Producenten: planten maken van glucose andere voedingsstoffen. Daarin zit energie, oftwel ze produceren energie/voedingsstoffen.
Consumenten: dieren eten de voedingsstoffen die planten maken. Ze gebruiken de planten dus. Dit noemen we consumeren.
Slide 17 - Tekstslide
Hoe gaat de voedselkringloop?
Afvaleters: bodemdiertjes eten het afval en de resten van (dode) dieren. Ze maken het afval heel erg klein.
Reducenten: bacteriën en schimmels ruimen het afval van de afvaleters op door het af te breken. Dit afbreken noemen we reduceren. Er blijven alleen nog mineralen over in de bodem.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Producenten
Consumenten
Afvaleters
Reducenten
Mineralen
Slide 22 - Sleepvraag
We hebben een konijn, een zonnebloem, een tor en een bacterie. Wie is wie? Kies uit: producent, consument, afvaleter, reducent
Slide 23 - Open vraag
Wat is produceren ook alweer?
A
Maken
B
Prutsen
C
Afbreken
D
Doorgeven
Slide 24 - Quizvraag
Wat is reduceren ook alweer?
A
Maken
B
Prutsen
C
Afbreken
D
Doorgeven
Slide 25 - Quizvraag
Samenvatten
Vat de uitleg in een paar zinnen samen, in je schrift.