H3 persoonsvorm: ev of mv

Start lezen (10 minuten)
timer
10:00
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Start lezen (10 minuten)
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

H3 persoonsvorm: ev of mv

Slide 2 - Tekstslide

Vorige les
Figuurlijk taalgebruik

Opdracht 4 t/m 7

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Leerdoel
Je kunt bepalen of je een persoonsvorm in het enkelvoud of meervoud moet schrijven.

Slide 5 - Tekstslide

Uitlegfilmpje

Slide 6 - Tekstslide

PV: ev of mv?
Persoonsvorm en onderwerp horen bij elkaar.

Soms is het moeilijk om te bedenken of het onderwerp enkelvoud of meervoud is.



Slide 7 - Tekstslide

Voorbeelden
Onderwerp heeft veel woorden
1. Alle jongens in de klas letten goed op.

Onderwerp lijkt meervoud, maar is enkelvoud
2. De kudde schapen liep in de wei

3. De brandweer bluste de brand. Iedereen stond te kijken.

Slide 8 - Tekstslide

Een grote groep kinderen (zetten, tt) hun schoen bij de openhaard in afwachting van lekkernijen van Sinterklaas.

Slide 9 - Open vraag

Sinterklaas (arriveren, tt) elk jaar met zijn stoomboot uit Spanje.

Slide 10 - Open vraag

Een club met Pieten (helpen, tt) Sinterklaas met het inpakken van de cadeautjes.

Slide 11 - Open vraag

Maken
H3 paragraaf persoonsvorm: ev of mv: maak alle opdrachten

Klaar?
- Trainen (woordenschat of taalverzorging 1)
- Lezen

Slide 12 - Tekstslide