Thema C: Herhalen

THEMA C  
KUNST

Recensies lezen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

THEMA C  
KUNST

Recensies lezen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Herhalen lesstof thema C
  • Opdrachten maken
  • Vooruitblikken op de volgende
    les(sen): schrijfopdracht voor een cijfer!

- Je weet wat een recensie is en waar je een recensie aan kunt herkennen.
-Je kunt feiten, meningen, standpunten en argumenten herkennen in een tekst.
-Je weet wat hoofd- en bijzaken zijn

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een mening?

Slide 4 - Open vraag

Wat zijn argumenten?

Slide 5 - Woordweb

Wat is het verschil tussen een hoofd- en een bijzaak?

Slide 6 - Woordweb

Een recensie is een tekst waar duidelijk de mening van de schrijver in staat. Bijvoorbeeld over een boek, film of kunstwerk. Deze mening geef je aan met beoordelingswoorden
grappig, verrassend, saai, spannend
In een recensie wordt de mening altijd onderbouwd met argumenten.

Een recensie

Slide 7 - Tekstslide

In de inleiding van een recensie is het belangrijk dat duidelijk wordt waar de recensie over gaat. Noem bijvoorbeeld de titel en schrijver van het boek of moeilijkheidsgraad van de game.

De inleiding
Het middenstuk
In het middenstuk wordt jouw mening duidelijk. Wat vind jij van het boek, de film of game? Noem ten minste twee argumenten en geef hierbij voorbeelden.


Het slot
In de laatste alinea (het slot) sluit je jouw recensie af met een conclusie. Herhaal hier nog eens jouw mening. Je kunt in het slot signaalwoorden gebruiken, denk aan dus, kortom of al met al.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Slide 10 - Link

Wie heeft nog een vraag over wat we vandaag hebben behandeld?

Slide 11 - Tekstslide

In een goede recensie is in de mening een beoordelingswoord gebruikt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Noem een voorbeeld van een beoordelingswoord.

Slide 13 - Woordweb