Alcohol

Genotmiddelen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Genotmiddelen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Aan het eind van de les kun je uitleggen wat genotmiddelen zijn.
  • Aan het eind van de les kun je voorbeelden geven van verschillende genotmiddelen.
  • Aan het eind van de les kun je uitleggen wat de risico's zijn van alcohol- en drugsgebruik. 
  • Aan het eind van de les kun je 4 tips geven voor het verantwoord gebruik van genotmiddelen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weten jullie nog?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Genotmiddelen

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Genotmiddelen:
Zijn dingen die mensen nemen om zich beter te voelen. 



Slecht voor je gezondheid

Verslavend

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tabak:
  • Sigaretten
  • Shag
  • Sigaren 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alcohol 
  • 1 tot 3 glazen hartslag en ademhaling sneller. Je krijgt het warm en je voelt minder pijn. Je kunt minder goed ruiken en proeven. Je ziet ook slechter, vooral in de ooghoeken, je krijgt tunnelvisie. Je krijgt trek en je moet vaker plassen.
  • 4 tot 7 glazen je stemming en gedrag verandert. Je overschat jezelf sneller en je geheugen wordt slechter. Je ziet ook steeds minder goed.
  • meer dan 7 glazen dan word je sneller emotioneel. Je gezicht wordt rood en zwelt op en de pupillen vergroten. Je kan misselijk worden en overgeven.
  • meer dan 15 glazen dan zie, ruik, proef en hoor je nog slechter. Je raakt in de war en afwezig en er dringt nog maar weinig tot je door.
  • meer dan 20 glazen de kans is groot dat je bewusteloos raakt. Stoppen met ademen of een hartstilstand. Je kan dan in een coma raken en zelfs doodgaan.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drugs:
Hasj
Heroïne
Xtc
 stimulerende en bewustzijns-
veranderende drug
heeft een sterk verdovende effect
stimulerende en bewustzijns-
veranderende drug

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toets
A
B
C
D
?
?
?
Goed opgelet?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk de afbeelding.
In welk standaardglas zit
de meeste alcohol?
A
In het wijn-glas.
B
In het bier-glas.
C
In het wiskey-glas.
D
In ieder standaardglas zit evenveel alcohol.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom kunnen de meeste mensen niet meer uit hun woorden komen als ze dronken zijn?
A
Van alcohol worden je lippen dikker.
B
Het is voor je hersenen niet meer mogelijk om normale woorden te vormen.
C
Alcohol zorgt ervoor dat de tong niet goed aangestuurd wordt.
D
Het lijkt maar zo dat mensen moeilijker uit hun woorden komen.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke uitspraak is WAAR?
A
Aan een jongere kan je goed zien of hij/ zij dronken is.
B
Na je 16e kun je net zo goed tegen alcohol als een volwassene.
C
Drink je voor je 15e jaar, dan is de kans op een alcoholverslaving groter dan als je volwassen bent.
D
Alcohol is alleen schadelijk voor jongeren als ze meer dan 15 glazen per week drinken.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom moeten mensen zo vaak naar de wc als ze alcohol drinken?
A
Ze krijgen door het drinken veel meer vocht binnen dan normaal en daarom moeten ze vaker plassen.
B
De nieren zorgen er niet voor dat water uit je plas terug wordt gehaald voordat het je lichaam verlaat.
C
Alcohol bevat bacteriën die je blaas irriteren als je het hebt genuttigd.
D
Mensen denken dat ze moeten plassen, maar moeten eigenlijk niet.

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk orgaan neemt het meeste alcohol op?
A
De slokdarm
B
De maag
C
De lever
D
De dunne darm

Slide 15 - Quizvraag

Rol van de lever bij de afbraak van alcohol
Vrijwel alle alcohol in het bloed wordt in de lever met behulp van enzymen afgebroken (zie Figuur 1) [1, 2, 4]. Alcohol wordt afgebroken tot aceetaldehyde. Deze giftige stof tast de organen aan en is verantwoordelijk voor de kater.

Alcohol wordt via de maag en het darmkanaal opgenomen in het bloed. Zo’n 20% wordt opgenomen via de maag en 80% via de dunne darm. Via de poortader gaat de alcohol van de maag en de dunne darm naar de lever.
Waarmee kun je het afbraakproces van alcohol versnellen?
A
Door intensief te bewegen.
B
Door fruit te eten.
C
Door koffie te drinken.
D
Je kan het afbraakproces niet versnellen.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of niet waar?
Vrouwen doen gemiddeld langer over de afbraak van alcohol dan mannen, omdat ze meer lichaamsvet hebben. Alcohol lost goed op in vet, waardoor de lever het moeilijker kan afbreken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Mag je als je teveel gedronken hebt, nog fietsen?
A
Nee, je mag geen voertuig besturen onder invloed, dus ook geen fiets.
B
Ja, want je vormt niet echt een gevaar voor andere mensen.
C
In sommige gemeenten mag dat wel, in sommige niet.
D
Ja, als je nog recht kan fietsen.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het toegestane alcoholpromillage achter het stuur niet nul?
A
Omdat je lichaam af en toe zelf alcohol produceert bijv. bij het verteren van fruit of zoetigheid.
B
Omdat het drinken van één biertje of wijntje niet gevaarlijk is.
C
De foutmarge van de blaastest ligt tussen de 0,01 tot 0,05. Daarom ligt het toegestande alcoholniveau wat hoger.
D
Een drankje op zijn tijd is toch ook nodig..

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Je kunt uitleggen wat genotmiddelen zijn.
  • Je kunt voorbeelden geven van verschillende genotmiddelen.
  • Je kunt uitleggen wat de risico's zijn van roken, alcohol- en drugsgebruik. 
  • Je kunt 4 tips geven voor het verantwoord gebruik van genotmiddelen.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedankt èn denk goed na!

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies