Periode 3-Week 7

English
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

English

Slide 1 - Tekstslide

To Do:
  • Grammatica: in-on-at
  • Lezen: structuur
  • Taalblokken
  • Presentaties

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Thomas lives _________ New York.
A
on
B
in
C
at

Slide 4 - Quizvraag

I did my internship ________ Jumbo.
A
on
B
in
C
at

Slide 5 - Quizvraag

We're going to move ___________ November.
A
on
B
in
C
at

Slide 6 - Quizvraag

Mary was born _______ the 6th of April, 2004.
A
on
B
in
C
at

Slide 7 - Quizvraag

The film starts ________ 10 o'clock.
A
on
B
in
C
at

Slide 8 - Quizvraag

Texts are organised 

Introduction
-first part of a text. 
-function: to introduce the topic of the text and to capture the attention of the readers.

Body
- main part of the text. 
- any number of paragraphs. 
-function: to present the various points of information, ideas or arguments the writer wants to get across.

Conclusion
-last part of the text.
 - function: summarise the main part of the text.
It can also be an opinion, a recommendation, a prediction, a comment, a call for action or a piece of advice 


Slide 9 - Tekstslide

Texts are structured 
Nuttig voor vragen over bedoelingen van de schrijver / tekst.

Five important text structures that writers use to organise information, ideas and arguments in their texts. 

  • Sequence and chronology:  first,secondly, then, finally, earlier
  • Comparison and contrast: too, just like , on the other hand ,although .
  • Cause and effect: since,  because of 
  • Problem and solution: difficulty , solution, answer
  • Description: for example, as well as, in addition

Signalwords!


Slide 10 - Tekstslide

Taalblokken
  • Building Blocks A2: Unit 3 Reading- exercise 1-15
  • Klaar: presentatie voorbereiden
                       




Slide 11 - Tekstslide

Presentatie Stage
  • Presentatie in het Engels over je stage (3-5 minuten)
1. Stel jezelf voor.
2. Vertel waar je stage hebt gelopen.
3. Geef een korte beschrijving van het bedrijf of de instelling waar je stage hebt gelopen.
4. Vertel wanneer en hoelang je stage hebt gelopen.
5. Vertel op welke dagen je stage hebt gelopen.
6. Vertel wat je tijdens je stage hebt gedaan. Beschrijf hoe je deze dingen hebt aangepakt.
7. Vertel wat je vond van je stage.

Je beantwoordt ook vragen vanuit het publiek na je presentatie. Dit hoort niet bij de spreektijd.

Slide 12 - Tekstslide

22L2A - 21 maart 11:15-12:05
1. Femke
2.Ariam
3. Medina
4.Eva

22L2A - 11 april
Rasmiyeh
Eldin
Ruben
Naomi
Mishal
Laila
Mo
Luwam
Gio
Nicolas
Tim


22L2A-28 maart 

1.Quinten
2.Sam
3.Pascual
4.Ishaan
5.Ezgamin
6.Renzo
7. Tim

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide