4.5 Waarin een klein land groot kan zijn
1 / 25
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Hoeveel inwoners had Nederland in 1900?
A
2 miljoen
B
3 miljoen
C
4 miljoen
D
5 miljoen
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Tekstslide
Wat was in 1900 de belangrijkste beroepsgroep?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel % van de beroepsbevolking werkte in de primaire sector in 1900?
A
20%
B
30%
C
40%
D
50%
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Waarom is de kledingindustrie uit Nederland verdwenen?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
In wat voor soort landen worden smartphones gemaakt?
A
Centrum
B
Semi-periferie
C
periferie
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Wat is de minst welvarende gemeente van Nederland?
A
Rotterdam
B
Pekela
C
Kerkrade
D
Amsterdam
Slide 16 - Quizvraag
Wat is de meest welvarende gemeente van Nederland?
A
Hilvarenbeek
B
Rozendaal
C
Laren
D
Oirschot
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Bruto nationaal geluk
Wat is de positie van de USA?
Wat is de positie van de USA?
A
4
B
14
C
24
D
34
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
De handelsbalans van Nederland is ......
A
Positief
B
Negatief
Slide 22 - Quizvraag
De handelsbalans van een periferie land is meestal ....
A
positief
B
negatief
