Herhaling 4.1 en 4.2
1 / 14
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
In welke periode is dit hoofdstuk?
A
Oudheid
B
Prehistorie
C
Vroegmoderne tijd
D
Middeleeuwen
Slide 2 - Quizvraag
Welke jaartallen horen bij het tijdvak : de tijd van monniken en ridders
A
0-500
B
500-1000
C
750-1250
D
1000-1500
Slide 3 - Quizvraag
Hoe werd het Frankische Rijk bestuurd?
Slide 4 - Open vraag
Er was politieke verdeeldheid, omdat?
A
Leenheren te machtig werden
B
leenmannen ook weer leenmannen aanwezen
C
Leenmannen niet deden wat ze moesten doen
D
Leenheren zorgde ervoor dat leenmannen het slecht hadden
Slide 5 - Quizvraag
Leg in eigen woorden wat het leenstelsel is?
Slide 6 - Open vraag
Waarom was het onveilig in de rond 800 tot 1000?
A
Door Viking invallen
B
Doordat er deze periode veel gesloten werd
C
Omdat er te weinig ridders waren
Slide 7 - Quizvraag
Hoe heet het als je iemand wil overtuigen voor een andere godsdienst?
A
Overhalen
B
Bekeren
C
Toelaten
D
Vernieuwen
Slide 8 - Quizvraag
Een missionaris heeft een speciale 'missie', wat voor missie?
A
Het christendom verspreiden
B
Een missie om mensen naar de kerk te krijgen
C
Missie om het veilig te houden in het rijk
Slide 9 - Quizvraag
Wat is de betekenis van het begrip: heiden?
Slide 10 - Open vraag
De verspreiding van het christendom in Europa is een kenmerkend aspect van:
A
Jagers en boeren
B
Grieken en Romeinen
C
Monniken en ridders
D
Steden en staten
Slide 11 - Quizvraag
Wat is een klooster?
Slide 12 - Open vraag
Monniken leven in kloosters, wat zijn monniken?
A
Mensen die geloof verspreiden
B
Iemand die afgescheiden van de samenleving leeft
C
Mensen die anderen mensen bekeren
Slide 13 - Quizvraag
Het volgende van 4.1 en 4.2 snap ik nog niet zo goed..
