Zelfstandig naamwoord & lidwoord

Welkom!
Leg NieuwNederlands alvast op tafel





1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Leg NieuwNederlands alvast op tafel





Slide 1 - Tekstslide

Planning 
> Woordsoorten voor een bonus van 0,5

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag
Zelfstandig naamwoorden en lidwoorden (blz. 206)

Slide 3 - Tekstslide

Zelfstandig naamwoord (ZN)

Een woord voor een mens (meisje), dier (hond), ding (tafel) of gevoel (haat).


Maar...

Slide 4 - Tekstslide

Concreet zelfstandig naamwoord (CZN)
Abstract zelfstandig naamwoord (AZN)
Is iets tastbaars; kun je aanraken

Fiets, ring, boom, berg, rivier, tafel


Kun je niet aanraken


Ruzie, maand, haat, weersvoorspelling, gala



Slide 5 - Tekstslide

Eigennaam (ZN-E)
Een ZN kan ook een ZN-E zijn. Dat zijn namen van mensen, plaatsen, gebouwen, landen, et cetera.

Vogelzang, Rijksmuseum, Frankrijk, Meppel, Dingstede

Slide 6 - Tekstslide

Lidwoorden
We hebben drie verschillende lidwoorden:

Slide 7 - Tekstslide

Lidwoorden
We hebben drie verschillende lidwoorden: 'de', 'het'  en 'een'

Slide 8 - Tekstslide

Lidwoorden (LW)
We hebben drie verschillende lidwoorden: 'de', 'het'  en 'een'
Bepaald lidwoord (BLW): de & het.
Je weet precies wat bedoeld wordt met de jas, het kastje
Onbepaald lidwoord (OLW): een.

Je weet niet precies wat bedoeld wordt met een jas, een kastje

Slide 9 - Tekstslide

Uitzonderingen
Het is geen LW wanneer het niet bij een ZN hoort:
Het is vier uur en het regent.

Slide 10 - Tekstslide

Uitzonderingen
Het is geen LW wanneer het niet bij een ZN hoort:
Het is vier uur en het regent.

Een is geen LW als het wordt gebruikt als getal:
Een van de jongens.

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak opdracht 2 t/m 4 op blz. 206-207



Klaar? Maak voor jezelf een samenvatting van de theorie.

Slide 12 - Tekstslide