Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H2 Grammatica
Hoofdstuk 2 grammatica
- Je herhaalt de woordsoorten uit leerjaar 1;
- Je leert het hulpwerkwoord en het zelfstandig naamwoord herkennen;
- Je leert het telwoord te benoemen.
1 / 19
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
In deze les zitten
19 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
3 videos
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 2 grammatica
- Je herhaalt de woordsoorten uit leerjaar 1;
- Je leert het hulpwerkwoord en het zelfstandig naamwoord herkennen;
- Je leert het telwoord te benoemen.
Slide 1 - Tekstslide
Herhaling woordsoorten leerjaar 1
- Lidwoord: de, het, een
- Zelfstandig naamwoord: Is een woord voor een mens, dier, plant, ding of gevoel. Eigennaam is een zn. Je kunt er een lidwoord voor zetten.
- Bijvoeglijk naamwoord: Zegt wat iets over een zn. (zo kort mogelijk) Stoffelijk (met –n erachter).
Slide 2 - Tekstslide
- Werkwoord: Zegt wat iets of iemand doet (lachen) of overkomt (vallen). Een ww kun je vervoegen.
- Voorzetsel: Geeft plaats, tijd, oorzaak/reden of richting aan: achter, dankzij, gedurende, in, met, om, onder, op, over, naar, sinds, tijdens, voor, vanwege, wegens, zonder.
Slide 3 - Tekstslide
- Persoonlijk voornaamwoord:
Verwijst naar iemand in het enkelvoud of meervoud:
Ik houd van pizza. Jij ook? Je kan deze woorden altijd vervangen door een naam.
- Bezittelijk voornaamwoord:
Geeft aan van wie iets is. Staat altijd voor een zn:
Jouw
tas,
mijn
tas,
haar
tas,
zijn
tas.
Slide 4 - Tekstslide
Maken 1, 5, 6 en 7
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Zelfstandig werkwoord
- Het belangrijkste werkwoord in een zin.
- Staat er maar één werkwoord in een zin is dit
altijd
het zelfstandig werkwoord.
- Dit werkwoord kun je niet weglaten in de zin, zonder dat de betekenis van je zin verandert.
LET OP! Een splitsbaar werkwoord valt soms in stukken uiteen.
Slide 7 - Tekstslide
Wat is het zww in de zin?
Ik fiets elke dag naar school?
A
ik
B
fiets
C
dag
D
school
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het zww in de zin?
Mijn zus zingt geweldig.
A
mijn
B
zus
C
zingt
D
geweldig
Slide 9 - Quizvraag
Hulpwerkwoord
- Als er meer dan één werkwoord in de zin staat dan is minstens één van de werkwoorden een hulpwerkwoord.
- Een hulpwerkwoord helpt het zelfstandig werkwoord en kun je dus weglaten in een zin.
TIP: In zinnen met een hulpwerkwoord is het zelfstandig werkwoord vaak een voltooid deelwoord of een infinitief.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Hulpwerkwoord?
- Kun je weglaten in de zin.
- Niet het belangrijkste werkwoord.
- Kunnen er meerder van in een zin staan.
Zelfstandig werkwoord?
- Kun je
niet
weglaten in een zin.
- Het belangrijkste werkwoord.
- Kan er
altijd
maar
EEN
van in een zin staan.
Slide 12 - Tekstslide
Hoe weet je of het een hww of zww is?
1. Zoek alle werkwoorden in een zin.
2. Laat de persoonsvorm weg.
3. Zet een ander werkwoord in de plek van de persoonsvorm. Klopt je zin?
4. Ga door tot je één werkwoord over hebt: dit is het zelfstandig werkwoord.
Slide 13 - Tekstslide
Is moet in deze zin een hww of zww?
Ik moet elke dag naar school fietsen.
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
Slide 14 - Quizvraag
Is komen in deze zin een hww of zww?
Mijn zus wil morgen komen eten.
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
Slide 15 - Quizvraag
Maken: 9, 10 en 12
(blz. 150 en 151)
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Telwoord
Een telwoord geeft een hoeveelheid aan.
Hoofdtelwoord:
Geeft een hoeveelheid aan.
Voorbeeld: drie, driehonderd, veel, tweeduizend zeshonderd
Rangtelwoord:
Geeft een volgorde aan.
Voorbeeld: zesde, twintigste, middelste, laatste
Slide 18 - Tekstslide
Maken: 14, 15 en 16
(blz. 153 en 154
Slide 19 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
2.7.2 grammatica; zww en hww
November 2024
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Week 49 Lijdend voorwerp
November 2021
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
2 kader 2.7 Grammatica -2
September 2020
- Les met
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
220922 1D Zelfstandige werkwoorden en hulpwerkwoorden
Oktober 2022
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
A1c woordsoorten les 1 zww/hww/kww
December 2020
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
B zn/lw/bn les 3 + ww A2A
Januari 2024
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Woordsoorten H3 werkwoorden zww+hww
April 2022
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Woordsoorten H3 werkwoorden zww+hww
Februari 2023
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1