Huiswerk maken van elke paragraaf een aantal opgaven!
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3
In deze les zitten 33 slides, met tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Programma
Uitleg paragraaf 2 "Een eigen huis"
paragraaf 3 "De woningfinanciering"
Huiswerk maken van elke paragraaf een aantal opgaven!
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Paragraaf 2 Ik kan uitleggen hoe je een eigen huis koopt
Paragraaf 3 Ik kan uitleg geven over de woningfinanciering
Slide 2 - Tekstslide
Paragraaf 2 Een Eigen Huis
03 December 2020
Femke van Luxemburg
Tiny Houses
Eengezinswoning
Nieuwbouw woning
Slide 3 - Tekstslide
Een huis kopen..
Wat komt er allemaal bij kijken?
Slide 4 - Tekstslide
Makelaar
helpt, adviseert en onderhandelt bij het kopen of verkopen van een huis. Je betaalt hier een vergoeding voor.
Slide 5 - Tekstslide
Waarom een makelaar?
kent de vraag en het aanbod van woningen in de regio
helpt bij het zoeken naar een woning en het onderhandelen over de prijs
zorgt voor informatie over de kwaliteit en omgeving van de woning
Slide 6 - Tekstslide
Taxatierapport
Rapport waarin de waarde van de woning is berekend.
Slide 7 - Tekstslide
Koper en verkoper zijn het eens over de prijs.
tekenen ze een voorlopig koopcontract
de aankoopprijs
de datum van definitieve koop
de ontbindende voorwaarde
Slide 8 - Tekstslide
Voorlopig
koopcontract
Als koper en verkoper het eens zijn ondertekenen ze beiden een voorlopig koopcontract. Er staan vaak ontbindende voorwaarden in, dat zijn redenen om zonder kosten/boete van de koop af te kunnen zien. (bijv. financiering)
Slide 9 - Tekstslide
Kosten koper
Bijkomende kosten als je een huis koopt:
overdrachtsbelasting ( 2% van de koopprijs)
makelaarskosten
kosten notaris
afsluitkosten
_________________________________________
= kosten koper(k.k.)
= ongeveer 6% van de koopprijs
Slide 10 - Tekstslide
Overdrachtsbelasting
belasting die wordt betaald bij de koop van een woning of gebouw
Wordt betaald aan de overheid
Slide 11 - Tekstslide
Vrij Op Naam (V.O.N.)
nieuwbouw
• geen overdrachtsbelasting
• geen kadasterkosten
• geen notariskosten
Dit geldt voor de koper. De kosten worden dan betaald door de verkoper.
Slide 12 - Tekstslide
Onroerende zaken
grond en alles wat daarop gebouwd is
Slide 13 - Tekstslide
Transportakte
Als het voorlopig koopcontract is getekend, stelt de notaris een transportakte op. Dit is een bewijs dat de woning aan de koper is geleverd.
Als koper en verkoper de akte hebben getekend, dan zorgt de notaris dat de akte in het Kadaster wordt ingeschreven.
Het Kadaster houdt bij wie eigenaar is van alle onroerende zaken.
Slide 14 - Tekstslide
4.3 De woningfinanciering
Slide 15 - Tekstslide
Hypotheek
hypotheeklening
huis = onderpand
Slide 16 - Tekstslide
Hypotheek
Een hypothecaire lening is een langlopende lening met een onroerend goed als onderpand.
Slide 17 - Tekstslide
Hypotheeklasten
- Aflossing lening en rentekosten
- Worden per maand betaald
Slide 18 - Tekstslide
Rentepercentage
Variabele rente
de bank kan het rentepercentage veranderen
Vaste rente
het rentepercentage staat vast gedurende een afgesproken periode.
Slide 19 - Tekstslide
Maximaal hypotheekbedrag
hoogte van je inkomen
de getaxeerde waarde van het huis
Slide 20 - Tekstslide
Hypothecaire lening
Annuïteiten hypotheek Lineaire hypotheek
Slide 21 - Tekstslide
Soorten hypotheek
Annuïteit
Lineair
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
Annuïteit
Maandbedrag blijft hetzelfde
In het begin veel rente en weinig aflossing
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Video
Lineair
Maandbedrag wordt steeds lager
Aflossing blijft gelijk
Dus steeds minder rente
Slide 26 - Tekstslide
Hypothecaire lening
De hypotheek bestaat uit aflossing en rente
Rente betaal je maar zorgt NOOIT voor daling van de hypotheekschuld.
Slide 27 - Tekstslide
Rekensom hypothecaire lening
Stel je sluit een lineaire hypotheek af van € 240.000. De looptijd van de lening is 30 jaar. De rente bedraagt 3% per jaar. Aan rente en aflossing betaal je in het eerste jaar samen € 14.600.
Hoeveel lossen ze in het eerste jaar af op hun hypotheek?
Totale bedrag jaar 1 = aflossing + rente = € 14.600
Rente = 3: 100 x € 220.000 = € 6.600
Aflossing = € 14.600 - € 6.600 = € 8.000
( Elk jaar wordt er namelijk afgelost € 240.000 : 30= € 8.000)
Slide 28 - Tekstslide
Huiseigenaren kunnen financieel problemen krijgen als
hun inkomen daalt
ze hun huis moeten verkopen terwijl de hypotheek hoger is dan de waarde van de woning