Paragraaf 2.4 - Blessures

2.4 Blessures
Leerdoel(en) van deze les:

  • Je kunt uitleggen wat een blessure is en in welke situaties blessures ontstaan
  • Je kunt de verschillende blessures bij botten, gewrichten en spieren beschrijven
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

2.4 Blessures
Leerdoel(en) van deze les:

  • Je kunt uitleggen wat een blessure is en in welke situaties blessures ontstaan
  • Je kunt de verschillende blessures bij botten, gewrichten en spieren beschrijven

Slide 1 - Tekstslide

2.4 Blessures
Wat is een blessure?

  • Blessure
    - beschadiging aan botten, spieren en gewrichten
    - ontstaat door vallen, botsing of klap
  • Overbelasting
    - te lang achter elkaar dezelfde beweging
    - te zwaar de spieren belast (tillen)

Slide 2 - Tekstslide

2.4 Blessures
Welke blessures kun je aan je botten en gewrichten krijgen?


  • Botbreuk
    - breuk in een bot
    - arts moet de breuk ‘zetten’
    - soms platen en schroeven nodig
  • Ontwrichting
    - gewrichtsknobbel uit de gewrichtskom
    - arts duwt de gewrichtsknobbel weer op juiste plaats

Slide 3 - Tekstslide

2.4 Blessures
Meer blessures aan gewrichten

  • Verstuiking
    - gewrichtsbanden en gewrichtskapsel rekken te ver uit
  • Knieblessures
    - het dijbeen verdraait in de meniscussen
    terwijl het onderbeen blijft staan > voetbalknie
    - kruisbanden en gewrichtsbanden kunnen scheuren

Slide 4 - Tekstslide

2.4 Blessures
  • Wat? Maken 2.4 – Opdracht 1 t/m 14
  • Hoe? Blz. 99 t/m 103
  • Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
  • Tijd? 20 minuten
  • Uitkomst? Opdracht 1 t/m 14 is af. Niet af? Rest is huiswerk.
  • Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst)

Slide 5 - Tekstslide

2.4 Blessures
Leerdoel(en) van deze les:

  • Je kunt de verschillende blessures bij botten, gewrichten en spieren beschrijven

Slide 6 - Tekstslide

2.4 Blessures
Welke spierblessures zijn er?


  1. Spierpijn
    - afvalstoffen blijven achter in spier, dit voelt als spierpijn
  2. Spierkramp en spierscheuring
    - plotseling samentrekken van spier > spierkramp
    - scheurtje in spier (ook wel zweepslag)
  3. Kneuzing
    - spiercellen en bloedvaatjes in spier beschadigt
    - bloedvaatjes in huid raken dan ook vaak beschadigt > bloeduitstorting

Slide 7 - Tekstslide

2.4 Blessures
  • Wat? Maken 2.4 – Opdracht 15 t/m 20
  • Hoe? Blz. 104 t/m 105
  • Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
  • Tijd? 20 minuten
  • Uitkomst? Opdracht 15 t/m 20 is af. Niet af? Rest is huiswerk.
  • Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst)

Slide 8 - Tekstslide

2.4 Blessures
Leerdoel(en) van deze les:

  • Je kunt uitleggen hoe je blessures voorkomt

Slide 9 - Tekstslide

2.4 Blessures
Hoe voorkom je blessures?



  1. Kleding en beschermende middelen > helm, bitje, enz.
  2. Intapen > gewrichten beschermen (functioneert als kapselband)
  3. Warming-up > oefeningen zodat spieren extra bloed krijgen
  4. Cooling-down > oefeningen zodat afvalstoffen goed afgevoerd worden uit de bloedvaten in de spieren

Slide 10 - Tekstslide

2.4 Blessures
(Extra) Wat zijn de voordelen van sporten?

  • Basisconditie > het minimum dat je nodig hebt om gezond te blijven
    - minstens één uur per dag stevig bewegen

  1. Minder kans op blessures
  2. Sterkere botten
  3. Meer weerstand tegen ziekten

Slide 11 - Tekstslide

2.4 Blessures
  • Wat? Maken 2.4 – Opdracht 21 t/m 27
  • Hoe? Blz. 106 t/m 108
  • Hulp? Eerst overleggen met buur, daarna docent vragen.
  • Tijd? 20 minuten
  • Uitkomst? Opdracht 21 t/m 27 is af. Niet af? Rest is huiswerk.
  • Klaar? Samenvatting dikgedrukte woorden maken (lijst)

Slide 12 - Tekstslide