Na 1917

Staatsinrichting 
van Nederland


2.2 In de tijd van wereldoorlogen
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Staatsinrichting 
van Nederland


2.2 In de tijd van wereldoorlogen

Slide 1 - Tekstslide

2.2 In de tijd van wereldoorlogen
lesdoel: 
Hoe de partijen zich ontwikkelde:
verschil tussen districten stelsel en evenredige stelsel 
Veranderingen in het parlement 1913- 1917/1919
Wie is Cor van der Linden 



Slide 2 - Tekstslide

Zoek de volgende begrippen/personen op 
Districtenstelsel
evenredige stelsel 
partijendemocratie
fractie 
verzuiling
Cort van der Linden
A. Colijn 

Slide 3 - Tekstslide

1913
  • Extraparlementair minderheidskabinet (Cort vd Linden)
  • schrijven aan een nieuwe grondwet
  • WO 1-> Nederland mobilisatie/neutraal/vluchtelingen

Slide 4 - Tekstslide

nieuwe grondwet 1917
Algemeen kiesrecht voor mannen vanaf 23 jaar -> 1919 ook voor vrouwen
Stemplicht -> opkomstplicht (1922)
financiële gelijkstelling openbaar en bijzonder onderwijs
Stelsel van evenredige vertegenwoordiging i.p.v. districtenstelsel


Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

  • Districtenstelsel (vóór 1917): verdeling in districten (gebieden), meeste stemmen van district krijgt een zetel.

  • Voordeel: je stemt op iemand uit je regio, die kennen jou en je belangen.
    Nadeel: alleen winnaar district komt in de kamer, geen kleine partijen.
  • Stelsel van evenredige vertegenwoordiging (na 1917):

  • Nadeel: je kent niet per definitie de politici, staan ver van je af

  • Voordeel: elke stem is even zwaar
  • Voordeel: Kleine partijen maken een kans
  • Voordeel: meeste stemmen hele land wint.

Slide 7 - Tekstslide

Verzuiling

Slide 8 - Tekstslide

confessionele kabinetten
Tot 1939 geen socialisten in de regering
Soms wel liberalen 


Slide 9 - Tekstslide

crisis in NL
vanaf 1932 gevolgen van economische wereldcrisis:
-> daling van de export
-> toename werkloosheid
Minister-president Colijn (ARP) bepaalt beleid (veel bezuinigingen)

Slide 10 - Tekstslide



NSB
leider Anton Mussert
Voorbeeld Duitsland
anti-democratisch



CPN
Voorbeeld Rusland na de revolutie van 1917

Extreme partijen

Slide 11 - Tekstslide

Nederland in bezettingstijd
Einde aan democratie:
eind mei 1940 Duits burgerlijke bestuur o.l.v. Seyss-Inquart
24 juni 1940 werkzaamheden van Staten-Generaal opgeschort
juli 1941 alle politieke partijen ( behalve NSB) worden verboden

Slide 12 - Tekstslide

Nederland in bezettingstijd
einde van de rechtsstaat:
Iedereen kon worden opgepakt en gevangen gezet
Joden verloren elke rechtsbescherming
ook homo's en zigeuners werden vervolgd

Slide 13 - Tekstslide

Dromen van meer eenheid
Tijdens oorlog werkten verschillende groepen in het verzet samen -> zou er een einde kunnen komen aan de verzuiling?

Doorbraakgedachte

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Verkiezingen 1946
Terug naar de zuilen.
Met name de confessionele partijen vallen terug op hun oude organisaties (soms met een nieuwe naam)

Slide 16 - Tekstslide

aan het werk
Maken vragen:2.1 : 6t/m8, 10, 15t/m 20
2.2 3,4,6,9, 10 (voor vrijdag) 
lees de verdieping 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 19 - Video

toch verandering

Slide 20 - Tekstslide

Jaren '50
Rooms-rode coalities
Economisch vooral aandacht voor Wederopbouw
Opbouw verzorgingsstaat (o.a. door invoering AOW) o.l.v. minister -president Drees.

Slide 21 - Tekstslide

Jaren '60 en '70
Ontzuiling door ontkerkelijking/deconfessionalisering 
individualisering o.a. door toegenomen welvaart
Opkomst zwevende kiezers -> ruimte voor nieuwe partijen (D'66 met als thema het streven naar een participatiedemocratie)

Tijd van polarisatie (tegenstellingen)
Tweede feministische golf 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Jaren '80
Bundeling van krachten :
-> CDA uit KVP, CHU en ARP
-> Groenlinks uit CPN, PSP en PPR. Voor het eerst ook veel aandacht voor het milieu

Ruimte voor consensuspolitiek

Slide 24 - Tekstslide

Uitbreiding rechtsstaat 1983
 Sociale rechten van burgers in de grondwet -> sociale rechtsstaat
recht op eerbiediging persoonlijke levenssfeer (privacy)
discriminatieverbod
en nog meer...... zie blz 68
Daarnaast uitbreiding mogelijkheid om tegen beslissingen van de overheid in beroep te gaan 
Instelling Nationale Ombudsman

Slide 25 - Tekstslide

vanaf 2000
meer ruimte voor populistische partijen (niet gebaseerd op een ideologie, maar op thema's bijv. angst voor islam)
-> Pim Fortuin
-> Geert Wilders met PVV

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Heikele punten democratie
  • Koningshuis: -> affaires: Greet Hoffmans, Lockheed en vader Maxima) 
  • Koningshuis ->rol vorst bij kabinetsformatie
  • Europese Unie -> soms gaat Europese wetgeving boven de Nederlandse wetgeving bijv, EVRM (Europees verdrag voor de Rechten van de mens) 
  • Europese Unie -> wat is de rol/macht van het Europees Parlement? (democratisch gat)

Slide 28 - Tekstslide

Aan het werk:
Zoek de persoon op het kaartje
Noteer: 
  1. gegevens over leven, acties enz. op groene blaadje
  2. bij welk kenmerkend aspect vind je deze persoon horen (uitschrijven!)
  3. Maak de opgaven bij h6 opgave 1,2,4,6,7,11,12,13,15,16 en slotopdracht

Slide 29 - Tekstslide