Nefrostomie

Nefrostomie
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 45 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Nefrostomie

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de (contra-)indicaties voor het plaatsen van een nefrostomiekatheter benoemen en de aandachtspunten en mogelijke complicaties hierbij.
  • Je kent de stappen van het verzorgen van een nefrostomiekatheter en je kunt de (contra-)indicaties, aandachtspunten en mogelijke complicaties benoemen.
  • Je kent de stappen van het verwisselen van een opvangzak van een nefrostomiekatheter en je kunt de (contra-)indicaties, aandachtspunten en mogelijke complicaties benoemen.
  • Je kent de stappen van het spoelen van een nefrostomiedrain en je kunt de (contra-) indicaties, aandachtspunten en mogelijke complicaties benoemen.

Slide 2 - Tekstslide

Nefrostomie

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Indicaties nefrostomiekatheter
Een nefrostomiekatheter is een mogelijke oplossing als urine uit de nier niet of onvol-doende naar de blaas kan stromen.
Dit kan veroorzaakt worden door:
  • nierstenen in de nier of de urineleider;
  • een vernauwde urineleider (strictuur of stenose);
  • een tumor in de urineleider, de blaas of de prostaat;
  • een abnormale verbinding tussen de urinebuis en het perineum (urinaire fistels);
  • vochtcollecties rondom de nier (abces of urinoom).



Slide 5 - Tekstslide

Een belemmering van de afvoer van urine zorgt ervoor dat zich steeds meer urine ophoopt in de nier en de druk hierin toeneemt: dit wordt nierstuwing genoemd.
Soms is een operatie nodig om de blokkade op te heffen. In de periode voor de operatie kan een nefrostomiekatheter geplaatst worden om de gestuwde nier of urineleider te ontlasten.

Slide 6 - Tekstslide

Contra-indicaties

Contra-indicaties voor het plaatsen van een nefrostomiekatheter zijn:
  • gestoorde bloedstolling;
  • afwijkende anatomie (bijvoorbeeld door eerdere operaties);
  • terminale zorgvrager.

Slide 7 - Tekstslide

Plaatsing
Een arts plaatst een nefrostomiekatheter onder steriele omstandigheden. Nadat de huid plaatselijk verdoofd is, prikt de arts met een holle naald in de nier. Om de juiste plek te bepalen, brengt hij met een echoof röntgenapparaat de precieze ligging van het orgaan en de positie van de naald in beeld. Hij schuift een voerdraad door de holle naald, waarna hij de naald verwijdert. Vervolgens maakt hij de opening in de buik wat wijder, afhankelijk van de diameter van de katheter. Hij brengt de katheter met behulp van de voerdraad via de opening in de nier. Een klein ballonnetje aan de tip zorgt ervoor dat het slangetje niet uit het nierbekken kan glijden. De arts zet de nefrostomiekatheter aan de buitenzijde vast met een hechting op de huid. Net als bij een suprapubische katheter vormt het lichaam na een tijdje een fistel rondom het slangetje.

Slide 8 - Tekstslide

Mogelijke complicaties
  • Een nabloeding: deze kan optreden door het oprekken van de opening bij het plaatsen van de In de meeste gevallen stopt het bloeden binnen korte tijd spontaan. Neem contact op met een arts als de opening in de buikwand blijft bloeden.
  • Een infectie: de fistelopening en het nierbekken zijn gevoelig voor infecties door bacteriën die via de katheter binnen kunnen dringen. Een geïnfecteerde opening is rood, pijnlijk en bevat soms pus. Er kan ook sprake zijn van koorts. Zorgvragers met een ontsteking van het nierbekken kunnen naast koorts ook koude rillingen en hevige pijn in de flanken of de rug hebben. Waarschuw zo snel mogelijk een arts als je vermoedt dat een zorgvrager een infectie heeft.

Slide 9 - Tekstslide

mogelijke complicaties
  • Lekkage: er zal urine langs de katheter lekken als het slangetje niet goed open is. Dit kan komen door een knik in de slang of een verstopt lumen. Vloeistof ‘kiest’ altijd de weg van de minste weerstand en urine zal hierdoor bij een belemmerde doorgang (hoge weerstand) via een andere weg naar buiten stromen. Controleer of er geen knik in de katheter zit en vraag advies aan een arts als het probleem blijft bestaan.
  • Het verschuiven of uitglijden van de katheter: neem contact op met een arts als de katheter verschuift of uitglijdt. Je mag een verschoven katheter niet terugduwen of er verder uit trekken. Maak hem in plaats daarvan stevig op de huid vast. Als de nefrostomiekatheter uitgegleden is, dan zal deze in overleg met de verantwoordelijke arts eventueel opnieuw ingebracht moeten worden.
  • De drain raakt verstopt door steengruis of bloedstolsels.

Slide 10 - Tekstslide

Verzorgen van een nefrostomiekatheter
  • Het is bij de verzorging van de nefrostomiekatheter heel belangrijk om steriel te werken, omdat de katheter rechtstreeks in verbinding staat met de nier. Een infectie van de nier kan ernstige gevolgen hebben.
  • De eerste vijf dagen na de ingreep is er nog sprake van een wondje, dat bedekt moet zijn door een steriel splitgaas. Je moet dit gaas minstens één keer per dag vervangen en ook als het zichtbaar vuil is.
  • Na deze periode is het voldoende om een schone opening één keer per week te verzorgen. Een rode, geïrriteerde of pussige opening moet je dagelijks verzorgen.

Slide 11 - Tekstslide

Verzorgen van een nefrostomiekatheter
  • Controleer de huid rond de opening op drukplekken en wees alert op het bestaan van een infectie: pijn, roodverkleuring en zwelling van de huid kunnen hierop wijzen.
  • Soms kan er rond de opening wild vlees gaan groeien; dit kan gaan bloeden of pijn veroorzaken. Stip hinderlijk wild vlees aan met een zilvernitraatstift.
  • Een droge, schone opening kun je met alleen water wassen.

Slide 12 - Tekstslide

Verzorgen van een nefrostomiekatheter
  • Gebruik in principe geen ontsmettende zalf; je kunt deze zalf alleen aanbrengen op de wond als een arts dit heeft voorgeschreven.
  • Het kan handig zijn om een kant-en-klaar systeem te gebruiken voor het afdekken van de opening, zoals de Drain-Fix-fixatiepleister. Deze pleister absorbeert vocht en kan tot ongeveer een week blijven Een groot voordeel van de Drain-Fix-fixatiepleister is dat de zorgvrager ermee kan douchen.
  • Zorg er bij het verwisselen van de pleister voor dat de katheter niet verschuift.

Slide 13 - Tekstslide

Mogelijke complicaties bij het verzorgen
  • een allergische reactie op stoffen in de fixatiepleister;
  • uitglijden van de katheter door een losgelaten hechting of een leeggelopen ballon;
  • te weinig urineafvoer;
  • urinelekkage door de opening in de buik;
  • een infectie.

Slide 14 - Tekstslide

Stappenplan verzorgen nefrostomiekatheter
Voor het verzorgen van een nefrostomiekatheter moet je de volgende materialen klaarzetten:

  • niet-steriele handschoenen;
  • fixatiemateriaal;
  • een pleister;
  • gaasjes;
  • een kom met water, een handdoek;
  • een afvalbak.

Slide 15 - Tekstslide

Stappenplan verzorgen nefrostomiekatheter
  1. Maak je handen goed schoon. Bij zichtbaar vuil met zeep en water, anders met handalcohol.
  2. Zet alle materialen klaar, zodat je er makkelijk bij kunt.
  3. Laat de zorgvrager in het bed of op de onderzoeksbank de gewenste houding (een voor de zorgvrager prettige houding, vaak half zittend) aannemen en zorg ervoor dat de opening en de omliggende huid niet worden bedekt door kleding.
  4. Controleer of de katheter goed vastzit door er zachtjes aan te trekken. Als dit niet het geval is, gebruik dan Leukopor fixatiemateriaal om het slangetje goed vast te plakken.

Slide 16 - Tekstslide

Stappenplan verzorgen nefrostomiekatheter
  1. Trek de niet-steriele handschoenen aan.
  2. Verwijder het aanwezige gaas of de aanwezige pleister.
  3. Reinig de opening:
  • Maak de gaasjes nat met water.
  • Maak de opening en de omliggende huid schoon door voorzichtig met een uitgeknepen gaasje van binnen naar buiten te deppen. Er mag hierbij geen water langs de katheter het lichaam in lopen.
  • Dep de huid droog met de handdoek.

Slide 17 - Tekstslide

Stappenplan verzorgen nefrostomiekatheter
  1. Bekijk de opening en de omliggende huid nauwkeurig en let daarbij op de aanwezigheid van:
  • zwelling;
  • roodheid;
  • pijn;
  • pus, bloed of vocht;
  • wild vlees;
  • drukplekken van de katheter.
2. Doe de handschoenen uit.

Slide 18 - Tekstslide

Stappenplan verzorgen nefrostomiekatheter
  1. Was of desinfecteer je handen.
  2. Dek de opening af met de fixatiepleister:
  • Verwijder het papiertje (de plakstrip) van de klevende onderkant van de pleister.
  • Leg de gespleten zijde van de pleister om de katheter heen.
  • Plak de pleister goed vast op de huid.
  • Verwijder de plakstrip van het blauwe gedeelte van de pleister.
  • Leg de katheter door het geultje dat zich in dit gedeelte bevindt.
  • Verwijder de plakstrip van het flapje van de pleister.
  • Plak het flapje over de katheter en het blauwe gedeelte van de pleister.

Slide 19 - Tekstslide

Stappenplan verzorgen nefrostomiekatheter
  1. Verwijder eventueel de Leukopor.
  2. Ruim alles op.
  3. Was of desinfecteer je handen.
  4. Maak een notitie van de handeling en vermeld het tijdstip en de eventuele bijzonderheden.

Slide 20 - Tekstslide

Stappenplan verwisselen opvangzak nefrostomiekatheter
Een nefrostomiekatheter kan gebruikt worden voor langdurige katheterisatie, maar moet wel regelmatig vervangen worden. Dit geldt ook voor de opvangzak. Omdat een arts de katheter moet vervangen, bespreken we hier alleen het verwisselen van de opvangzak.

Slide 21 - Tekstslide

aandachtspunten
  • Na tijdelijke afkoppeling, bij lekkage en bij een onaangename geur en neerslag in de opvangzak, moet je deze vervangen. Volg de instructies van de fabrikant op met betrekking tot het vervangen van de zak.
  • Een kocher kan de nefrostomiekatheter beschadigen. Daarom mag je geen kocher gebruiken om deze katheter af te klemmen (je kunt deze katheter niet afklemmen).

Slide 22 - Tekstslide

aandachtspunten
  • De opvangzak en de slang van de zak moeten lager hangen dan de nier.
  • Voor de nacht kun je een speciale nachtzak aansluiten op de afvoeropening van de opvangzak; hierdoor kan meer urine opgeslagen worden.
  • Om nierstuwing te voorkomen is het zeer belangrijk dat de urine ongehinderd door de katheter af kan lopen.

Slide 23 - Tekstslide

Stappenplan voor het verwisselen van de opvangzak
Voor het verwisselen van de urineopvangzak bij een nefrostomiedrain moet je de volgende materialen klaarzetten:

  • niet-steriele handschoenen;
  • een urineopvangzak;
  • een opvangbak;
  • een nachtzak;
  • gaasjes/wattenstaafjes;
  • desinfectiemiddel;
  • een onderlegger;
  • een afvalbak.

Slide 24 - Tekstslide

Stappenplan voor het verwisselen van de opvangzak
1. Maak je handen goed schoon. Bij zichtbaar vuil met zeep en water, anders met handalcohol.
2. Zet alle materialen klaar, zodat je er makkelijk bij kunt.
3. Trek zachtjes aan de katheter om te controleren of deze goed vastzit.
4. Controleer eventueel of het afvoerkraantje van de nieuwe opvangzak dicht is.
5. Leg een onderlegger op het bed.
6. Maak drie gaasjes nat met alcohol 70%.
7. Verwijder het dopje van de nieuwe opvangzak en ontsmet het aansluitpunt met een van deze gaasjes; bij een steriele opvangzak is dit niet nodig. Laat het aansluitpunt drogen aan de lucht en let erop dat je het niet meer aanraakt en dat het niet in contact komt met andere voorwerpen.

Slide 25 - Tekstslide

Stappenplan voor het verwisselen van de opvangzak
8. Plaats het bakje onder het uiteinde van de katheter dat aangesloten is op de slang van de opvangzak.
9. Trek de niet-steriele handschoenen aan.
10. Koppel de opvangzak los van de katheter.
11. Werp de gebruikte zak in de afvalbak.
12. Ontsmet het aansluitpunt van de katheter met de gaasjes met alcohol 70%:
  • Ontsmet eerst de binnenkant en vervolgens de buitenkant met een nieuw gaasje.
  • Laat het aansluitpunt aan de lucht drogen.
13. Bevestig de nieuwe opvangzak aan de katheter door het uiteinde van de katheter stevig in het aansluitpunt van de zak te drukken.

Slide 26 - Tekstslide

Stappenplan voor het verwisselen van de opvangzak
14. Sluit eventueel de nachtzak aan op de afvoeropening van de opvangzak.
15. Bevestig de opvangzak met tape op het dijbeen. Controleer of er geen spanning op de katheter staat en of er bij beweging geen knik in komt.
16. Doe de handschoenen uit.
17. Ruim alles op.
18. Was of desinfecteer je handen.
19. Maak een notitie van de handeling en vermeld het tijdstip en de eventuele bijzonderheden.

Slide 27 - Tekstslide

Spoelen nefrostomiekatheter
Om verstopping van de nefrostomiekatheter te voorkomen, kun je hem spoelen met fysiologische zoutoplossing (NaCl 0,9%).


Indicaties
Je hoeft de nefrostomiedrain niet te spoelen zolang er urine geproduceerd wordt. Zodra er geen urine meer geproduceerd wordt, moet je nagaan of de drain verstopt is, of bijvoorbeeld ergens geknikt is. Door de drain te spoelen kun je controleren of de drain verstopt is. Is dit het geval, dan moet de drain mogelijk vervangen worden. Verder is het nodig om de drain te spoelen als er bloed bij de urine zit of als de zorgvrager blijvende pijn in zijn flank heeft.

Slide 28 - Tekstslide

Contra-indicaties

Een nefrostomiedrain die goed doorloopt hoeft niet gespoeld te worden. Spoelen verbetert de urinedoorstroom in dat geval niet en gaat wel gepaard met risico’s. Een van deze risico’s is het creëren van een te hoge druk in de nier, waardoor de nier beschadigd wordt.

Slide 29 - Tekstslide

aandachtspunten
  • Bepaal in overleg met een arts wanneer en met hoeveel NaCl 0,9% je gaat spoelen. Het is erg belangrijk om niet te veel NaCl 0,9% te gebruiken, omdat dan bij het inspuiten van de vloeistof de druk in de nier hoger wordt en het orgaan beschadigd kan raken.
  • Er kan tussen de katheter en de opvangzak een speciaal driewegkraantje voor het spoelen aanwezig zijn.
  • Bij het spoelen van de nefrostomiekathetermoet je steriel werken, omdat de katheter rechtstreeks in verbinding staat met de nier. Een infectie van de nier kan ernstige gevolgen hebben.
  • De ampul NaCl 0,9% moet je op lichaamstemperatuur brengen door hem in je gesloten hand te houden.

Slide 30 - Tekstslide

aandachtspunten
  • Bij het spoelen van de nefrostomiekathetermoet je steriel werken, omdat de katheter rechtstreeks in verbinding staat met de nier. Een infectie van de nier kan ernstige gevolgen hebben.
  • De ampul NaCl 0,9% moet je op lichaamstemperatuur brengen door hem in je gesloten hand te houden.
  • Je mag geen kocher gebruiken om de nefrostomiekatheter af te klemmen, omdat een kocher de katheter kan beschadigen.

Slide 31 - Tekstslide

Mogelijke complicaties
Mogelijke complicaties bij het spoelen van een nefrostomiekatheter zijn:

  • Je voelt een abnormale weerstand tijdens het inspuiten van de fysiologische zoutoplossing: de katheter is waarschijnlijk verstopt.
  • De katheter verschuift.
  • De ingespoten NaCl 0,9% kan niet teruggezogen worden: mogelijk is alle vloeistof opgenomen door de nier. Stop met zuigen en spuit geen extra vloeistof in. Sluit de nieuwe opvangzak aan.
Neem bij het optreden van complicaties contact op met de behandelend arts.

Slide 32 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
Voor het spoelen van een nefrostomiekatheter moet je de volgende materialen klaarzetten:

  • niet-steriele handschoenen;
  • een onderlegger;
  • een steriel gaasje;
  • gaasjes;
  • desinfectiemiddel;
  • een ampul NaCl 0,9%;
  • een steriele spuit van 10 ml;
  • een steriele opzuignaald;
  • een naaldencontainer;
  • een prullenbak.

Slide 33 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
Voor het spoelen zonder kraantje:

  • eventueel een steriel tussenstukje;
  • een nieuwe opvangzak.

Slide 34 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
1. Maak je handen goed schoon. Bij zichtbaar vuil met zeep en water, anders met handalcohol.

2. Zet alle materialen klaar, zodat je er makkelijk bij kunt.


Slide 35 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
3. Laat de zorgvrager in het bed of op de onderzoeksbank de gewenste houding (half zittend) aannemen en zorg ervoor dat de opening en de omliggende huid niet bedekt worden door kleding.

4. Controleer of de katheter goed vastzit door er zachtjes aan te trekken.
5. Plaats de onderlegger naast de zorgvrager en onder de katheterslang op het bed of de onderzoeksbank.

Slide 36 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
6. Open de verpakking van de steriele spuit. Laat de spuit in de geopende verpakking liggen.
7. Vul de steriele spuit met het voorgeschreven volume NaCl 0,9%:
o Draai de ampul met NaCl 0,9% open.
o Bevestig de steriele opzuignaald op de spuit.
o Zuig de voorgeschreven hoeveelheid NaCl 0,9% op.
o Deponeer de opzuignaald in de naal-dencontainer.
o Bevestig eventueel het steriele tussenstukje op de spuit.

Slide 37 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
8. Tik zachtjes op de spuit en druk deze vervolgens voorzichtig een klein stukje in om luchtbellen eruit te laten.
9. Leg de spuit terug in de geopende verpak-king.
10. Maak de drie niet-steriele gaasjes nat met alcohol 70%.
11. Doe de niet-steriele handschoenen aan.


Slide 38 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
12. Spoelen zonder driewegkraantje:

o Koppel de opvangzak af.
o Zet de spuit met of zonder tussenstukje op de slang van de katheter.
o Druk de spuit langzaam leeg in de ka-theter. Verwijder hem daarna nog niet.
o Zuig de vloeistof weer terug in de spuit.
o Verwijder de spuit van dekatheter.




Slide 39 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
Spoelen met driewegkraantje:
o Sluit het driewegkraantje door het in de richting van de zorgvrager te draaien.
o Verwijder het afsluitdopje van het kraantje en leg dit dopje op een gaasje met alcohol.
o Ontsmet het kraantje met de gaasjes met alcohol:
 Ontsmet eerst de binnenkant en vervolgens de buitenkant met een nieuw gaasje.
 Laat het kraantje aan de lucht drogen.
o Zet de spuit op het driewegkraantje.
o Open het kraantje door het in de richting van de zorgvrager te draaien.
o Druk de spuit langzaam leeg in de katheter. Verwijder hem daarna nog niet.
o Zuig de vloeistof weer terug in de spuit.
o Draai het kraantje open in de richting van de opvangzak.
o Verwijder de spuit van het kraantje.

Slide 40 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
13. Bij een katheter zonder driewegkraantje:
o Ontsmet het aansluitpunt van de katheter met de gaasjes met alcohol:
 Ontsmet eerst de binnenkant en vervolgens de buitenkant met een nieuw gaasje.
 Laat het aansluitpunt een minuut lang aan de lucht drogen.
o Verwijder het dopje van de nieuwe opvangzak en ontsmet het aansluitpunt met een gaasje gedrenkt in alcohol; bij een steriele opvangzak is dit niet nodig.
 Laat het aansluitpunt drogen aan de lucht.
o Bevestig de nieuwe opvangzak aan de katheter.

Slide 41 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
Bij een katheter met driewegkraantje:
o Ontsmet het afsluitdopje van het driewegkraantje met een gaasje met alcohol en laat het aan de lucht drogen.
o Sluit het kraantje af met het dopje; raak het dopje niet met de handen aan.
14. Observeer de kleur en het volume van de vloeistof; het is mogelijk dat een deel is opgenomen door de nier en dat er hierdoor minder vloeistof terugkomt dan is ingespoten.

Slide 42 - Tekstslide

Stappenplan voor het spoelen van een nefrostomiekatheter
15. Doe de handschoenen uit.
16. Was of desinfecteer je handen.
17. Ruim alles op.
18. Maak een aantekening van de handeling en vermeld het tijdstip, de hoeveelheid ingespoten vloeistof, het volume teruggezogen vloeistof en de eventuele bijzonderheden.

Slide 43 - Tekstslide

Verwijderen nefrostomiedrain
Als de indicatie voor de nefrostomiedrain niet langer bestaat, kan de arts besluiten de drain te verwijderen. Een arts kan een nefrostomiedrain poliklinisch verwijderen. Hij maakt de hechting los, haalt de vloeistof uit de ballon en verwijdert de drain voorzichtig.


Specifieke aandachtspunten
Na het verwijderen van de katheter duurt het ongeveer één tot zes weken voordat de opening in de buikwand zich sluit. Soms geneest de fistel echter niet goed en blijft die open. Een open fistel moet verzorgd worden als een rode of gele wond (zie hoofdstuk 24).

Mogelijke complicaties
Mogelijke complicaties bij het verwijderen van een nefrostomiedrain zijn:
Ontsteking van de wond: controleer of de wond rood, warm, gezwollen of pijnlijk is. De zorgvrager moet de wondverzorging de eerste 24 uur laten zitten en mag de eerste week na de operatie niet in bad of gaan zwemmen.
Lekkage, gedurende maximaal 24 uur. De urine kan opgevangen worden met een opvangzakje.




Slide 44 - Tekstslide

Kun je de gestelde leerdoelen beantwoorden?
  • Je kunt de (contra-)indicaties voor het plaatsen van een nefrostomiekatheter benoemen en de aandachtspunten en mogelijke complicaties hierbij.
  • Je kent de stappen van het verzorgen van een nefrostomiekatheter en je kunt de (contra-)indicaties, aandachtspunten en mogelijke complicaties benoemen.
  • Je kent de stappen van het verwisselen van een opvangzak van een nefrostomiekatheter en je kunt de (contra-)indicaties, aandachtspunten en mogelijke complicaties benoemen.
  • Je kent de stappen van het spoelen van een nefrostomiedrain en je kunt de (contra-) indicaties, aandachtspunten en mogelijke complicaties benoemen.

Slide 45 - Tekstslide