herhaling lessen huurrecht

Herhaling lessen huurrecht
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
RechtenMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Herhaling lessen huurrecht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opzegging: procedure
1)Verhuurder zegt in een aangetekende brief de huur op en vermeldt de reden van opzegging
2)
a) huurder eens: opgezegd.
b) huurder laat weten dat hij het niet eens is met de opzegging (of zwijgt)
3) Verhuurder  dagvaardt de huurder voor de kantonrechter en vordert toestemming voor de opzegging.
4)Huurder reageert bij de rechter (of niet).
5)Kantonrechter doet uitspraak in een vonnis.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opzegging: welke termijnen?
art. 7:271 lid 5 BW
Opzegtermijn voor de huurder: één betaaltermijn (bijv. 1 maand), minimaal 1 maand- maximaal 3 maanden
Opzegtermijn voor de verhuurder: minimaal 3 maanden, maximaal 6 maanden. Hierbij geldt per jaar dat je huurt, komt er een maand opzegtermijn bij!


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gerry zegt de huur met Jenny via aangetekende brief op. Jenny huurt al 3 jaar een woning bij Gerry en gaat akkoord hiermee. Is de opzegging rechtsgeldig en wat is de minimale opzegtermijn die Gerry in acht moet nemen? Leg uit!

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kees wil zijn huur beëindigen omdat hij een woning heeft gekocht. Hij huurt al 5 jaar en betaalt al jaren per maand zijn huur. Welke opzegtermijn geldt voor hem als hij zijn huur opzegt?
A
geen, deze eindigt direct
B
1 maand
C
2 maanden
D
3 maanden

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk artikel van welke wet staan nu de opzeggronden?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opzegging: redenen
Algemeen bij woonruimte:
Geen goed huurder
Tussenhuur
Dringend eigen gebruik
Geen instemming met een redelijke, nieuwe huurovereenkomst
Wijziging bestemmingsplan
Hospitahuur bij zwaarder wegen belang verhuurder
Vervallen omgevingsvergunning
Voortzetting huur bij aanwezigheid andere passende woonruimte

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat nu bij geen instemming huurder met de opzegging!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Als de huurder niet instemt met de opzegging, wat betekent dit voor de verhuurder?
A
niks, want met inachtneming van de opzegtermijn is het alsnog klaar daarna
B
dit betekent dat hij naar de rechter moet om de huur te laten beëindigen

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke 3 rechterlijke instanties zijn er in het privaatrecht?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke rechterlijke instanties zijn er?
Er zijn in het civielrecht 3 rechterlijke instanties in Nederland, nl:
1. de rechtbank
2. het Gerechtshof
3. de Hoge Raad




Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maaike start een procedure tegen haar huurbaas, bij welk gerecht moet ze zijn?
A
rechtbank
B
gerechtshof
C
Hoge Raad

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk artikel in Rv bepaalt nu of je naar de rechtbank, sector kanton gaat of de civiele kamer?
A
art 93 Rv
B
art 99 Rv

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In welke sub in art 93 Rv staat nu naar welke rechter je in een huurzaak nu naartoe moet?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als het gaat om een huurgeschil van € 50.000,-, moet je dan nog steeds naar de kantonrechter?
A
ja, want ongeacht de hoogte van de vordering
B
nee, want vanaf € 25.000 ga je naar de civiele kamer

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer naar Gerechtshof of Hoge Raad?
  • als de procedure bij de rechtbank (kanton of civiele kamer) is geëindigd in een vonnis, kun je, als je het hier niet mee eens bent, in hoger beroep. Dit is altijd bij het Gerechtshof!
  • na het gerechtshof volgt als laatste instantie dan evt nog de Hoge Raad

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Piet heeft na 4 maanden besloten tegen de uitsprak van de kantonrechter in hoger beroep te gaan. Kan dit?
A
ja
B
nee

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe lang de tijd voor beroep/cassatie?
  • Of je nu in hoger beroep gaat of in cassatie, in beide gevallen heb je 3 maanden de tijd om dit te doen vanaf de datum van de uitspraak. 
  • Ben je te laat hiermee dan kun je dus niet meer bij die instantie terecht en is de zaak onherroepelijk geworden!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welk artikel staat de beroepstermijn?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

relatieve competentie
  • Om te bepalen bij welke soort rechter je in een procedure moet zijn, kijk je eerst naar de absolute competentie. 
  • Weet je bij welk type gerecht je moet zijn, dan moet je vervolgens kijken naar de relatieve competentie! 
  • De relatieve competentie geeft namelijk aan waar/in welke plaats in Nederland de zaak plaatsvindt.


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

art. 99 Rv
  • art 99 Rv = hoofdregel = wie eist die reist!
  • als je een procedure begint en dus iets eist, zul je naar de rechter moeten (reizen) bij de woonplaats van de gedaagde

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor huur geldt er dus ook een uitzondering op art. 99 Rv. In welk artikel staat dit?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Als het gaat om huur van woonruimte, wat is volgens art. 103 Rv dan de uitzondering op art 99 Rv?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De huurbaas (gevestigd in Breda) wordt gedagvaard door zijn huurder Jona die woont in Den Bosch omdat ze niks doen aan achterstallig onderhoud. In welke plaats vindt de procedure dan plaats?
A
Breda
B
Den Bosch
C
beide plaatsen kan

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hebben partijen nu ook een advocaat nodig? Leg uit!

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Weet je genoeg om te procederen?
Als je weet bij welke rechterlijke instantie en waar je je huurgeschil moet starten en of je een advocaat nodig hebt, zou je de procedure kunnen opstarten. MAAR: Het is óók van belang om mee te wegen wat dit allemaal kost en welk financieel risico je daarbij loopt voordat je besluit te gaan procederen!

Slide 26 - Tekstslide

welke proceskosten zijn er?
procedurekosten
  • kosten griffierecht
  • kosten deurwaarder
  • kosten van een advocaat
  • kosten toevoeging
  • kosten bij veroordeling

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

griffierechten
  • de griffierechten zijn administratieve kosten die je als partij (bij kantonzaken alleen de eiser) moet betalen voor de behandeling van de zaak door de rechter. 
  • Je betaalt dit aan de griffie, de adminstratie-afdeling van de rechter en daarom heet het: griffierechten .
  • niet betalen betekent niet in behandeling nemen van je zaak! 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

start en verloop van de dagvaardingsprocedure


Hoe verloopt nu de dagvaardingsprocedure?

Slide 29 - Tekstslide

waar start de procedure mee etc. 
Wat is de juiste volgorde in een standaard dagvaardingsprocedure?
A
dagvaarding- conclusie van antwoord -vonnis
B
dagvaarding- comparitie - vonnis
C
dagvaarding- comparitie-conclusie van antwoord -vonnis
D
dagvaarding- conclusie van antwoord - comparitie - vonnis

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vanaf welk artikel wordt het verloop van de procedure geregeld?

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In welk artikel staan de conclusie van repliek en dupliek waarmee de procedure door de rechter kan worden uitgebreid?
A
art. 125 Rv
B
art. 128 Rv
C
art. 131 Rv
D
art. 132 Rv

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke instantie mag je mondeling reageren op de dagvaarding in plaats van met een schriftelijke conclusie van antwoord?
A
sector kanton rechtbank
B
civiele kamer rechtbank
C
gerechtshof
D
hoge raad

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je je bij een procedure bij de kantonrechter wel door iemand laat vertegenwoordigen, hoe heet deze persoon dan?
A
vertegenwoordiger
B
verdediger
C
gemachtigde
D
advocaat

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Marc die woont in Amsterdam heeft een huurgeschil met Huurenzo gevestigd in Groningen. Huurenzo wil de enkelglasramen in de woning niet vervangen terwijl ze voor kou maar ook schade door vocht zorgen in de woning. Marc schakelt Advocaat Fritsen in die een procedure start tegen Huurenzo die ook een advocaat heeft ingeschakeld genaamd Pietersen.
a. bij welke rechter start de procedure? leg uit
b. waar kan de procedure worden gestart? leg uit
c. hebben beide partijen hier ook verplicht een advocaat voor nodig? leg uit

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelfde casus: Marc schakelt zoals gezegd Advocaat Fritsen in die een procedure start tegen Huurenzo die ook een advocaat heeft ingeschakeld genaamd Pietersen.
a. met welk schriftelijk stuk kan Pietersen reageren op de dagvaarding? leg uit
b. er volgt hierna nog een schriftelijk ronde waar partijen kunnen reageren op elkaar. Hoe heten deze processtukken en welke partij doet wat? leg uit
c. Hoe worden Pietersen en Fritsen in deze zaak bij de kantonrechter officieel genoemd?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies