Alcohol

Genotmiddelen
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Genotmiddelen

Slide 1 - Tekstslide

  • Aan het eind van de les kun je uitleggen wat genotmiddelen zijn.
  • Aan het eind van de les kun je uitleggen wat de risico's zijn van roken, alcohol- en drugsgebruik. 
  • Aan het eind van de les kun je 4 tips geven voor het verantwoord gebruik van genotmiddelen.
  • Aan het eind van de les kun je uitleggen hoe je zelf met genotmiddelen omgaat.

Slide 2 - Tekstslide

Genotmiddelen

Slide 3 - Woordweb

Genotmiddelen:
Zijn dingen die mensen nemen om zich beter te voelen. 



Slecht voor je gezondheid

Verslavend

Slide 4 - Tekstslide

Tabak:
  • Sigaretten
  • Shag
  • Sigaren 

Slide 5 - Tekstslide

Alcohol:
  • (1 tot 3 glazen) hartslag en ademhaling sneller. Je krijgt het warm en je voelt minder pijn. Je kunt minder goed ruiken en proeven. Je ziet ook slechter, vooral in de ooghoeken, je krijgt tunnelvisie. Je krijgt trek en je moet vaker plassen.
  • (4 tot 7 glazen) je stemming en gedrag verandert. Je overschat jezelf sneller en je geheugen wordt slechter. Je ziet ook steeds minder goed.
  • (meer dan 7 glazen), dan word je sneller emotioneel. Je gezicht wordt rood en zwelt op en de pupillen vergroten. Je kan misselijk worden en overgeven.
  • (meer dan 15 glazen), dan zie, ruik, proef en hoor je nog slechter. Je raakt in de war en afwezig en er dringt nog maar weinig tot je door.
  • meer dan 20 glazen de kans is groot dat je bewusteloos raakt. Stoppen met ademen of een hartstilstand. Je kan dan in een coma raken en zelfs doodgaan.

Slide 6 - Tekstslide





  • (1 tot 3 glazen) hartslag en ademhaling sneller. Je krijgt het warm en je voelt minder pijn. Je kunt minder goed ruiken en proeven. Je ziet ook slechter, vooral in de ooghoeken, je krijgt tunnelvisie. Je krijgt trek en je moet vaker plassen.
  • (4 tot 7 glazen) je stemming en gedrag verandert. Je overschat jezelf sneller en je geheugen wordt slechter. Je ziet ook steeds minder goed.
  • (meer dan 7 glazen) dan word je sneller emotioneel. Je gezicht wordt rood en zwelt op en de pupillen vergroten. Je kan misselijk worden en overgeven.
  • (meer dan 15 glazen) dan zie, ruik, proef en hoor je nog slechter. Je raakt in de war en afwezig en er dringt nog maar weinig tot je door.
    meer dan 20 glazen de kans is groot dat je bewusteloos raakt. Stoppen met           ademen of een hartstilstand. Je kan dan in een coma raken en zelfs doodgaan.
Alcohol 

Slide 7 - Tekstslide

Drugs:
Hasj
Heroïne
Xtc

Slide 8 - Tekstslide

Wat weet jij van alcohol?
Test hier je kennis.

Slide 9 - Tekstslide

Waar denk je aan bij alcohol?

Slide 10 - Woordweb

Wat vind je van alcohol?

Slide 11 - Woordweb

De meeste jongeren komen pas op de middelbare school in aanraking met alcohol. Hoe zit dat met jou?
Heb jij wel eens alcohol gedronken?
Ja
Nee

Slide 12 - Poll

Bekijk de afbeelding.
In welk standaardglas zit
de meeste alcohol?
A
In het wijn-glas.
B
In het bier-glas.
C
In het wiskey-glas.
D
In ieder standaardglas zit evenveel alcohol.

Slide 13 - Quizvraag

Waarom kunnen de meeste mensen niet meer uit hun woorden komen als ze dronken zijn?
A
Van alcohol worden je lippen dikker.
B
Het is voor je hersenen niet meer mogelijk om normale woorden te vormen.
C
Alcohol zorgt ervoor dat de tong niet goed aangestuurd wordt.

Slide 14 - Quizvraag

Welke uitspraak is WAAR?
A
Aan een jongere kan je goed zien of hij/ zij dronken is.
B
Na je 16e kun je net zo goed tegen alcohol als een volwassene.
C
Drink je voor je 15e jaar, dan is de kans op een alcoholverslaving groter als je volwassen bent.
D
Alcohol is alleen schadelijk voor jongeren als ze meer dan 15 glazen per week drinken.

Slide 15 - Quizvraag

Waarom moeten mensen zo vaak naar de wc als ze alcohol drinken?
A
Ze krijgen door het drinken veel meer vocht binnen dan normaal en daarom moeten ze vaker plassen.
B
Alcohol onderdrukt de productie van een hormoon dat er normaal voor zorgt dat je nieren water uit je plas terughalen voordat het je lichaam verlaat.
C
Alcohol bevat bacteriën die je blaas irriteren als je het hebt genuttigd.

Slide 16 - Quizvraag

Welk orgaan neemt het meeste alcohol op?
A
De slokdarm
B
De maag
C
De lever
D
De dunne darm

Slide 17 - Quizvraag

Waarmee kun je het afbraakproces van alcohol versnellen?
A
Door intensief te bewegen.
B
Door fruit te eten.
C
Door koffie te drinken.
D
Je kan het afbraakproces niet versnellen.

Slide 18 - Quizvraag

'Bier na wijn geeft venijn, wijn na bier geeft plezier'. Een bekende uitdrukking, maar wat betekent het precies?
A
Dat men beter eerst licht-alcoholische drankjes kan drinken en daarna pas de zwaardere alcoholische dranken.
B
Deze spreuk stamt uit de Middeleeuwen, toen wijn duurder was dan bier. Er wordt mee bedoeld dat het leuker is om in welvaart te stijgen, dan in welvaart te dalen.
C
Dat het altijd leuker is om met een biertje te beginnen, omdat er aan het begin van de avond nog volop bier is op feestjes. Aan het eind van de avond kan men overstappen naar wijn, als het bier op is.

Slide 19 - Quizvraag

Waar of niet waar?
Vrouwen doen gemiddeld langer over de afbraak van alcohol dan mannen, omdat ze meer lichaamsvet hebben. Alcohol lost goed op in vet, waardoor de lever het moeilijker kan afbreken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Sinds wanneer drinkt men bier?
A
4500 v. Chr.
B
30 n.Chr.
C
200 n.Chr

Slide 21 - Quizvraag

Mag je als je teveel gedronken hebt, nog fietsen?
A
Nee, je mag geen voertuig besturen onder invloed, dus ook geen fiets.
B
Ja, want je vormt niet echt een gevaar voor andere mensen.
C
In sommige gemeenten mag dat wel, in sommige niet.

Slide 22 - Quizvraag

Waarom is het toegestane alcoholpromillage achter het stuur niet nul?
A
Omdat je lichaam af en toe zelf alcohol produceert bijv. bij het verteren van fruit of zoetigheid.
B
Omdat het drinken van één biertje of wijntje niet gevaarlijk is.
C
De foutmarge van de blaastest ligt tussen de 0,01 tot 0,05. Daarom ligt het toegestande alcoholniveau wat hoger.

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Video

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Alcohol en zwangerschap

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Gevolgen voor de zwangerschap
- verminderde vruchtbaarheid man & vrouw
- Binge drinken bij mannen: verhoogt kant op miskraam, dna in zaadcellen wordt aangetast

Slide 31 - Tekstslide

Gevolgen tijdens de zwangerschap
- schade aan hersenen en zenuwstelsel
- laag geboorte gewicht
- FAS(D)
- stil geboorte & wiegendood

Slide 32 - Tekstslide

Na de zwangerschap
- alcohol komt in de moedermelk

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Video

FAS project
Bekijk de website en lees 1 ervaringsverhaal

Slide 36 - Tekstslide