In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
2.4Arm en Rijk in de Gouden Eeuw
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen waarom de Gouden Eeuw niet voor iedereen rijkdom betekende, terwijl anderen juist erg rijk werden.
Slide 3 - Tekstslide
In de Gouden Eeuw komt
er meer bevolking in de Republiek
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Meer bevolking betekent ook:
Meer ruimte nodig voor huizen
Meer voedsel nodig: Inpolderen
Slide 7 - Tekstslide
De molengang, uitgevonden door Simon Stevin.
Gebruikt door Jan Adriaanszoon Leeghwater voor het droogleggen van de Beemster
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Rijk en arm
Slide 10 - Tekstslide
Rijk...
Regenten (rijke bestuurders), kooplieden en handelaren
Woonden in grote grachtenpanden ('De Gouden Bocht') in Amsterdam of in grote buitenhuizen (aan de Vecht)
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
...en arm
Mensen konden in problemen komen. Bijvoorbeeld: Stijging van broodprijzen
2/3 Amsterdam geen vast werk en/of inkomen
Oosten/Noorden van NL vooral 'kleine' boeren.
Slide 13 - Tekstslide
Armenzorg
Ongeveer 15% van de Amsterdamse bevolking leefde van de armenzorg
Armenzorg, via: kerk, gilde, de stad en soms rijken
Rasphuis: soort gevangenis waarin je tucht (=discipline en gehoorzaamheid) werd bijgebracht, door hard te werken
Slide 14 - Tekstslide
Hofjes in de 'Jordaan' Amsterdam
Slide 15 - Tekstslide
Begrippen uit deze les
Droogmakerij
Molengang
Armenzorg
Rasphuis
Slide 16 - Tekstslide
Personen uit deze les
Jan Leeghwater
Slide 17 - Tekstslide
Waarom kozen Antwerpenaren na de veroveringen door de Spanjaarden bij voorkeur voor de stad Amsterdam ipv Den Haag of Utrecht? (vraag 2a)
A
Amsterdam was goed bereikbaar
B
Amsterdam had voldoende woningen
C
Amsterdam was een echte handelsstad
Slide 18 - Quizvraag
Bestudeer de bron. Het is een schilderij van de schilder Albert Anker uit 1893.