Een hoofdzin is op zichzelf een goede zin.
Een bijzin heeft altijd een hoofdzin nodig.
Hoofdzin: onderwerp en persoonsvorm naast elkaar;
Bijzin: tussen onderwerp en persoonsvorm kan iets staan (bijv. 'niet')
Heb ik het eten al opgegeten - *heb niet ik het eten al opgegeten.
als je 'laat thuis' bent. ('laat thuis' staat tussen ond. en pv).