risico (=je betaalt een deel van de schade zelf) neemt betaal je minder premie.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je sluit een verzekering af.
De premie bedraagt €48,50.
De poliskosten zijn €4,50
de assurantiebelasting is 21%.
Bereken de verzekeringskosten.
timer
2:00

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Soorten verzekering
  • AVP (Par.4.1)
  • Inboedelverzekering (Par.4.2)
  • Opstalverzekering (Par.4.2)
  • WA-verzekering (Par.4.3)
  • Cascoverzekering (Par.4.3)
  • Zorgverzekering (Par.4.4)
  • Maar eigenlijk kun je bijna alles verzekeren (zie volgende dia)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noemen we de verzekeringsmaatschappij ook wel?
timer
0:15000
A
De verzekerde.
B
De verzekeraar.

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar betaal je assurantiebelasting over?
timer
0:30000
A
Alleen over de premie.
B
Alleen over de polis.
C
Over de premie en de polis.
D
Wat is assurantiebelasting?

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

AVP
De Aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren (AVP) is een verzekering tegen schade die je zonder opzet aan anderen toebrengt. 

De AVP geldt voor het hele gezin, inclusief huisdieren. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mensen kiezen er vaak voor om een AVP af te sluiten omdat...
timer
0:30000
A
Iedereen wel eens per ongeluk schade veroorzaakt
B
Het verplicht is
C
De schade die je expres toe brengt dan wordt gedekt

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met een vrijwillig eigen risico
timer
0:30000
A
Betaal je een deel van de schade zelf en heb je een lagere premie
B
Betaal je alle schade zelf en heb je een lagere premie
C
Betaal je een deel van de schade zelf en heb je een hogere premie
D
Betaal je alle schade zelf en heb je een hogere premie

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Inboedelverzekering
Doel = Vergoedt de schade aan alles wat zich binnenin huis bevindt, na een brand, inbraak of wateroverlast.

Voorbeeld =  Je meubels, je tv, je kleding.

 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opstalverzekering
Doel = Vergoedt de schade aan de buitenkant van je huis door blikseminslag, brand, of stormschade

Voorbeeld: Dakpannen, dakgoten, kozijn.



Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Als je een koophuis hebt is het verstandig om een...….. af te sluiten
A
inboedelverzekering
B
inboedelverzekering en opstalverzekering
C
opstalverzekering
D
geen van alle antwoorden is juist

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een inboedelverzekering vergoedt de schade tegen herbouwwaarde
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een verzekering voor je spullen in je huis noem je een ...
A
inboedelverzekering.
B
opstalverzekering.

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Iedereen met een vrijstaande woning betaalt dezelfde premie voor de woonhuis-verzekering.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Premieberekening woonhuis
Hoe wordt de hoogte van een premie ook alweer bepaald?
Risico! Hoe groter het risico (bedrag, kans) , hoe hoger de premie.

Woonhuisverzekering:
Premie wordt bepaald op basis van herbouwwaarde huis en uitgedrukt in een tarief per €1000 verzekerd bedrag




Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Premie woonhuisverzekering
Premie woonhuisverzekering =
verzekerd bedrag : €1000 x premietarief 

Voorbeeld: 
De herbouwwaarde van je huis is €230.000. De jaarpremie is €0,90 per €1000 verzekerd bedrag. Wat is de premie per jaar?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Joost en Maartje hebben de inboedelmeter ingevuld. Hieruit komt dat de totale inboedel € 93.500,= is. Ze verzekeren deze inboedel bij Centraal Beheer. De premie is € 3,65 per € 1.000,= verzekerd bedrag. Joost een Maartje krijgen 10% korting, omdat ze hun woonhuisverzekering ook bij Centraal Beheer hebben afgesloten. De poliskosten zijn € 7,50. Wat is hun jaarpremie inclusief assurantiebelasting?
A
€ 378,40
B
€ 379,82
C
€ 380,72
D
€ 379,15

Slide 23 - Quizvraag

((Kale premie - / - korting + eventuele premieopslag voor maandbetaling) + poliskosten) x 1,21 assurantiebelasting = totale premie
Aan de slag
Paragraaf 4.2 vraag 1 t/m 9

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies