H3.3 1TH Begrijpend lezen Deel 1

H3.3 1TH Deel 1
Tekstopbouw
Opbouw van alinea's 
Alinea's samenvatten
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H3.3 1TH Deel 1
Tekstopbouw
Opbouw van alinea's 
Alinea's samenvatten

Slide 1 - Tekstslide

In welke drie delen kan een tekst opgebouwd zijn?

Slide 2 - Open vraag

Theorie (tekstopbouw)
Tekstopbouw = de logische volgorde waarin de informatie van
                                 een goedgeschreven tekst staat.

Er zijn twee manieren:
- driedeling: inleiding, kern, slot
- tweedeling: inleiding, kern

Slide 3 - Tekstslide

Wat voor soort tekst heeft vaak een tweedeling, denk je?

Slide 4 - Open vraag

'Een tekst bestaat uit drie delen'
is hetzelfde als 'een tekst bestaat
uit drie alinea's'.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Teksten die uit twee delen
bestaan, komen veel voor.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Theorie (tekstopbouw)


Inleiding
Informatie waaruit je het onderwerp kunt afleiding

Kern
Informatie over het onderwerp. 

Slot
Bezit vaak een samenvatting of een conclusie

Slide 7 - Tekstslide

In de laatste alinea staat nog nieuwe informatie. De tekst heeft dus....
A
een tweedeling
B
een driedeling

Slide 8 - Quizvraag

Wat denk je dat een 'kernzin' is?

Slide 9 - Open vraag

Theorie (opbouw van alinea's)
Alinea's hebben vaak een duidelijke opbouw. 

Hoofdmededeling + toelichting = alinea
De zin waarin de hoofdmededeling staat, heet de kernzin
De kernzin is vaak de eerste zin, maar hij kan ook op een andere plaats in de alinea staan. 

Slide 10 - Tekstslide

Welke zin is
de kernzin?

Slide 11 - Open vraag

Hoe kun je, denk je, een alinea
het beste samenvatten?

Slide 12 - Open vraag

Theorie (alinea's samenvatten)
Hoofdzaak = de belangrijkste informatie.
Als je de hoofdzaak wilt noteren van een deel van een tekst:
  • Noteer de kernzin. Deze geeft vaak het onderwerp aan. Noteer heel kort wat er in de alinea over het onderwerp wordt gezegd.
  • Als de kernzin de belangrijkste info van de alinea geeft, voeg je alleen wat van de toelichting toe.  

Slide 13 - Tekstslide

En nu werken jullie!

Slide 14 - Tekstslide