3tna 5/3 Spelling samenstellingen

Lees de theorie op blz. 194 van je boek.
Log alvast in op LessonUp en maak
de startopdracht.
Tijd over? Begin alvast aan cursus 7.3.
7.3 Tussenletters in samenstellingen

Voordat we beginnen:
WELKOM 3TN
timer
5:00
SPELLING
Maak van onderstaande woorden samenstellingen

1) tafel+tennis
2) roos+geur
3) groente+soep
4) zonne+scherm
5) klas+foto
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lees de theorie op blz. 194 van je boek.
Log alvast in op LessonUp en maak
de startopdracht.
Tijd over? Begin alvast aan cursus 7.3.
7.3 Tussenletters in samenstellingen

Voordat we beginnen:
WELKOM 3TN
timer
5:00
SPELLING
Maak van onderstaande woorden samenstellingen

1) tafel+tennis
2) roos+geur
3) groente+soep
4) zonne+scherm
5) klas+foto

Slide 1 - Tekstslide

  • Je kunt samenstellingen met en zonder tussenletters -(e)n goed spellen.
  • Je kunt samenstellingen met en zonder tussenletters (-s) goed spellen.
Lesdoelen

Slide 2 - Tekstslide

1. Startopdracht bespreken.
2. Uitleg paragraaf 7.3. 
(schrijf mee!)
3. Check in LessonUp.
4. Digitaal oefenen.
5. Terugblikken en afronden.

Wat gaan we vandaag doen?

Slide 3 - Tekstslide

Startopdracht
1) tafel+tennis = tafeltennis
2) roos+geur = rozengeur
3) groente+soep = groentesoep
4) zonne+scherm = zonnescherm
5) klas+foto = klassenfoto


Slide 4 - Tekstslide

SO!

Slide 5 - Tekstslide

Welk leesteken hoort op de plek van het vraagteken?

Mijn hond is moe (?) want hij heeft twee uren gelopen.


A
komma
B
dubbele punt
C
aanhalingstekens

Slide 6 - Quizvraag

Welk leesteken hoort op de plek van het vraagteken?

Dit zijn mijn favoriete vakantielanden (?) Australië, Canada en Zuid-Afrika.

A
komma
B
dubbele punt
C
aanhalingstekens

Slide 7 - Quizvraag

Welk leesteken hoort op de plek van het vraagteken?

Hij zei nog zo: (?) Neem voldoende drinken mee! (?)

A
komma
B
dubbele punt
C
aanhalingstekens

Slide 8 - Quizvraag

Samenstellingen
Samenstellingen zijn woorden die uit meerdere losse woorden bestaan. Koffiezetapparaat, voetbalveld, boekenkast. Vaak kun je deze gewoon aan elkaar schrijven, maar soms moet je nog -en of -s toevoegen.

Slide 9 - Tekstslide

Zo bepaal je of je een -e of -en- moet tussenvoegen.

  • Als het eerste deel van de samenstelling een zelfstandig naamwoord (mens, dier of ding) is dat alleen een meervoud op -en heeft, schrijf je die ook.
    paardenbloem, plantenbak..
Samenstellingen

Slide 10 - Tekstslide

Soms moet je ook nog een letter toevoegen, verwijderen of aanpassen.

gek + werk = gekkenwerk
boom + rij = bomenrij
doof + taal = doventaal
Samenstellingen
Let op: gebruik geen -en- als het woord:

- een meervoud op -s heeft (garages).
- twee meervouden heeft (groenten/groentes, seconden/secondes)
- geen meervoud heeft (zon, maan)
- een versterkende betekenis heeft (apetrots, beresterk).

Slide 11 - Tekstslide

Zo bepaal je of je een -s- moet tussenvoegen.
  • Als je in een samenstellingen een
    -s- hoort, dan schrijf je die ook (meningsverschil).
  • Soms begint het tweede deel van een samenstelling met een
    -s- (lievelingsschrijver). Schrijf in zo'n geval alleen de tussenletter als je 'm bij vervanging hoort.
Samenstellingen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Juiste spelling?
A
streepjencode
B
streepjescode
C
streepcode
D
streepjecode

Slide 14 - Quizvraag

Juiste spelling?
A
pannekoek
B
pannenkoek
C
panskoek
D
pankoek

Slide 15 - Quizvraag

Juiste spelling?
A
paardenbloem
B
paardebloem

Slide 16 - Quizvraag

Juiste spelling?
A
Valentijndag
B
Valentijnendag
C
Valentijnsdag

Slide 17 - Quizvraag

Juiste spelling?
A
secondeswijzer
B
secondenwijzer
C
secondewijzer

Slide 18 - Quizvraag

Juiste spelling?
A
lievelingenkleur
B
lievelingkleur
C
lievelingskleur

Slide 19 - Quizvraag

Geef twee voorbeelden van een samenstelling die je (bijna) dagelijks tegenkomt.

Slide 20 - Open vraag

Wel een tussen -s-
Geen tussen -s-
stad+centrum
onweer+bui
hoofd+stad
gevoel+temperatuur

Slide 21 - Sleepvraag

'Ik kan samenstellingen (met of zonder tussenletters) goed spellen.'

1 = (nog) niet 10 = dat komt wel goed
110

Slide 22 - Poll

Hoe schrijf je de samenstelling?
Er hangt hier een heerlijke ...
A
benzinelucht
B
benzinenlucht
C
benzineslucht

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Aan het werk
Wat?
Cursus 7.3 Samenstellingen
(blz. 192-193)

BasisMaak opdracht 1 t/m 6
Kader: Maak opdracht 1 t/m 6.
In je online boek.
Hoe?
Keuze: zelfstandig of in stilte.
Hulp
Oogje.
Tijd
Timer.
Klaar?
Werk alvast verder aan paragraaf 7.3.
timer
15:00

Slide 25 - Tekstslide

  • Je kunt leestekens op de juiste manier gebruiken (1F).
  • Je kunt komma's en dubbele punten op de juiste manier gebruiken (3F).
Lesdoelen

Slide 26 - Tekstslide

Hoe schrijf je de samenstelling?
identiteit+kaart
A
Identiteitenkaart
B
identiteitkaart
C
identiteitskaart

Slide 27 - Quizvraag

Hoe ging het oefenen met
deze spellingregel je af?


😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

Maak de juiste samenstelling.
vrees
hoogten
hoogte

Slide 29 - Sleepvraag

Samenstelling met tussenletter -s-
Samenstelling met tussenletter  -(e)n-
Samensteling met tussenletter -e-
plant + bak
lamp + kap
maan + schijn
rogge + brood
lieveling + stad
bakker + room

Slide 30 - Sleepvraag

Het eerste deel van de samenstelling is geen znw.
Het eerste deel van de samenstelling is uniek
Het eerste deel van de samenstelling heeft ook een meervoud op -S
Het eerste deel van de samenstelling heeft geen meervoud
Het 1e deel versterkt het 2e deel.
Jongeman 
Zonnebank
Keuzestress
Rijstepap 
Beregoed 

Slide 31 - Sleepvraag

Wat vond je van de indeling van deze les?
Noem iets positiefs en iets wat je
de volgende keer anders wilt zien.

Slide 32 - Open vraag