Lezen afronden H5 en 6

Fijn dat jullie er weer zijn!
We beginnen met lezen in je leesboek, dus pak alvast je leesboek en begin met lezen. 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare school

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Fijn dat jullie er weer zijn!
We beginnen met lezen in je leesboek, dus pak alvast je leesboek en begin met lezen. 

Slide 1 - Tekstslide

WELKOM
Fijn dat jullie er weer zijn!
We beginnen met lezen in je leesboek, dus pak alvast je leesboek en begin met lezen. 

Slide 2 - Tekstslide

Lezen
timer
15:00

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
- Je leert over het gebruik van beeld bij tekst
- Je oefent je leesvaardigheid

Slide 4 - Tekstslide

Lesprogramma
- Lezen (15 minuten)
- Welkom en introductie (5 min)
- Terugblik (5 min)
- Huiswerk bespreken (15 min)
- Zelfstandig werken (20 min)
- Afsluiting

Slide 5 - Tekstslide

Terugblik
Welke 4 doelen kan een schrijver hebben voor illustraties bij tekst?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Huiswerk
Opdracht 2 (rest) en opdracht 1 H6 Lezen (blz. 162-165)
Opdracht 3 H5 Lezen (blz. 134) huiswerk van vrijdag

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 3
1 gezonde snacks in de schoolkantine
2 eigen antwoord
3 a zich er met een jantje van leiden van afmaken (al. 1): niet je best doen
b grif (al. 2): snel
c over de toonbank gaan (al. 2): verkocht worden
d instelling (al. 3): mentaliteit; houding
e karkas (al. 3): geraamte
f overdadig (al. 4): meer dan nodig
g de boventoon voeren (al. 5): overheersen
h richtlijn (al. 6): aanwijzing voor te volgen gedrag

Slide 10 - Tekstslide

vervolg opdracht 3
4 scholen die goed hun best doen om een gezonde schoolkantine te hebben (volgens de Richtlijnen Goede Voeding van de Gezondheidsraad) ↔ scholen die zich er heel makkelijk van afmaken
5 Scholen verdienen aan de verkoop van frikandel- en saucijzenbroodjes, maar houden ook hun leerlingen binnen de poort, zodat die waarschijnlijk meer artikelen in de schoolkantine kopen (als ze naar een supermarkt gaan, besteden ze daar hun geld).

Slide 11 - Tekstslide

vervolg opdracht 3
Ik vind dat scholen voor het best haalbare resultaat moeten gaan:
100% gezonde voeding.
want
a Het is niet moeilijk, maar een kwestie van instelling!
want
b Er zijn voldoende gezonde, aantrekkelijke en goedkopere alternatieven te bedenken voor die 25% minder gezonde snacks.

Slide 12 - Tekstslide

vervolg opdracht 3
7 (1) Kippenpootjes zijn gezond. (2) Ze zijn lekker. (3) Ze zijn goedkoop (goedkoper dan minder gezonde snacks). (4) Ze zijn niet te koop bij de gemiddelde supermarkt: door kippenpootjes aan te bieden in de schoolkantine kunnen scholen mogelijk voorkomen dat hun leerlingen in de pauzes naar een supermarkt gaan.
8 echte groente en zelf klaargemaakte kip (zoals in de tekst staat); misschien ook: zelf gedraaide gehaktballetjes, vermicelli, kruiden of geraspte kaas over de soep, wat stukjes stokbrood of soepstengels erbij, enz.

Slide 13 - Tekstslide

vervolg opdracht 3
9 Dat leerlingen ervoor naar de kantine komen als de pizza vers en gezond gemaakt is.
10 C Schoolkantines kunnen echt wel 100% gezonde voeding aanbieden, inclusief snacks, maar dan moeten ze dat wel willen.
11 overtuigen – toelichting: De schrijver wil dat de lezer ook vindt dat schoolkantines echt wel 100% gezonde voeding kunnen aanbieden, inclusief snacks.

Slide 14 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Wat: maken opdracht 5 blz. 136
Hoe: individueel (je mag fluisterend iets vragen)

Klaar?: Steek je vinger op!

Slide 15 - Tekstslide

Afsluiting en vooruitblik
Lesdoelen bereikt:
- kun je nu uitleggen waarom een afbeelding bij een tekst staat?
- heb je je leesvaardigheid geoefend?
HUISWERK: afmaken opdracht 5 (blz. 136)


Slide 16 - Tekstslide

Welk object heeft ogen, maar kan niet zien

Slide 17 - Tekstslide

Het is wel in een jaar maar niet in een eeuw. Steeds in een maand maar nooit in de week. Wel in een dag maar niet in een uur. Wat is dat?

Slide 18 - Tekstslide

Welke bus kan niet rijden?

Slide 19 - Tekstslide

Een man komt een dorp binnen op vrijdag, hij gaat naar een herberg, eet daar zijn avondmaaltijd, en gaat slapen. 's Ochtends eet hij zijn ontbijt op, en pakt zijn spullen. 
daarna vertrekt hij weer op vrijdag. Hoe kan dit?

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide