Introductieles economie basis 3

Introductieles economie basis 3

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je de basisbeginselen van economie begrijpen en toepassen.

Deze slide kan worden gebruikt om het leerdoel van de les te introduceren aan de leerlingen.

Wat weet je al over economie?

Wat is economie?

Economie is de studie van hoe mensen keuzes maken om hun middelen te verdelen in een wereld van schaarste.

Leg uit dat economie de studie is van hoe mensen beslissingen nemen over het gebruik van beperkte middelen om aan hun behoeften en wensen te voldoen.

Vraag en aanbod

Vraag verwijst naar de hoeveelheid van een goed of dienst die mensen willen kopen, terwijl aanbod verwijst naar de hoeveelheid van een goed of dienst die beschikbaar is.

Leg uit wat vraag en aanbod betekenen en hoe ze de prijs en de beschikbaarheid van goederen en diensten beïnvloeden.

Markt

Een markt is een plek waar kopers en verkopers samenkomen om goederen en diensten uit te wisselen.

Beschrijf wat een markt is en hoe deze werkt als een ruimte waar kopers en verkopers elkaar ontmoeten om transacties te doen.

Prijsvorming

De prijs van een goed of dienst wordt bepaald door vraag en aanbod op de markt.

Leg uit dat de prijs van een goed of dienst wordt beïnvloed door de interactie tussen vraag en aanbod.

Kosten en baten

Kosten zijn de opofferingen die gemaakt moeten worden om iets te verkrijgen, terwijl baten de voordelen zijn die worden verkregen uit een bepaalde actie.

Definieer kosten en baten en leg uit dat mensen beslissingen nemen op basis van een afweging tussen de kosten en baten van een bepaalde actie.

Marktfalen

Marktfalen treedt op wanneer de markt geen efficiënte uitkomsten produceert, bijvoorbeeld door externe effecten of monopolies.

Beschrijf wat marktfalen is en geef voorbeelden van situaties waarin markten niet optimaal werken.

Samenvatting

In deze les hebben we de basisbeginselen van economie besproken, waaronder vraag en aanbod, markt, prijsvorming, kosten en baten, en marktfalen.

Vat de belangrijkste concepten en ideeën van de les samen en zorg ervoor dat de leerlingen de belangrijkste punten begrijpen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.