1. Lees verkennend: tekst p 100-101 Volksvermaak ter discussie
2. Wat is het onderwerp van deze tekst?
3. Heeft deze tekst een tweedeling of een driedeling? Waarom?
4. Lees alinea 3. Wat is de belangrijkste zin? Waarom?
5. Lees alinea 4. Wat is daar de belangrijkste zin? Waarom?