Na Klar Kap 3 les 2+3

Regels online lessen
1. Iedereen is op tijd online in teams aanwezig.
2. Iedereen dempt zichzelf. Zodra ik je naam noem, haal je hem van dempen af en antwoord je. Indien je niet reageert = absent.
3. Opdrachten worden gemaakt in de online omgeving van Na Klar.
4. De stof uit de online periode, wordt niet nogmaals behandeld als we weer fysiek naar school gaan. Dus tip: houd je maak-/leerwerk bij en geef direct aan als dingen onduidelijk zijn.

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Regels online lessen
1. Iedereen is op tijd online in teams aanwezig.
2. Iedereen dempt zichzelf. Zodra ik je naam noem, haal je hem van dempen af en antwoord je. Indien je niet reageert = absent.
3. Opdrachten worden gemaakt in de online omgeving van Na Klar.
4. De stof uit de online periode, wordt niet nogmaals behandeld als we weer fysiek naar school gaan. Dus tip: houd je maak-/leerwerk bij en geef direct aan als dingen onduidelijk zijn.

Slide 1 - Tekstslide

Les 2+3
Lernziel
Je kan sterke werkwoorden vervoegen in het Duits.
Je kan bij geschreven/gezongen teksten de kern van het verhaal begrijpen

Inhalt:
Herhaling lernbox 1
Grammatica-uitleg (maak aantekeningen in schrift)
Luister/leesvaardigheid
Zelfstandig opdrachten maken
Muziek + vragen in Lessonup 
Herhaling/evaluatie





Slide 2 - Tekstslide

Vertaal: genau
A
exact
B
precies
C
opwindend
D
opvallend

Slide 3 - Quizvraag

Vertaal: aufregend

Slide 4 - Open vraag

Vertaal: müde

Slide 5 - Open vraag

Grammatica-uitleg
Schrijf mee in je aantekeningenschrift. 
- uitleg in Nederlands sterke werkwoorden
- uitleg in het Duits
- enkele quizvragen
- zelfstandig werken in Na Klar
- herhaling/evaluatie


Slide 6 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van een sterk werkwoord
in het Nederlands

Slide 7 - Woordweb

Sterke werkwoorden kenmerken
1. Sterke werkwoorden in het Nederlands, zijn ook sterk in het Duits.
2. Het voltooid deelwoord eindigt op een -n of -en.


Slide 8 - Tekstslide

Sterke werkwoorden
1. Bij sterke werkwoorden met een a/au in de stam, verandert de a in een ä/äu bij de du/er/sie/es-vorm
2. Bij sterke werkwoorden met een korte e-klank in de stam verandert de e bij de du/er/sie/es-vorm in een i
3. Bij sterke werkwoorden met een lange e-klank in de stam verandert de e bij de du/er/sie/es-vorm in een ie
TB S140 de lijst met alle sterke werkwoorden (leerwerk!)

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeelden
1. lopen - liep - gelopen          = laufen - lief - gelaufen / du läufst
2. laten - liet - gelaten             = lassen - lies - gelassen / du lässt
3. lezen - las - gelezen            = lesen - las -gelesen / du liest
4. helpen - hielp - geholpen = helfen - half - geholfen / du hilfst 

Slide 10 - Tekstslide

Uitzonderingen
geben en nehmen = lange -e, maar veranderen in een -i:
  es gibt / du nimmst
gehen en stehen = lange e, maar veranderen niet in een -ie:
  du gehst / er steht

Slide 11 - Tekstslide

Sterk werkwoorden rijtjes
                    sehen             sprechen           fahren
ich              sehe               spreche              fahre
du               siehst            sprichst              fährst
er/sie/es  sieht               spricht                fährt
wir              sehen             sprechen          fahren
ihr               seht                sprecht              fahrt
sie/Sie      sehen            sprechen           fahren

Slide 12 - Tekstslide

Vul aan:
sehen - er ....
A
sehst
B
seht
C
sieht
D
siehst

Slide 13 - Quizvraag

Vul aan:
fallen - du
A
fallt
B
fällt
C
fällst
D
fallst

Slide 14 - Quizvraag

Vul aan:
nehmen - ihr
A
nimmt
B
nehmt
C
nimmst
D
nehmst

Slide 15 - Quizvraag

Vul aan:
geben - es ....
A
gebt
B
gibt
C
gebe
D
gibst

Slide 16 - Quizvraag

Zelfstandig werken 
In online omgeving 7 t/m 9 12,13, 15 t/m  19 (paragraaf 2). 
Opdr 7: herhaling grammatica sterk werkwoord met -a in stam
Opdr 8+9: toepassen sterk werkwoord met -a in stam
Opdr 18+19: toepassen sterk werkwoord met -e in stam
Opdr 12+13 uitspraakoefeningen 
Opdr 15 woordenschat lernbox 2
Opdr 16+17 teksten lezen in TB en vragen beantwoorden.


Slide 17 - Tekstslide

* filmpje kijken 'Mein Hut, der hat drei Ecken'
* vragen beantwoorden over filmpje

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Wat zijn 'Ecken'?
A
randen
B
punten
C
hoeken
D
haken

Slide 20 - Quizvraag

Het lied is door Nena gezongen, een wereldberoemde Duitse zangeres. Ken jij een nummer dat zij gezongen heeft?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Video

Waar gaat dit nummer over? Zeg in maximaal 6 woorden.

Slide 23 - Open vraag

Sterke Werkwoorden met een lange -e in stam veranderen altijd in een -ie bij de du/er/sie/es-vorm.
A
Ja
B
Nee, in een -i
C
Meestel, maar niet bij gehen, stehen, nehmen en geben
D
nooit

Slide 24 - Quizvraag

Vul aan:
laufen - er ....
A
lauft
B
läufst
C
laufst
D
läuft

Slide 25 - Quizvraag

Vul aan:
essen - ihr ....
A
isst
B
esst
C
ist
D
est

Slide 26 - Quizvraag

De sterke werkwoorden ga ik als volgt leren:

Slide 27 - Open vraag

Duitse teksten begrijpen vind ik...
A
simpel
B
lastig
C
redelijk makkelijk
D
eenvoudig

Slide 28 - Quizvraag

Wat zou jij kunnen doen om het lezen van Duitse teksten makkelijker te maken?

Slide 29 - Open vraag

Hausaufgaben
1. Afmaken opdr 7 t/m 9 12,13, 15 t/m 19 in Online Na Klar omgeving
2. leren: lernbox 1 + 2 Grammatik A+B + werkwoorden beginnen-geven (TB S140)

Slide 30 - Tekstslide