Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
taal actief groep 4 T3 woordenschat
Als je beschrijft hoe je kamer eruit ziet. Wat doe je dan?
A
precies vertellen hoe het eruit ziet
B
inrichten
C
passen en meten
D
ontwerpen
1 / 20
volgende
Slide 1:
Quizvraag
Taal
Basisschool
Groep 4
In deze les zitten
20 slides
, met
interactieve quizzen
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Als je beschrijft hoe je kamer eruit ziet. Wat doe je dan?
A
precies vertellen hoe het eruit ziet
B
inrichten
C
passen en meten
D
ontwerpen
Slide 1 - Quizvraag
Wat een fraaie slaapkamer heb jij zeg!
Wat betekent fraai?
A
groot
B
saai
C
mooi
D
lelijk
Slide 2 - Quizvraag
Wat is het tegenovergestelde van afwisselend?
A
treurig
B
saai
C
gezellig
D
fraai
Slide 3 - Quizvraag
rolmaat
duimstok
meetlint
Slide 4 - Sleepvraag
Als je iets bedenkt en op papier tekent. Wat doe je dan?
A
precies vertellen hoe het eruit ziet
B
inrichten
C
passen en meten
D
ontwerpen
Slide 5 - Quizvraag
soorten vuilnis
Slide 6 - Woordweb
Wat bak je?
A
ingrediënten
B
specerijen
C
vlees
D
deeg
Slide 7 - Quizvraag
Wat kneed je?
A
ingrediënten
B
specerijen
C
vlees
D
deeg
Slide 8 - Quizvraag
Wat kan rijzen?
A
ingrediënten
B
specerijen
C
vlees
D
deeg
Slide 9 - Quizvraag
Wat geeft smaak aan je eten?
A
ingrediënten
B
specerijen
C
vlees
D
deeg
Slide 10 - Quizvraag
Noem specerijen
Slide 11 - Woordweb
Een idee .....
A
is altijd stom
B
daar poep je op
C
is een recept
D
kun je bedenken
Slide 12 - Quizvraag
Wat staat er op de foto?
A
Duimstok
B
Rolmaat
C
Meetlint
D
Liniaal
Slide 13 - Quizvraag
Wat staat er op de foto?
A
Duimstok
B
Rolmaat
C
Meetlint
D
Liniaal
Slide 14 - Quizvraag
Elke dag doen we een ander spelletje thuis. Welk woord past hierbij?
A
Herhaling
B
Treurig
C
Vergelijken
D
Afwisseling
Slide 15 - Quizvraag
Welk zinnetje helpt je om te onthouden wat klinkers zijn?
A
Nooit op zondag werken.
B
Oost west, thuis best.
C
De kat krabt de krullen van de trap.
D
Ik eet alle uien op.
Slide 16 - Quizvraag
Wat betekent ontwerpen?
A
Iets te eten klaarmaken.
B
Iets samen maken.
C
Iets heel hard weggooien.
D
Iets bedenken en op papier zetten.
Slide 17 - Quizvraag
Wat is een ander woord voor fraai?
A
Leuk
B
Mooi
C
Raar
D
Lelijk
Slide 18 - Quizvraag
Roos: Het is een klein poppetje met blond haar en een rode jurk. Op de rode jurk staan hartjes.
Wat is Roos aan het doen?
A
Iets aan het beschrijven.
B
Iets aan het jongleren.
C
Iets aan het maken.
D
Iets aan het onderhandelen.
Slide 19 - Quizvraag
Wat is het zelfstandig naamwoord in deze zin?
Hilda rent op het gezellige plein.
A
Rent
B
Gezellige
C
Het
D
Plein
Slide 20 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Woordenschat groep 4 thema 3 taal actief
Januari 2024
- Les met
10 slides
Taal
Basisschool
Groep 4
taal actief groep 4 T3 woordenschat
December 2020
- Les met
12 slides
Taal
Basisschool
Groep 4
Thema 3, week 3, les 15
November 2019
- Les met
10 slides
les 6
Juni 2022
- Les met
12 slides
Taal
Basisschool
Groep 4
Klas 2_Les 1 Tuingereedschappen
Juni 2022
- Les met
21 slides
Groen
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Lengte; les 1 ; route B
Januari 2024
- Les met
11 slides
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
METEN lengte breedte dikte hoogte
December 2022
- Les met
22 slides
Rekenen
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
les 2: omtrek herhalen + verhaaltjes sommen
Januari 2024
- Les met
10 slides
Wiskunde
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2