Instructie Hoofdstuk 3.1 t/m 3.14

Hoofdstuk 3
Een film maken
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3
Een film maken

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen:
  • Doelen van de les
  • Instructie
  • Zelfstandig werken PO 3.04
  • Alles gelukt? 

Slide 2 - Tekstslide

Doelen van de les
Aan het eind van dit hoofdstuk weet je meer over:
  • verschillende soorten film en cameratechniek;
  • beeldkader en camerastandpunten;
  • script, storyboard en draaiboek;
  • licht en geluid;
  • hulpmiddelen op de filmset;
  • montage.

Slide 3 - Tekstslide

Film soorten 

Slide 4 - Tekstslide

Cameratechnieken 
Diafragma: bepaalt de hoeveelheid licht en de scherptediepte in het beeld.


Sluitertijd: hoe lang er licht binnenkomt. Bij film afhankelijk van de framerate. Stel de sluitertijd in op het dubbele van de framerate.


Focus: hiermee bepaal je wat er scherp in beeld moet komen.


Zoom: hiermee vergroot of verklein je de opnamehoek.

Slide 5 - Tekstslide

Belangrijke begrippen voor de camera 
Objectief: De lens waarmee je fotografeerd

Beeldsensor: Vangt licht en zet deze om tot een foto 

Diafragma wordt uitgedrukt in F:
  • Hoe groter de F-factor        hoe kleiner de lens        weinig scherptediepte 
  • Hoe kleiner de F-Factor        hoe groter de lens        Veel scherptediepte 

Slide 6 - Tekstslide

Sluitertijd camera 
Als je wilt betalen hoeveel licht er in je camera komt, moet je de sluitertijd aanpassen. 

Framerate geeft weer hoeveel beelden er per seconden moeten worden weergegeven. 
  • Bij een video is 24fps standaard (frames per seconden)
  • De sluitertijd is dan 1/50 of ook wel 1/48

Slide 7 - Tekstslide

Beeldkader en camerastandpunten

Slide 8 - Tekstslide

Licht 
Daglicht of lampen:
  • Je maakt een keuze qua ligt. Kijk altijd goed met proefbeelden of je licht goed is. 

Soorten lichtbronnen:
  1. Spotlight 
  2. Invullicht 
  3. Diffuus licht 

Slide 9 - Tekstslide

Licht tijdens het filmen 
Vaak wordt er gebruik gemaakt van een driepuntsbelichting. Je bootst hiermee het natuurlijke licht na. 

Hoofdlicht: komt van schuin boven, zoals zonlicht. 
Invullicht: Komt vaak van voren om schaduw te voorkomen 
Tegenlicht: Komt van achteren recht tegenover het hoofdlicht 

Slide 10 - Tekstslide

Geluid 

Slide 11 - Tekstslide

Hulpmiddelen voor op de set
Filmklapper of clapboard










Chromakey

Slide 12 - Tekstslide

Montage

  1. Begin met het spotten van het ruwe materiaal. Let op de continuïteit bij de montage
  2. Wees spaarzaam met beeldovergangen.
  3. Voeg eventueel titels toe.
  4. Zorg dat het geluid in balans is:
  • de dialoog (stemmen);
  • de muziek;
  • de geluidseffecten. 

Slide 13 - Tekstslide

beeldovergangen

Slide 14 - Tekstslide

Weektaak 
T: theorie
M: Maken
P: Praktijk

T:
3.1 t/m 3.8

M: 3.14 t/m 3.21 (blz 106-120)
P: 3.03

Slide 15 - Tekstslide