9.4 Ziek [les 2]

9.4 Ziek (les 2)
Wat gaan we doen?
1. Herhaling 9.4 
2. Uitleg vervolg immuniteit
3.Opdracht op biologiepagina.nl
3. Orgaandonantie
4. Zelfstandig werken
- Bedenk alvast een antwoord op de volgende vraag:
Wat houdt vaccineren in?
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

9.4 Ziek (les 2)
Wat gaan we doen?
1. Herhaling 9.4 
2. Uitleg vervolg immuniteit
3.Opdracht op biologiepagina.nl
3. Orgaandonantie
4. Zelfstandig werken
- Bedenk alvast een antwoord op de volgende vraag:
Wat houdt vaccineren in?

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling. Leg uit op welke 2 manieren een lichaamsvreemd organisme kan worden opgeruimd door je afweer. Wat zijn antistoffen en wat zijn antigenen?

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Video

2 grote vragen
1. Hoe zorgt je lichaam ervoor dat je immuun voor een ziekte wordt?

2. Op welke manier helpt vaccineren hierbij? 

Slide 4 - Tekstslide

Covid-19 vaccins
  • Geheugencellen
  • Passieve en actieve immuniteit

Leerdoel
Je kunt uitleggen hoe vaccinaties zoals die tegen Covid-19 werken en je kunt uitleggen waarom we boosters nodig hebben



Bron: 9.4 'wat gebeurd er als je ingeent wordt '

Slide 5 - Tekstslide

Hoe wordt je immuun?
Er zijn 3 manieren om immuun te worden tegen ziekteverwekkers.
1. Besmetting door ziekteverwekker.
2. Vaccinatie met antigenen. 
3. Injectie met antistoffen. (kort immuun)

Er zijn 2 soorten immuniteit: 
Actieve immuniteit en passieve immuniteit.

Slide 6 - Tekstslide

Immuniteit door besmetting
Om een ziekteverwekker te bestrijden zijn er antistofcellen nodig.
Deze zorgen voor de aanmaak van antistoffen.
Na bestrijding gaan ze dood. 
Een deel blijft over, dit worden geheugencellen.
Geheugencellen blijven in het lichaam. 
Ze worden weer actief bij een nieuwe besmetting
 van dezelfde ziekteverwekker.
Dan wordt je niet meer ziek. Je bent immuun. 

Dit is een voorbeeld van actieve immuniteit.

Slide 7 - Tekstslide

Immuniteit door vaccinatie
Een vaccin bestaat uit een verzwakte ziekteverwekker.
Het lichaam gaat zelf antistoffen aanmaken tegen deze ziekteverwekker.
Het lichaam maakt zelf antistoffen en 
geheugencellen. Dit kost tijd. Je bent dan
beschermt tegen een volgende infectie.

Het is een voorbeeld van actieve 
immuniteit.

Slide 8 - Tekstslide

Immuniteit door antistoffen
Immuniteit door een kant-en-klare injectie met antistoffen tegen een ziekteverwekker gebeurd met een seruminjectie.
Het is een voorbeeld van passieve 
immuniteit.
Het lichaam wordt geholpen met 
bescherming tegen ziekteverwekkers.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Tekstslide

Er zijn twee soorten immuniteit. Wat is het grote verschil en hoe komt dat? (overleg met buur)

Slide 12 - Tekstslide

Zelf even oefenen
Ga naar de lesson Up (9.4 Ziek Les 2)
En maak de opdracht van dia 12 op biologiepagina.nl

Na 10 min bespreken

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Orgaandonatie
  • Orgaanafstoting
  • Afweerremmers

Je kunt uitleggen hoe orgaandonaties werken en welke voorwaardes hierbij moeten worden gehaald




Bron: 9.4 'wanneer schakel je de afweer uit '

Slide 15 - Tekstslide

Orgaandonaties
Sommige ziektes zijn niet te genezen. Deze worden chronisch genoemd.

Het verkrijgen van een donororgaan kan soms een oplossing geven.

Slide 16 - Tekstslide

Een match
Bij een match lijken de antigenen van de donor dusdanig veel op de antigenen van de ontvanger, dat het ontvangen orgaan niet (meteen) zal worden afgestoten. 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Wat betekenen deze begrippen?


- Orgaanafstoting
- Afweerremmers
- Donorregister

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Zou je zelf donor willen worden? (als je 18 bent)
A
Ja
B
Nee
C
Dat weet ik nog niet

Slide 21 - Quizvraag

Aan de slag


Maken van deze LessonUp (zie klas)

Voorbereiden toets (H9.1 t/m 9.4)
- biologiepagia.nl
- leerdoelen uitwerken
- samenvatting maken
- samen vattende opdrachten maken

Laatste 15 min: Kahoot H9



Slide 22 - Tekstslide

Geheugencellen zorgen voor immuniteit. Wat houdt dat in?

Slide 23 - Open vraag


Het Covid-19 vaccin zorgt voor immuniteit tegen corona. Wat voor soort immuniteit is dat?
A
Natuurlijke actieve immuniteit
B
Natuurlijke passieve immuniteit
C
Kunstmatige actieve immuniteit
D
Kunstmatige passieve immuniteit

Slide 24 - Quizvraag


Meisjes in Nederland krijgen een prik tegen het HPV-virus. Wat voor soort immuniteit levert dat op?
A
Natuurlijke actieve immuniteit
B
Natuurlijke passieve immuniteit
C
Kunstmatige actieve immuniteit
D
Kunstmatige passieve immuniteit

Slide 25 - Quizvraag


Je bent gebeten door een hond. Als je niets doet loop je grote kans om tetanus te krijgen. Je krijgt daardoor altijd van de huisarts een prikje. Wat voor immuniteit levert dat op?
A
Actieve immuniteit
B
Passieve immuniteit

Slide 26 - Quizvraag


De griepprik en de coronaprik zorgen voor actieve immunisatie. Toch moeten veel mensen met verhoogde gezondheidsrisico's elk jaar een griepprik halen (en wellicht ook coronaprikken). Leg dit uit.

Slide 27 - Open vraag


Beredeneer wie de beste match zou zijn als het aankomt op het verkrijgen van een donororgaan
A
Vader / moeder
B
Opa / oma
C
Neef / nicht
D
Broer / zus

Slide 28 - Quizvraag

Aan de slag
1. Maak deze LessonUp van 9.4 in de klas LessonUp.
2. Maak de werkboekvragen: opdr. 3,4,6,7,8,10,11,12,15,17,19,20,22

Kijk het na! Zie studiewijzer voor het nakijkmodel. Dan word je echt beter!

Slide 29 - Tekstslide

Vaccinatie zorgt dus voor immuniteit. Hoe werkt een vaccin eigenlijk dan?

Slide 30 - Open vraag

Het Covid-19 vaccin zorgt voor immuniteit tegen corona. Wat voor soort immuniteit is dat?
A
Natuurlijke actieve immuniteit
B
Natuurlijke passieve immuniteit
C
Kunstmatige actieve immuniteit
D
Kunstmatige passieve immuniteit

Slide 31 - Quizvraag

Meisjes in Nederland krijgen een prik tegen het HPV-virus. Wat voor soort immuniteit levert dat op?
A
Natuurlijke actieve immuniteit
B
Natuurlijke passieve immuniteit
C
Kunstmatige actieve immuniteit
D
Kunstmatige passieve immuniteit

Slide 32 - Quizvraag

Je bent gebeten door een hond. Als je niets doet loop je grote kans om tetanus te krijgen. Je krijgt daardoor altijd van de huisarts een prikje. Wat voor immuniteit levert dat op?
A
Actieve immuniteit
B
Passieve immuniteit

Slide 33 - Quizvraag

De griepprik en de coronaprik zorgen voor actieve immunisatie. Toch moeten veel mensen met verhoogde gezondheidsrisico's elk jaar een griepprik halen (en wellicht ook coronaprikken). Leg dit uit.

Slide 34 - Open vraag

Een bepaald type diabetes kan worden genezen door het verkrijgen van een nieuw orgaan.
- Welk type diabetes?
- Welk soort orgaan?
A
Diabetes type I Lever
B
Diabetes type I Alvleesklier
C
Diabetes type II Lever
D
Diabetes type II Alvleesklier

Slide 35 - Quizvraag

Het vinden van een juiste 'match' is heel erg belangrijk bij orgaandonaties.
Is de match niet juist, dan kan het ontvangen orgaan worden 'afgestoten' door de afweer van de ontvanger. Het orgaan zal dan uiteindelijk afsterven.

Leg dit uit. Gebruik de termen lichaamseigen, lichaamsvreemd, antistoffen, antigenen

Slide 36 - Open vraag

Beredeneer wie de beste match zou zijn als het aankomt op het verkrijgen van een donororgaan
A
Vader / moeder
B
Opa / oma
C
Neef / nicht
D
Broer / zus

Slide 37 - Quizvraag

Benoem een voordeel en een nadeel van het gebruik van afweerremmers.

Slide 38 - Open vraag

De meeste orgaandonaties komen vanuit overleden personen (hoe jonger hoe beter). Er zijn ook bepaalde organen die van uit een levend persoon gedoneerd kunnen worden. Welke?

Slide 39 - Open vraag

Slide 40 - Link

Wat viel je op aan deze cijfers?

Slide 41 - Open vraag

Zou je zelf donor willen worden? (als je 18 bent)
A
Ja
B
Nee
C
Dat weet ik nog niet

Slide 42 - Quizvraag

Het huiswerk
Maak opdrachten 15 t/m 23 

Slide 43 - Tekstslide