MAVO 3 deeltaak 4 week 5 les 2
1 / 41
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
1
2
3
4
5
Slide 4 - Poll
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
sein (ich)
A
bin
B
bint
C
bist
D
seine
Slide 8 - Quizvraag
haben (ihr)
A
hat
B
habent
C
habt
D
hast
Slide 9 - Quizvraag
sein (du)
A
ist
B
bist
C
ist
D
binst
Slide 10 - Quizvraag
sein (wir)
A
sein
B
sind
C
seid
D
seind
Slide 11 - Quizvraag
sein (meine Mutter)
A
bin
B
bist
C
ist
D
sein
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Wat is de juiste vertaling van:
hij was
hij was
A
er ist
B
er was
C
er wart
D
er war
Slide 16 - Quizvraag
Hoe vertaal je:
jullie hadden
jullie hadden
A
ihr hattet
B
ihr habtet
C
ihr habt
D
ihr hatten
Slide 17 - Quizvraag
Hoe vertaal je:
U was
U was
A
Sie waren
B
Sie was
C
Sie seinten
D
Sie warten
Slide 18 - Quizvraag
Das Kind ....(haben, vt) nicht geschlafen.
A
hat
B
habt
C
hatte
D
hattest
Slide 19 - Quizvraag
Vul het juiste in:
Du (zijn, vt) ............gestern doch auch hier?
Du (zijn, vt) ............gestern doch auch hier?
A
warst
B
was
C
wast
D
warest
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
de brug
Slide 22 - Open vraag
Slide 23 - Open vraag
de metro
Slide 24 - Open vraag
het station
Slide 25 - Open vraag
wandelen
Slide 26 - Open vraag
thuis
Slide 27 - Open vraag
's nachts
Slide 28 - Open vraag
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
haar in 3e naamval
Slide 31 - Woordweb
haar in 4e naamval
Slide 32 - Woordweb
hem in derde nv
Slide 33 - Woordweb
hem in vierde nv
Slide 34 - Woordweb
jullie in 3e en 4e nv
Slide 35 - Woordweb
mij in 3e naamval-
mij in 4e naamval
mij in 4e naamval
Slide 36 - Woordweb
jou in 3e en 4e naamval
(----+----)
(----+----)
Slide 37 - Woordweb
Slide 38 - Tekstslide
Zijn concert was leuk.
Slide 39 - Open vraag
Wij leggen jou de wereld uit.
