Bijles voor Natasja

Een betoog:
Tekstdoel: overtuigen     
Een schrijver van een betoog wil de lezer overtuigen van zijn mening. 

Opbouw:
Inleiding:  standpunt (a.d.h.v.  een stelling)
Kern/middenstuk:   argumenten   (subjectief / objectief)  + tegenargument
Slot:  samenvatting van de belangrijkste argumenten + eventuele oproep



1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Een betoog:
Tekstdoel: overtuigen     
Een schrijver van een betoog wil de lezer overtuigen van zijn mening. 

Opbouw:
Inleiding:  standpunt (a.d.h.v.  een stelling)
Kern/middenstuk:   argumenten   (subjectief / objectief)  + tegenargument
Slot:  samenvatting van de belangrijkste argumenten + eventuele oproep



Slide 1 - Tekstslide

(eigen mening Schrijver, mening is onderbouwd met argumenten en feiten).
Verschil tussen een stelling een standpunt?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

standpunt/stelling + argument
Standpunt: hoe je over iets denkt (jouw mening).
Stelling: een uitspraak of bewering over een onderwerp. 

In het examen krijg je een stelling voor je neus.  Over deze stelling geef je je mening. Daarna ga je argumenten bedenken en beschrijven om anderen te overtuigen van jouw mening.

Argument: redenen om je standpunt duidelijk te maken, om een ander van jouw mening te overtuigen.  Voor elk argument schrijf je een nieuwe alinea.

Tegenargument: argument tegen het standpunt van de schrijver. Deze kan hij weerleggen om zijn overtuigingskracht te vergoten.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten argumentatie
Objectieve argumenten   (betrouwbaar)
 * gebaseerd op feiten en onderzoeksresultaten
      -->  controleerbare gegevens

Subjectieve argumenten   (mening)
  * gebaseerd op gevoelens, opvattingen, normen, waarden of ervaringen
     --> niet-controleerbare gegevens

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inleiding (standpunt)
Standpunt wordt duidelijk gemaakt (roze aantekening).
Aantrekkelijk, duidelijk en lezer wordt betrokken bij het onderwerp van de tekst.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het standpunt?
Wat is er nog meer opgenomen in de inleiding?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ten eerste (signaalwoord voor opsomming).
Argument ondersteunt standpunt: er wordt gebruik gemaakt van een feit. Daarbij een duidelijke onderbouwing, goede uitleg (volksgezondheid).

Daarbij (volgende in de reeks opsomming), tevens feiten (Zweeds onderzoek).

Bovendien (volgende in de reeks opsomming), zeer duidelijke uitleg over de situatie (oneerlijkheid). 


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt je op als je kijkt naar de verschillende alinea's en de argumenten die zij gebruikt.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tegenargument (betrekking op het standpunt). Je kunt ook een tegenargument bedenken op een eerder genoemd argument. Dan plaats je het tegenargument na jouw gekozen argument. Nu wordt deze gemaakt t.a.v. het standpunt dus onderaan geplaatst.

Kijk goed naar de opbouw... Vanaf het woord MAAR wordt het tegenargument ontkracht (de weerlegging).

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt je op in het slot?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Het schrijven van een inleiding
De aandacht van de lezer trekken.
Onderwerp duidelijk maken.
Dit doe je vaak door een anekdote (kort verhaaltje over een herkenbare situatie) of een voorbeeld (situatieschets). 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra oefening
Het schrijven van een betoog over één van de drie stellingen. 


Je kiest één van de volgende stellingen:
1. Mensen die ongezond leven moeten meer zorgpremie betalen.
2. Salarissen in het betaald voetbal moeten omlaag.
3. Studenten die een opleiding doen voor een beroep waar veel vraag naar is, moeten extra studiefinanciering krijgen.

Stuur je betoog voor 30 november naar whazenbrink@deltion.nl  

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies