argumentatiestructuren

Argumentatiestructuren

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Argumentatiestructuren

Slide 1 - Tekstslide

4 basisstructuren
  1. Enkelvoudige argumentatie
  2. Nevenschikkende argumentatie (onafhankelijk)
  3. Nevenschikkende argumentatie (afhankelijk)
  4. Onderschikkende argumentatie

Slide 2 - Tekstslide

Bij enkelvoudige argumentatie onderbouw je je standpunt met één argument.

 HET WAS EEN LEUKE LES
                                                               ⇑ signaalwoorden: want / omdat /                                           aangezien / immers
DE DOCENT WAS IN EEN GOEDE BUI

Slide 3 - Tekstslide

Bij nevenschikkende argumentatie gebruik je meer dan één argument. Bij onafhankelijke argumenten staat ieder argument los van het andere  Deze vorm van argumentatie is de sterkste argumentatiestructuur.

Slide 4 - Tekstslide

Bij nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumentatie, kan het ene argument niet zonder het andere argument: ze zijn van elkaar afhankelijk
Ik ga niet studeren in Leiden.
Mijn broer woont daar en ik wil niet in dezelfde stad wonen als mijn broer.

Slide 5 - Tekstslide

Bij onderschikkende argumentatie ondersteunt een argument een ander argument (ketenargumentatie).

Slide 6 - Tekstslide

combinatie
Je kunt natuurlijk ook een combinatie hebben van nevenschikkende argumentatie (meerdere argumenten), die ondersteund worden (met onderschikkende/ subargumenten).

Slide 7 - Tekstslide

Onderschikkende argumentatie bestaat altijd maar uit één argument bij het standpunt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Dit is een goede school. De leerlingen kunnen zich goed ontwikkelen.
A
enkelvoudige argumentatie
B
nevenschikkende onafhankelijke argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
nevenschikkende afhankelijke argumentatie

Slide 9 - Quizvraag

De spelling moet worden vereenvoudigd. De meeste Nederlanders blijven fouten maken. Kijk maar naar de spelfouten in tijdschriften en kranten.
A
enkelvoudige argumentatie
B
nevenschikkende onafhankelijke argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
nevenschikkende afhankelijke argumentatie

Slide 10 - Quizvraag

Het Corderius is een goede school. Het heeft een mooi gebouw en de leerlingen kunnen zich ontwikkelen.
A
enkelvoudige argumentatie
B
nevenschikkende onafhankelijke argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
nevenschikkende afhankelijke argumentatie

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

V5: aan de slag! Kies: 
1. Lezen in leesboek kringgesprek 

2. Ga naar Talent Online H3: Overtuigingskracht  
             van argumentatie  §1 Voorbereiden. Test jezelf en maak  
             de opdrachten: wat beheers je en wat nog niet? Klascode: 048155
 
3. Maken opdrachten uit je groene reader H3. Argumenteren kun je leren, opdr. A (=huiswerk 18-2) 

Slide 13 - Tekstslide

H5 aan de slag! Kies: 

1. Argumentatieleer: uitleg 

2. Werken aan de opdrachten in de groene reader: 
opdr. 26 t/m 36

3. Lezen in je leesboek voor mondeling literatuurexamen

Slide 14 - Tekstslide

3. Werken aan je literatuuropdracht op de laptop 
3. Voorlopige literatuurlijst nog niet compleet / niet-ingeleverd? Nu aanvullen en inleveren

Slide 15 - Tekstslide

A3B: aan de slag! 
1. Lezen in leesboek

2. Maak opdracht E, F, G van de oefentoets spelling
 
3. Oefen via www.cambiumned.nl de onderdelen spelling die je nog niet goed onder de knie hebt 

4. Begin aan de uitwerking van de boekopdracht 

Slide 16 - Tekstslide