Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Ma 27-02-23 4.3
1 / 15
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
In deze les zitten
15 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
40 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
HA3C
Montag, 27. Februar 2023
Slide 2 - Tekstslide
die Planung
Weektaak controle
Herhalen: keuzevoorzetsels
Neu: der/ein schema
Samen oefenen
Aufgaben
Slide 3 - Tekstslide
Weektaak controle
ff
Kapitel 4, Lektion 2, Aufgabe: 5, 8, 10, 11, 14
Elyas, Joudi, Eliana, Sóphia, Coen, Brandon, Lise, Lou, Hassan, Jip, Elise, Maxim
Niet af --> boek?
Slide 4 - Tekstslide
Wiederholen
Grammatik B keuzevoorzetsels
Wat weiß du noch?
3 Fragen
Slide 5 - Tekstslide
Keuzevoorzetsels:
Welke vraag kun je stellen voor de Dativ (3e naamval)? [meerdere antwoorden]
A
Waarheen?
B
Wanneer?
C
Waar?
D
Waarom?
Slide 6 - Quizvraag
Keuzevoorzetsels:
Welke vraag kun je stellen voor de Akkusativ (4e naamval)?
A
Waarheen?
B
Wanneer?
C
Waar?
D
Waarom?
Slide 7 - Quizvraag
op
aan/op/bij/naar
achter
naast
in/naar
over
onder
voor
tussen
zwischen
vor
über
unter
in
an
neben
auf
hinter
Slide 8 - Sleepvraag
Grammatik
der/ein schema
Slide 9 - Tekstslide
Vertaling Duits
Waar --> wo (3e)
wanneer --> wann (3e)
waarheen --> wohin (4e)
Slide 10 - Tekstslide
der/ein schema
Stap 1:
Is het een rust/toestand 3e nv (waar(wo) of wanneer (wann))
of is het een beweging 4e nv(waarheen(wohin))
Stap 2:
is het zelfstandig naamwoord achter datgene wat je moet invullen mannelijk/vrouwelijk/onzijdig/meervoud
Stap 3:
moet je het der schema of het ein schema gebruiken?
Woorden der schema: der-, dies-, jed-, jen-, welch-, manch-, solch-, all-
Woorden ein schema: ein-, kein-, mein-, dein-, sein-, ihr-, unser-, euer-, ihr-, Ihr-
Slide 11 - Tekstslide
der/ein schema
Stap 1:
Is het een rust/toestand 3e nv (waar(wo) of wanneer (wann))
of is het een beweging 4e nv(waarheen(wohin))
Stap 2:
is het zelfstandig naamwoord achter datgene wat je moet invullen mannelijk/vrouwelijk/onzijdig/meervoud
Stap 3:
moet je het der schema of het ein schema gebruiken?
Woorden der schema: der-, dies-, jed-, jen-, welch-, manch-, solch-, all-
Woorden ein schema: ein-, kein-, mein-, dein-, sein-, ihr-, unser-, euer-, ihr-, Ihr-
Slide 12 - Tekstslide
Oefenen
1. Sie steht auf d... Podium(o).
2. Die Lampe hängt an d... Decke(v).
3. Ich hänge das Poster über mein... Tür(v).
4. Den Flugschein hat sie zwischen d... Zeitungen(mv) gefunden
5. Er steht neben sein... Vater.
6. Er stellt sein Fahrrad neben d... Haus(o).
7. Sie wohnt über dein... Geschäft(o)
Slide 13 - Tekstslide
Aufgaben machen
opdrachten maken
Wa
s (wat
)?
Kapitel 4 Lektion 3 Aufgabe 1, 2, 3, 5
EN
Oefenso grammatica
Wie (hoe)?
Online of boek
Hilfe (hulp)?
Buren, docent
Zeit (tijd)?
11:30
An die Arbeit!
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Di 28-02-23 4.3
Februari 2023
- Les met
14 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Do 02-03-23 4.3
Februari 2023
- Les met
15 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Vr 3-03-23 4.3
Februari 2023
- Les met
19 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Ma 26-02-23 4.4
Februari 2024
- Les met
18 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Vr 11-03-2022 K4.4 herhaling keuzevoorzetsels+ 7/2-regel
Maart 2022
- Les met
21 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
V4 Hoofdstuk 2
Februari 2022
- Les met
28 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H41 7.1. en 8.1.2021
Januari 2021
- Les met
29 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
3v2 les 14.04.2021 Wiederholung Wahlpräpositionen
April 2021
- Les met
14 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3,4