2022 - Tekst 4 Stervende talen

Stervende talen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Stervende talen

Slide 1 - Tekstslide

Vraag 33 - 1 punt
De eerste twee alinea’s van tekst 4 kunnen worden beschouwd als de inleiding van de tekst.

Welke omschrijving verwoordt het best wat de functie is van de inleiding (alinea 1 en 2) ten opzichte van de rest van de tekst?

Slide 2 - Tekstslide

33. In de inleiding wordt
A
de aanleiding beschreven voor het standpunt dat in het vervolg van de tekst wordt ingenomen en onderbouwd.
B
een bewering gedaan die in het vervolg van de tekst wordt ondersteund met argumenten en onderzoek.
C
een probleem vastgesteld dat in het vervolg van de tekst wordt uitgewerkt en verklaard.
D
een standpunt beschreven dat in het vervolg van de tekst wordt beargumenteerd en vanuit meerdere kanten wordt bekeken.

Slide 3 - Quizvraag

Vraag 33
In de inleiding wordt 

C. een probleem vastgesteld dat in het vervolg van de tekst wordt
uitgewerkt en verklaard. 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 34
d en g mogen verwisseld worden

Slide 6 - Tekstslide

Vraag 34 - 3 punten
indien zes informatie-elementen op de juiste plek: 3
indien vijf of vier informatie-elementen op de juiste plek:  2
indien drie of twee informatie-elementen op de juiste plek
OF indien vier informatie-elementen op de verkeerde plek, maar in de juiste aaneengesloten reeks: 1 punt
indien minder dan twee informatie-elementen op de juiste plek 0 punten

Slide 7 - Tekstslide

Vraag 35

Met welke omschrijving kan de toon in deze zin het best worden
gekarakteriseerd? 

Slide 8 - Tekstslide

35. Met welke omschrijving kan de toon in deze zin het best worden
gekarakteriseerd?
A
boos
B
pessimistisch
C
relativerend
D
spottend

Slide 9 - Quizvraag

Vraag 36 - 1 punt

Geef aan waarop het manifest van docenten en wetenschappers in Duitse
en Franse taal en cultuur een reactie is. 

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 36 - 1 punt
(Het manifest is een reactie op) de verzwakte positie van het Frans en Duits als schoolvak. / het verdwijnen van het Frans en Duits in het Nederlandse onderwijs. 

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 36 
(Het manifest is een reactie op) de verzwakte positie van het Frans en
Duits als schoolvak. / het verdwijnen van het Frans en Duits in het
Nederlandse onderwijs. 

Slide 12 - Tekstslide

Vraag 37
In alinea 6 somt de auteur argumenten op die het gelijk van de opstellers van het manifest moeten bewijzen. Deze argumenten zijn uiteindelijk terug te brengen tot twee hoofdargumenten.
 Noem die twee hoofdargumenten.

Geef antwoord in een of meer volledige zinnen en gebruik per argument niet meer dan 25 woorden. 

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 37
(De twee hoofdargumenten zijn:) 
We hebben economisch belang bij het spreken van Frans en Duits / We kunnen geld verdienen door Frans en Duits te spreken --> 1 punt
Het is in de humaniora van belang dat je teksten in de originele taal kunt lezen  --> 1 punt

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide