H3.2 - Krachten meten (les 3)

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten en zorg dat je niks op tafel hebt liggen.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten en zorg dat je niks op tafel hebt liggen.

Slide 1 - Tekstslide

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten .

Slide 2 - Tekstslide

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten, zorg dat je niks op tafel hebt liggen.

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht
a) Bereken de zwaartekracht op een appel van 450 gram.
b) Een astronaut weegt op de maan 120 N. Bereken de massa.

Slide 4 - Tekstslide

H3.2 - Krachten meten

Slide 5 - Tekstslide

Opdrachten
a) Zes appels hebben samen een massa van 800 gram. Bereken hoe groot de zwaartekracht is die op de appels werken.

b) Bereken de massa van een man, als je weet dat de zwaartekracht 900 N is.

c) Een pen weegt 30 gram. Bereken de zwaartekracht op de maan.

Maak daarna H3.2: 1, 2, 4a, 5, 6, 7, 8

Slide 6 - Tekstslide

Aantekening

Slide 7 - Tekstslide

Oefenvraag 1
Maak daarna H3.2: alle opdrachten zonder plusje of sterretje. Daarna test jezelf

Slide 8 - Tekstslide

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak de vragen die je hebt overgenomen in je aantekeningen.

Hoe? Werk de eerste 5 minuten individueel en in stilte. Daarna mag je fluisterend overleggen
Hoe lang? Ongeveer 15 minuten

Klaar? Maak daarna H3.2: alle opdrachten zonder plusje of sterretje. Daarna test jezelf afmaken.

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 2
Een tesla cybertruck heeft een massa van 3103 kg
a) Bereken de zwaartekracht op de cybertruck.
b) Teken de zwaartekracht die werkt op de cybertruck 
als 1 cm ≙ 2200 N. 

Slide 10 - Tekstslide

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak de volgende opdrachten van H3.2: alle opdrachten zonder plusje of sterretje.

Hoe? Werk de eerste 15 minuten individueel en in stilte. Daarna mag je fluisterend overleggen
Hoe lang? Tot het einde van de les.

Klaar? Maak de test jezelf van H3.2 af.

Slide 11 - Tekstslide

Hendrik fietst naar huis. Ondertussen werkt er een zwaartekracht van 850 Newton (N) op hem.
Over welke grootheid en eenheid gaat het hierboven?
Sleep vanuit het keuzevak de juiste woorden naar de plek.
Let op er blijven antwoorden over.
keuzevak:
Grootheid
Symbool
Eenheid
Symbool
Fz
Fspan
(Zwaarte)kracht
fietsen
Newton
N
850
snelheid
Beweging

Slide 12 - Sleepvraag

Wat is de formule voor de zwaartekracht
A
F = m/g
B
F = m + g
C
F = m·g
D
F = m - g

Slide 13 - Quizvraag

Aan een krachtmeter hangt een blokje. Wat geeft de middelste krachtmeter aan?
A
7,2 N
B
7,5 N
C
7,7 N

Slide 14 - Quizvraag

Om een grote kracht te meten gebruiken we een
A
stugge veer
B
slappe veer

Slide 15 - Quizvraag

de kracht meten we in
A
Newton
B
Kilogram
C
Meters
D
meters per seconde

Slide 16 - Quizvraag

Je gaat een kracht meten van ongeveer 3 N welke meter neem je dan
A
1 N
B
3 N
C
5 N
D
10 N

Slide 17 - Quizvraag

Op een voorwerp van 200 g werkt de zwaartekracht.
Hoe groot is de zwaartekracht?
A
0,2 N
B
2 N
C
20 N
D
2000 N

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel kracht geeft deze krachtmeter aan?
A
0,3 N
B
0,32 N
C
0,38 N
D
0,4 N

Slide 19 - Quizvraag

Krachten kan je meten met een...
A
krachtmeter
B
Veerunster
C
Thermometer
D
Multimeter

Slide 20 - Quizvraag