Trede 14: eindpresentatie ORANJE

Nederlands trede 14 
Eindpresentatie
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Nederlands trede 14 
Eindpresentatie

Slide 1 - Tekstslide

Lieve leerlingen,
Welkom bij de eindpresentatie van trede 14.

Je hebt inmiddels geoefend met teksten lezen en schrijven. Tijd om deze trede af te ronden! 

Je gaat een tekst lezen en een tekst schrijven

Je hebt hier 2 weken de tijd voor. Aan de slag dus!

Let op! Je maakt de opdracht in deze LessonUp. Wat je hier invult, kijk ik na!

Groetjes, Mevrouw Sloterdijk

Slide 2 - Tekstslide

Even een terugblik

Een hoofdzaak is de belangrijkste informatie in een tekst.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Even een terugblik

Bijzaken zijn minder belangrijk. Vaak zijn dit voorbeelden bij hoofdzaken.
A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Even een terugblik

Niet elke alinea heeft een kernzin.
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Eindpresentatie
Als het goed is, is je geheugen nu opgefrist. Tijd om te beginnen met de eindpresentatie.
Om trede 14 af te ronden, ga je de volgende dingen doen:

1. Je leest de tekst over voetbal en beantwoordt de vragen
2. Je schrijft zelf een tekst


Ga nu naar het volgende scherm ...

Slide 6 - Tekstslide

Deel 1: tekst lezen
De tekst in het volgende scherm gaat over vrouwenvoetbal. 

Open de tekst en beantwoord daarna de vragen.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Noem vier hoofdzaken uit de tekst.

Slide 9 - Open vraag

Noem 3 bijzaken uit de tekst.

Slide 10 - Open vraag

Wat is de kernzin van alinea 3?

Slide 11 - Open vraag

Wat is de kernzin van alinea 5?

Slide 12 - Open vraag

Deel 2: tekst schrijven
Stap 1: onderwerp

Dat was deel 1: Lezen. Door naar deel 2.
Je gaat zelf een tekst schrijven

In de tekst die je hebt gelezen tijdens deze presentatie geeft Dafne Koster haar mening. Dat ga jij nu ook doen. Vind jij dat er sporten bestaan speciaal voor meisjes en speciaal voor jongens? Of kan iedereen gewoon zelf een sport kiezen die hij leuk vindt? Geef je mening en leg uit waarom je deze mening hebt. 
Ook beschrijf je je gevoelens hierover. 

Slide 13 - Tekstslide

Maak een mindmap over jouw onderwerp: sporten voor jongens en meisjes

Slide 14 - Woordweb

Stap 2: inleiding - kern - slot
In je overtuigende tekst komen deze onderdelen:

Inleiding: Je schrijft kort iets over het onderwerp.
Middenstuk: Je schrijft uitgebreider over het onderwerp. Je gaat in op de vragen waar, wie, wat, wanneer en hoe? 
Slot: Je geeft in het kort je mening. 

In de volgende schermen ga je je tekst schrijven in stukjes.

Slide 15 - Tekstslide

Schrijf nu de inleiding. (ongeveer 50 woorden)

Vertel eerst waar de tekst over gaat: jongens- en meisjessporten
Maak hele zinnen en let op spelling.

Slide 16 - Open vraag

Typ hier je middenstuk (ongeveer 50-100 woorden)

Je schrijft uitgebreider over het onderwerp: meisjes- en jongenssporten
Je gaat in op de vragen waar, wie, wat, wanneer en hoe?

Slide 17 - Open vraag

Typ hier het slot (ongeveer 50 woorden)

Je geeft kort je eigen mening over jongens- en meisjessporten.

Slide 18 - Open vraag

Stap 3: check
Ga nog eens terug naar jou geschreven tekst. Gebruik de pijltjes onderin beeld. Check je tekst op deze punten en verbeter eventueel:

- Alle informatie staat op de goede plek 
- Geen spelfouten.
- De zinnen zijn goed leesbaar.
- Elke zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.


Op deze punten wordt je tekst beoordeeld.

Slide 19 - Tekstslide

Stap 4: klaar

Top! Je hebt de opdracht hier gemaakt, dus ik kan het hier ook nakijken.

Inleveren via mail hoeft niet :)

Slide 20 - Tekstslide

Hoe ging het?
Wat vond je van de opdracht?
Drop je comments hier!

Slide 21 - Woordweb


Dat was het voor nu

Goed gewerkt topper!

Slide 22 - Tekstslide