Artikel schrijven

Een artikel schrijven
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Een artikel schrijven

Slide 1 - Tekstslide

DOEL
- je kunt een kort artikel schrijven met een begin, middenstuk en slot

- je kunt alinea's maken en inhoudelijke verbanden aangeven met signaalwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Een artikel schrijven
In een informatief artikel geef je de lezer informatie 
over een bepaald onderwerp

Slide 3 - Tekstslide

In de inleiding noem je het onderwerp van het artikel. 


Zo schrijf je een artikel
Daarnaast kun je:
- de aanleiding vertellen (waarom je over het onderwerp schrijft).
- een voorbeeld geven van het onderwerp.
- een kort, grappig verhaaltje (anekdote) vertellen over het onderwerp.
- een vraag of vragen stellen die je in de tekst gaat beantwoorden.

Slide 4 - Tekstslide

Maak eerst een schrijfplan voordat je een artikel gaat schrijven

Zo schrijf je een artikel
Verder:
- Zorg je voor een passende titel.
- Schrijf je een artikel van minimaal 100 woorden.
- Gebruik je een logische volgorde.
- Zorg je voor samenhang in de tekst.
- Zorg je voor passend taalgebruik.
- Vermeld je jouw voor- en achternaam (en klas) onder het artikel.

Slide 5 - Tekstslide

In het middenstuk schrijf je over elk deelonderwerp één alinea. 


Zo schrijf je een artikel
Schrijf de belangrijkste informatie 
over het deelonderwerp in de eerste zin. 
Ga op dezelfde regel verder en geef 
in de rest van de alinea voorbeelden 
of uitleg bij het deelonderwerp.
  
Je tekst wordt duidelijker als je in de eerste zin van een alinea 
een signaalwoord gebruikt, zoals ook, ten tweede, bovendien.

Slide 6 - Tekstslide

Artikel = informatieve tekst
Doel = informatie geven

Voorbeelden:
- Een verslag van een festival in de krant
- Een tekst in een nieuwsbrief van school
-  Een tekst over games in een tijdschrift

Nieuwsbericht Nu.nl

Slide 7 - Tekstslide

In het slot kun je:

Zo schrijf je een artikel
- de deelonderwerpen samenvatten.

- vertellen wat er in de toekomst 
waarschijnlijk nog gaat gebeuren (toekomstverwachting). 
- een conclusie trekken.
- een advies geven.
een antwoord geven op de vraag/vragen die je in de inleiding hebt gesteld. 


Je kunt in het slot een signaalwoord gebruiken, zoals dus, kortom, dat betekent.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Feiten en meningen
In een artikel staan vooral feiten
want het doel is de lezer te informeren 
over een bepaald onderwerp.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Dus, let op:
  • Zet een titel boven je artikel.
  • Het artikel bestaat altijd uit een inleiding, middenstuk en slot. Dit zijn dus tenminste 3 alinea's.
  • Houd bij het schrijven de volgorde van de opdracht aan.
  • Check of je alle punten in je artikel verwerkt hebt.
  • Controleer op hoofdletters, leestekens en de spelling van woorden.

Slide 13 - Tekstslide

Heb je alle punten in je artikel verwerkt? (6 pt)
- de aanleiding om het artikel te schrijven is dat de meningen van leerlingen over multitasken tijdens het maken van schoolopdrachten verschilt. 

- je eigen ervaring met multitasken tijdens het maken van schoolopdrachten.
Beschrijf je eigen ervaring.

Slide 14 - Tekstslide

Heb je alle punten in je artikel verwerkt? (6 pt)
- voordeel 1 van multitasken tijdens het maken van schoolopdrachten:
Het is handig om je telefoon bij de hand te hebben, omdat je eenvoudig de hulp van anderen kunt inroepen als je vragen hebt.

- voordeel 2 van multitasken tijdens het maken van schoolopdrachten:
Je kunt meerdere dingen tegelijk doen: je kunt tijdens het maken van je huiswerk ook met vrienden chatten.

Slide 15 - Tekstslide

Heb je alle punten in je artikel verwerkt? (6 pt)
 - Nadeel 1 van multitasken tijdens het maken van schoolopdrachten:
Je kunt je niet goed concentreren op opdrachten.

- Nadeel 2 van multitasken tijdens het maken van schoolopdrachten:
Het gaat ten koste van onze mentale energie en maakt ons minder efficiënt. 

Slide 16 - Tekstslide

Heb je alle punten in je artikel verwerkt? (6 pt)
- wat volgens jou beter is: wel of niet multitasken tijdens het maken van schoolopdrachten:
Beschrijf jouw mening: Ik vind dat je wel/niet moet multitasken, want....

- twee argumenten die jouw mening ondersteunen:
Multitasken is verslavend
Het veroorzaakt stress


Slide 17 - Tekstslide

Heb je alle punten in je artikel verwerkt? (6 pt)
- wat je hoopt te bereiken met je artikel:
Ik hoop dat duidelijk is geworden wat de voordelen en de nadelen zijn van multitasken tijdens het maken van schoolopdrachten. 

Slide 18 - Tekstslide

Taal (5 pt)
  • Bestaat het artikel uit minimaal 100 woorden?

Ja?
  • Begint elke zin met een hoofdletter?
  • Eindigt elke zin met een punt? (of vraagteken/uitroepteken waar nodig)?
  • Zijn je zinnen goed geformuleerd?
  • Zitten er spelfouten in de tekst?

Slide 19 - Tekstslide

Conventies (2 pt)
  • Bevat het artikel een passende titel?
  • Is het artikel verdeeld in alinea's?
  • Bevat je artikel een logische volgorde?
  • Is er samenhang tussen de alinea's?
  • Heb je passende taal gebruikt?
  • Staat onder je artikel je voor- en achternaam? 

Slide 20 - Tekstslide