Het zelfstandig werkwoord en het hulpwerkwoord
Als er twee werkwoorden in een zin staan, dan is één daarvan altijd het hulpwerkwoord.
Als de één het zww is, is de ander de hww.
Het zww geeft de handling in (wat zie je die persoon doen)
De hond wil door het bos lopen.
lopen = zww wil = hww