Grammatica zinsdelen

Wat is de persoonsvorm in deze zin:

De toets van maandag ging niet door.
A
de toets
B
maandag
C
ging
D
niet
1 / 12
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat is de persoonsvorm in deze zin:

De toets van maandag ging niet door.
A
de toets
B
maandag
C
ging
D
niet

Slide 1 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm in deze zin:

Vandaag krijgen jullie onderwijs op afstand!
A
vandaag
B
krijgen
C
jullie
D
onderwijs

Slide 2 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm in deze zin:

Ik ga vanavond voetbal kijken.
A
ga
B
voetbal
C
kijken
D
ik

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm in deze zin:

Ik ben in de zomervakantie jarig.
A
ik
B
ben
C
jarig

Slide 4 - Quizvraag

Vind je het makkelijk of moeilijk om de persoonsvorm in de zin te vinden?
A
makkelijk
B
tussenin
C
moeilijk

Slide 5 - Quizvraag

Nu volgen er vragen over het onderwerp

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het onderwerp in deze zin:
Vandaag krijgen jullie onderwijs op afstand!
A
vandaag
B
krijgen
C
jullie
D
onderwijs

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het onderwerp in deze zin:

De toets van maandag ging niet door.
A
de toets van maandag
B
maandag
C
ging
D
niet

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het onderwerp in deze zin:

Ik ga vanavond voetbal kijken.
A
ga
B
voetbal
C
kijken
D
ik

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het onderwerp in deze zin:

Ik ben in de zomervakantie jarig.
A
ik
B
ben
C
jarig

Slide 10 - Quizvraag

Vind je het makkelijk of moeilijk om het onderwerp in de zin te vinden?
A
makkelijk
B
tussenin
C
moeilijk

Slide 11 - Quizvraag

Deze week:

Theorie blz 82 doorlezen

Maken blz 83 --> opdr. 1 + 2

Theorie blz 84 doorlezen

Maken blz 85 --> opdr. 6 en 7


Slide 12 - Tekstslide