Een werkwoordelijk gezegde zijn alle werkwoorden van een zin.
- Hij zal de bal vast ooit eens in het doel hebben geschoten.
Als voor het hele werkwoord ''te'' of ''aan het'' staat, hoort dit bij het wg.
- Nora beloofde Hakim te bellen.
- Mirjam was tijdens de les Nederlands in haar agenda aan het tekenen.
Let op: sommige werkwoorden zijn scheidbare werkwoorden.
- De agente houdt de dief uiteindelijk toch aan.