KA3 - 2021

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Huiswerkcontrole

A: 1.1 t/m 1.9 + 2.1 t/m 2.6

B: samenvatten blz. 8

Opdracht rij C

1. Vul het werkblad Kenmerkend Aspect 1 en 2 in. Naam erop en inleveren bij docent

2. Klaar?: Maken D-toets. Antwoorden op toetsblaadje. Naam erop en inleveren bij docent.

3. Klaar?: aan het werk met eigen werk. Dus weektaak GS of ander HW.

4. bij afronding klassikale les zal ik vragen je antwoord op het werkblad voor te lezen aan rest van de klas zodat we het kunnen bespreken. 

Je werkt zelfstandig. Dus zonder mijn uitleg, maar ook niet in duo's.

Je mag een muziekje opzetten.

Hoofdstuk 1

Tijd van jagers en boeren

Kenmerkende aspecten:

1. de levenswijze van jager-verzamelaars

2. het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen

3. het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen

Vorige les

• Vier kenmerken kunnen noemen van de jagers-verzamelaars
• Deze kenmerken kunnen aanwijzen op een afbeelding
• De begrippen Nomaden,
• Landbouwrevolutie, Graansoorten, landbouwsamenleving/agrarische samenleving en sedentair kennen en kunnen uitleggen.
• Uit kunnen leggen hoe de overgang naar een agrarische samenleving lange tijd duurde.
• De gevolgen van de landbouw voor de mens op kunnen noemen. 

Deze les

• Uit kunnen leggen waarom er in de steden specialisatie ontstond
  
• Het begrip ambacht en nijverheid uit kunnen leggen
  
• Uit kunnen leggen waarom het schrift uitgevonden werd
  
• Uit kunnen leggen wat een mythische verklaring is
  
• Het begrip polytheïsme uitleggen
  
• Het verschil tussen de eerste steden (KA3) en dorpen van de landbouwsamenleving (KA2) uit kunnen leggen
  

• Oefenen KA 3 met video

HERHALEN

4 milj. V.C. – 1e mens in Afrika

200.000 v.C. – 1e homo sapiens

80.000 v.C. – Homo sapiens naar Azië

45.000 v.C. – Homo Sapiens naar Europa

30.000 v.C. – Neanderthaler uitgestorven

10.000-8000 v.C. – landbouwsamenlevingen in Vruchtbare Halvemaan

5.000 v.C. – landbouw naar Europa

                                                        Plaatje: Vruchtbare Halve Maan >>>

Agrarische Revolutie:

 Overgang van jagen en verzamelen naar een agrarisch bestaan. (Rond 9000 v. Chr)

HERHALEN

Agrarische Revolutie

• Door klimaatverbetering
• Einde aan het zwervende bestaan
• wilde dieren temmen
• akkers

HERHALEN

Gevolgen van de landbouwrevolutie

• Sedentaire revolutie: Van nomade naar vaste woonplaats

Mensen krijgen meer bezittingen

• Ontstaan van steden (stadstaten)

• Er ontstaat meer ongelijkheid: 

De één heeft meer bezittingen dan een ander.

Agrarisch-urbane Samenleving: Samenleving waarin de landbouw het allerbelangrijkst is,

maar waarin ook steden bestaan 

Een machtig rijk

• Boeren moesten een deel van hun opbrengsten als belasting afstaan aan de farao > Hiermee kon de farao zijn ambtenaren betalen en kon er een graanvoorraad opgebouwd worden
• De Egyptenaren hadden een professioneel leger met de meest moderne wapens
• de Egyptenaren beschikten over het schrift, maar ook over vergevorderde meetkunde
• Toch bleef ieder succes een gunst van de goden

Zelfstandig verder werken rij A

A: en 2.7 en 3.1 t/m 3.9

B: samenvatten blz. 10 + 12

Oefenen KA 3

Lees blz. 12 vanaf kopje

'Stedelijke gemeenschappen: specialisatie en hierarchie'

Lees blz. 12 vanaf kopje

'Stedelijke gemeenschappen: specialisatie en hierarchie'

noteer:

- voorbeelden van hiërarchie in de stedelijke samenlevingen

noteer:

- voorbeelden van specialisatie in de stedelijke samenlevingen

Oefenen KA 3

Hoe zie je deze voorbeelden terug in deze afbeelding?

Organisatie is nodig wanneer steden ontstaan. Daardoor ontstaan ook sociale verschillen

Hiërarchie

Sociale verschillen op basis van taak

Schrift

• Het hiërogliefenschrift is een verzameling van kleine tekeningen. Iedere tekening staat voor een woord of een klank
  
  
• De hiërogliefen worden vooral in religieuze teksten gebruikt. Voor administratie werd een eenvoudiger schrift gebruikt, het hiëratische schrift
  
  
• Ambtenaren konden nu meer zaken bijhouden zoals; belastingen en wetten

0

Oefenen met de leertekst

1. Maak een 'en toen, en toen, en toen' schema van de informatietekst op blz. 10

2. werken aan de weektaak

Het antwoord van rij C

Wat je nu kent/kunt

• Uit kunnen leggen waarom er in de steden specialisatie ontstond
  
• Het begrip ambacht en nijverheid uit kunnen leggen
  
• Uit kunnen leggen waarom het schrift uitgevonden werd
  
• Uit kunnen leggen wat een mythische verklaring is
  
• Het begrip polytheïsme uitleggen
  
• Het verschil tussen de eerste steden (par. 1.3) en dorpen van de landbouwsamenleving (par. 1.2) uit kunnen leggen